Uitspraak
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
Datum uitspraak: 25 november 2021
[VERDACHTE],
geboren op [geboortedatum] 1982 te [geboorteplaats],
wonende te Curaçao, thans alhier gedetineerd in het Huis van Bewaring,
raadsvrouw: mr. A.S.M. Blonk, advocaat te Curaçao.
1.De procedure
2.Het wettelijk kader
2. Het Hof neemt daarbij ten minste in zijn beschouwing de positie van het eventuele slachtoffer of directe nabestaanden en het gevaar dat de veroordeelde alsnog zal recidiveren.
3.Het vonnis van het Hof van 27 november 2001
De op te leggen straf
Het Hof heeft bij het opleggen van na te noemen vrijheidsstraf met name rekening gehouden met het navolgende.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan een serie ernstige overvallen op onschuldige mensen en daarbij zijn telkens vuurwapens gebruikt. Ook bij de overval op “Fort Waakzaamheid” heeft verdachte geschoten. Daarbij is een van de aldaar aanwezigen geraakt en vervolgens aan zijn opgelopen verwondingen overleden. De door verdachte gepleegde overvallen zijn van dien aard dat hij moet worden aangemerkt als een geharde crimineel die een gevaar is voor de samenleving. De traumatische gevolgen van verdachtes misdrijven zullen de vele slachtoffers en de nabestaanden van het dodelijk slachtoffer nog lang hinderen in hun dagelijks leven. Verdachte is reeds eerder ter zake soortgelijke ernstige vermogensdelicten tot een langdurige gevangenisstraf veroordeeld. Voor herhaling moet derhalve worden gevreesd. Ook uit de omtrent verdachte uitgebrachte psychologische rapportage blijkt dat hij moet worden beschouwd als een gevaar voor de samenleving. Nu er geen uitzicht bestaat op enige wijziging in het gedrag van verdachte dient hij uit de samenleving te worden geweerd. Uit een oogpunt van bescherming van die samenleving komt derhalve slechts de zwaarste straf in aanmerking. Voorzover deze straf, gelet op de bewezenverklaarde feiten, moet worden aangemerkt als een zwaardere straf dan door de eerste rechter opgelegd en door de procureur-generaal geëist meent het Hof dat als bijzondere reden voor de strafoplegging heeft te gelden, zoals hiervoor overwogen, dat de maatschappij zo lang als mogelijk is, tegen de verdachte behoort te worden beschermd.”
4.De persoon van de veroordeelde
Gezien zijn huidige situatie dat hij moeilijk aan werk kan komen, blijft zijn financiële situatie momenteel zwak wat een risicofactor is gezien het soort delict waar hij voor vastzit. Een positief punt daarbij is dat zowel zijn partner als zijn familie bereid zijn hem financieel te blijven ondersteunen totdat hij zelfredzaam is. Nog een risicofactor betreft het manipulatief gedrag dat hij vertoont in de communicatie zowel met rapporteur als bij Funditut. Hij doet er alles aan om meer vrije uren te krijgen. Vooral door dit gedrag is rapporteur van mening dat het recidiverisico reëel aanwezig is.
5.De positie van de nabestaanden
6.Het standpunt van het openbaar ministerie
7.Het standpunt van de verdediging
8.De beoordeling
9.Beslissing
Het Hof:
levenslang;
3 (drie) jaren.