Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.De feiten
3.De beoordeling
Afl. 2369,-
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 6 juli 2021 uitspraak gedaan in hoger beroep over de bijdrage in de kosten van verzorging en opvoeding van een minderjarige. De vader, die in eerste aanleg als verweerder optrad, is in hoger beroep gekomen van een eerdere beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba. De moeder, die in eerste aanleg als verzoekster optrad, heeft verzocht om de bijdrage van de vader in de kosten van verzorging en opvoeding van hun minderjarige kind vast te stellen op Afl. 800,- per maand. De vader heeft echter aangevoerd dat de bijdrage lager zou moeten zijn, en heeft in zijn beroepschrift verzocht om de bestreden beschikking te vernietigen.
Tijdens de mondelinge behandeling op 23 februari 2021 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Het Hof heeft vastgesteld dat de minderjarige, geboren in 2003, door de vader is erkend en dat hij sinds de geboorte maandelijks Afl. 350,- bijdraagt aan de kosten van verzorging en opvoeding. Het Hof heeft de feiten en omstandigheden van de zaak beoordeeld, waaronder de financiële situatie van beide ouders en de behoeften van de minderjarige. De moeder heeft geen betaald werk en ontvangt een bijstandsuitkering, terwijl de vader een netto inkomen heeft van Afl. 5.732,51 per maand.
Het Hof heeft geoordeeld dat de behoefte van de minderjarige op Afl. 700,- per maand kan worden vastgesteld, waarbij rekening is gehouden met de kosten van verzorging, opvoeding en bijlessen. De vader is in staat om bij te dragen aan deze kosten, terwijl de moeder geen draagkracht heeft. Het Hof heeft de bijdrage van de vader in de kosten van verzorging en opvoeding van de minderjarige vastgesteld op Afl. 385,- per maand, met ingang van 15 juli 2021, en heeft bepaald dat de vader ook de kosten van een telefoonabonnement voor de minderjarige moet blijven betalen. De kosten van het geding zijn gecompenseerd, zodat elke partij haar eigen kosten draagt.