ECLI:NL:OGHACMB:2021:375
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- W.H. Bel
- A.W.M. Bijloos
- J.Th. Drop
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep tegen niet-ontvankelijk verklaring van beroep tegen fictieve afwijzing van bezwaarschrift inzake uitzettingsbevel
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant], verblijvend in Aruba, tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba van 17 februari 2021. De minister van Justitie, Veiligheid en Integratie had op 5 maart 2020 de uitzetting van [appellant] bevolen en een periode van niet toelating van 54 maanden opgelegd. Op 13 maart 2020 stelde [appellant] bezwaar in tegen deze beschikking. Echter, op 9 juli 2020 stelde hij beroep in tegen het uitblijven van een beschikking op zijn bezwaar, wat werd aangemerkt als een fictieve afwijzende beschikking op bezwaar. Het Gerecht verklaarde dit beroep op 17 februari 2021 niet-ontvankelijk, wat leidde tot het hoger beroep.
In hoger beroep voerde [appellant] aan dat hij het bezwaarschrift per post had verzonden en dat hij dit had aangetoond met een kopie van de envelop waarop een postzegel van 90 cent was geplakt. De minister betwistte echter de ontvangst van het bezwaarschrift en stelde dat de verzending niet aannemelijk was gemaakt. Het Hof oordeelde dat de enkele stelling van verzending onvoldoende was om aan te nemen dat het bezwaarschrift daadwerkelijk was verzonden. Het Hof bevestigde het oordeel van het Gerecht dat er geen bezwaarschrift was ingediend, waardoor er geen sprake was van een fictieve afwijzende beschikking op bezwaar.
Het hoger beroep werd ongegrond verklaard en de aangevallen uitspraak werd bevestigd. De minister werd niet verplicht om proceskosten te vergoeden. De uitspraak werd openbaar uitgesproken op 13 oktober 2021.