Uitspraak
als bedoeld in artikel 263a Rv in de zaak van:
gemachtigde: mr. L.N. Asjes,
verweerster,
gemachtigde: mr. R. Koert.
1.Het verloop van de procedure
2.De ontvankelijkheid
“[…] Om de duur van het huwelijk te bepalen zal moeten worden bepaald wanneer het huwelijk is geëindigd. Het huwelijk eindigt op grond van artikel 1:149 BW onder andere door echtscheiding. De echtsscheiding komt op grond van artikel 1:163 lid 1 BW tot stand door inschrijving van de echtscheidingsbeschikking in de registers van de burgerlijke stand. Het gerecht ziet echter aanleiding om voor het bepalen van de duur van het huwelijk in het kader van artikel 1:152 BW aan te sluiten bij het moment van indiening bij het verzoekschrift, zijnde het moment waarop de gemeenschap van rechtswege wordt ontbonden, zoals bepaald in artikel 1:99 BW.[…]”.