Uitspraak
Zaaknummer: H-99/18
Vonnis
[VERDACHTE],
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de duur van
zesendertig (36) maanden;
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba, waarin de verdachte op 23 februari 2018 werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van zesendertig maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaar. De verdachte, die al gedetineerd was, heeft hoger beroep ingesteld tegen deze veroordeling. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft de zaak behandeld en kennisgenomen van de vordering van de procureur-generaal, mr. F.A.P.M. van Deutekom, en de argumenten van de verdachte en zijn raadsman, mr. B.A.R. Heinze. De procureur-generaal heeft gevorderd dat het Hof het vonnis waarvan beroep zal bevestigen.
Het Hof heeft het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg bevestigd, maar heeft de opgelegde straf herzien. Het Hof heeft vastgesteld dat de verdachte zich schuldig heeft gemaakt aan het voorhanden hebben van diverse vuurwapens en munitie, en dat hij zich ook bezig heeft gehouden met de verkoop van vuurwapens. Dit werd als strafverhogend beschouwd, gezien de ernstige inbreuk die dit op de rechtsorde maakt en de gevoelens van onveiligheid die het in de samenleving kan veroorzaken.
Na afweging van de omstandigheden, waaronder het feit dat de verdachte niet eerder was veroordeeld, heeft het Hof geconcludeerd dat de eerder opgelegde straf niet in verhouding stond tot de ernst van het bewezen verklaarde. Het Hof heeft daarom besloten om de gevangenisstraf onvoorwaardelijk op te leggen, en heeft de eerder opgelegde voorwaardelijke straf vernietigd. De verdachte is veroordeeld tot een onvoorwaardelijke gevangenisstraf van zesendertig maanden, met inachtneming van de tijd die hij al in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.