Uitspraak
Procesverloop
Overwegingen
Bij brief van 7 augustus 2020 heeft de minister het Hof te kennen
Het hoger beroep is niet-ontvankelijk.
De minister dient op na te melden wijze tot vergoeding van de proceskosten te worden veroordeeld.
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van appellante tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, die op 20 mei 2019 het beroep van appellante niet-ontvankelijk verklaarde. Appellante had bezwaar gemaakt tegen de intrekking van een vergunning voor het oprichten van een windmolenpark in Urirama door de minister van Justitie, Veiligheid en Integratie. De minister had op 1 juni 2018 de vergunning onder voorwaarden ingetrokken, waarna appellante op 11 juli 2018 bezwaar maakte. Het uitblijven van een beschikking op dit bezwaar leidde tot een beroep dat door het Gerecht als niet-ontvankelijk werd verklaard.
Tijdens het hoger beroep heeft de minister op 26 juni 2020 alsnog beslist op het bezwaar van appellante, waarbij hij het bezwaar primair niet-ontvankelijk en subsidiair ongegrond verklaarde. De minister heeft het Hof laten weten dat appellante geen procesbelang meer heeft bij de beoordeling van de rechtmatigheid van de fictieve afwijzing van haar bezwaar, aangezien er inmiddels een beslissing op het bezwaar was genomen. Het Hof heeft geoordeeld dat appellante geen (proces)belang meer heeft en heeft het hoger beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Daarnaast is de minister veroordeeld tot vergoeding van de proceskosten die appellante heeft gemaakt in verband met de behandeling van het beroep en het hoger beroep, alsook tot terugbetaling van het griffierecht. De uitspraak is gedaan door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 24 september 2020.