ECLI:NL:OGHACMB:2019:12
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Beoordeling van het hoger beroep inzake loonverschil tussen leidinggevende en ondergeschikte
In deze zaak gaat het om een hoger beroep ingesteld door [appellant] tegen de beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (GEA) van 22 mei 2018. [Appellant] was per 1 december 2012 bevorderd tot Sleepboot Kapitein bij Aruba Ports Authority N.V. (APA) met een beginsalaris van Afl. 4.365,-. Hij stelde dat zijn salaris lager was dan dat van een ondergeschikte, een Senior Motordriver, die Afl. 4.545,- verdiende. [Appellant] betoogde dat dit onrechtmatig was, omdat hij vond dat de Senior Motordriver ondergeschikt aan hem was en dat hij recht had op een hogere inschaling.
In het hoger beroep heeft [appellant] zijn verzoek toegelicht en gevraagd om vernietiging van de eerdere beschikking en toewijzing van zijn verzoek. APA heeft het hoger beroep bestreden en verzocht om bevestiging van de eerdere beschikking. Tijdens de mondelinge behandeling op 19 november 2018 zijn beide partijen vertegenwoordigd. Het Hof heeft de gronden van het hoger beroep beoordeeld en geconcludeerd dat [appellant] geen bezwaar heeft gemaakt tegen het schaleringssysteem van APA, dat een leidinggevende tijdelijk minder kan verdienen dan een ondergeschikte. Het Hof heeft geoordeeld dat de bestreden beschikking moet worden bevestigd en dat [appellant] de kosten van het hoger beroep moet dragen.
De beslissing van het Hof bevestigt de eerdere beschikking en legt de kosten van het hoger beroep op aan [appellant].