ECLI:NL:OGHACMB:2021:368

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
19 oktober 2021
Publicatiedatum
2 november 2021
Zaaknummer
CUR2021H00057
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Beschikking
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep tegen beschikking echtscheiding met betrekking tot duurzaam ontwricht huwelijk

In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin de echtscheiding tussen partijen is uitgesproken. De vrouw, appellante, heeft op 12 februari 2021 een akte van hoger beroep ingediend, waarin zij de gronden van haar beroep uiteenzet. De mondelinge behandeling vond plaats op 7 september 2021, maar geen van de partijen is verschenen. De vrouw stelt dat het huwelijk niet duurzaam is ontwricht, maar heeft deze stelling niet onderbouwd. Het Hof heeft de bestreden beschikking bevestigd, omdat de vrouw niet heeft aangetoond dat het huwelijk nog wel intact is. De beslissing van het Hof is genomen op 19 oktober 2021, waarbij het Hof oordeelt dat er geen aanleiding is voor een kostenveroordeling.

Uitspraak

BURGERLIJKE ZAKEN OVER 2021 BESCHIKKING NO.
UITSPRAAK: 19 oktober 2021
ZAAKNR: CUR202004248 – CUR2021H00057
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Beschikking in de zaak van:
[Appellante],
wonend in Curaçao,
hierna te noemen: de vrouw
in eerste aanleg verweerster, thans appellante,
procederend in persoon,
-tegen-
[Geïntimeerde],
wonend in Curaçao,
hierna te noemen: de man,
in eerste aanleg verzoeker, thans geïntimeerde,
niet verschenen.

1.Het verloop van de procedure

1.1
Verwezen wordt naar de op 2 februari 2021 uitgesproken beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (hierna: het Gerecht). De inhoud van die beschikking geldt als hier ingevoegd.
1.2
De vrouw is tijdig in hoger beroep gekomen van die beschikking door indiening op 12 februari 2021 van een “akte van hoger beroep” met een “memorie van grieven”, die tezamen door het Hof zijn opgevat als beroepschrift.
1.3
Op 7 september 2021 heeft de mondelinge behandeling plaatsgevonden, alwaar – hoewel behoorlijk opgeroepen – geen van partijen is verschenen.
1.4
Uitspraak is bepaald op heden.

2.De gronden van het hoger beroep

Voor de gronden van het hoger beroep wordt verwezen naar het beroepschrift.

3.De beoordeling

3.1
Ingevolge artikel 1:151 BW wordt de echtscheiding op verzoek van één der echtgenoten uitgesproken indien het huwelijk duurzaam is ontwricht.
3.2
Partijen zijn op 30 maart 2016 in Curaçao in gemeenschap van goederen gehuwd. Uit het huwelijk van partijen zijn geen kinderen geboren.
3.3
Bij de bestreden beschikking heeft het Gerecht op verzoek van de man de echtscheiding tussen partijen uitgesproken.
3.4
Daartegen richt zich het hoger beroep, met de stelling dat het huwelijk tussen partijen niet duurzaam is ontwricht.
3.5
Nu de vrouw deze stelling niet heeft onderbouwd, zal het Hof de bestreden beschikking bevestigen.
3.6
Voor een kostenveroordeling is geen aanleiding.
BESLISSING:
Het Hof:
bevestigt de bestreden beschikking.
Aldus gegeven door mrs. E.M. van der Bunt, M.W. Scholte en A.S. Arnold, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, en ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao op 19 oktober 2021 uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier.