ECLI:NL:OGHACMB:2021:297
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Ontslag op staande voet wegens werkweigering in hoger beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen de beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, waarin zijn ontslag op staande voet door de besloten vennootschap Autocity B.V. werd bevestigd. [appellant] was sinds 1 juni 2013 in dienst als monteur bij Autocity en ontving een salaris van NAf 1.786 per maand. Op 12 mei 2020 kreeg hij de opdracht om zijn werkplek schoon te maken, maar weigerde deze opdracht uit te voeren. Op 13 mei 2020 werd hij op staande voet ontslagen wegens werkweigering. [appellant] heeft in hoger beroep verzocht om vernietiging van het ontslag en betaling van achterstallig loon, onder andere omdat hij meent dat de gegeven opdracht niet redelijk was en dat hij niet adequaat was gewaarschuwd voor de gevolgen van zijn weigering. Het Hof heeft de zaak behandeld op 13 juli 2021 en de uitspraak is gedaan op 24 augustus 2021. Het Hof overweegt dat de bewijslast voor het ontslag op Autocity rust en dat de schriftelijke verklaringen van de leidinggevenden niet voldoende zijn om het ontslag te rechtvaardigen. Het Hof heeft Autocity in de gelegenheid gesteld om getuigen te laten horen en verdere bewijslevering te leveren. De zaak is aangehouden voor aktewisseling.