Uitspraak
OPENBAAR MINISTERIE VAN SINT MAARTEN,
1. SINT MAARTEN HARBOUR HOLDING COMPANY N.V.,
2. SINT MAARTEN HARBOUR FINANCE N.V.,
3. SINT MAARTEN HARBOUR OPERATIONS N.V.,
4. SINT MAARTEN HARBOUR CRUISE FACILITIES N.V.,
5. SINT MAARTEN HARBOUR CARGO FACILITIES N.V.,
6. SIMPSON BAY CAUSEWAY N.V.,
7. SINT MAARTEN PORTS DEVELOPMENT (SMPD) N.V.,
8. SMH CRANE COMPANY N.V.,
9. SIMPSON BAY LAGOON AUTHORITY CORPORATION (SLAC) N.V.,
10. SINT MAARTEN HARBOUR FUELING COMPANY N.V.,
11. SINT MAARTEN PORTS AUTHORITY N.V.,
12. SINT MAARTEN HARBOUR CONSULTING N.V.,
LAND SINT MAARTEN,
1.Verloop van de procedure
2.Het verzoek en de grondslag van het verzoek
legal and compliance officerte benoemen die toezicht houdt op naleving van de toepasselijke wet- en regelgeving, statuten en Corporate Governance Code binnen de vennootschappen, met uitdrukkelijke bepaling dat de door het Hof te benoemen tijdelijk bestuurder tot die benoeming bij uitsluiting bevoegd is;
Non-Retaliation Policyvast te stellen, met uitdrukkelijke bepaling dat de door het Hof te benoemen bestuurder tot die benoeming bij uitsluiting bevoegd is;
Corporate Governance
Corporate Governance Code for Island Owned Companies Sint Maartenop het vlak van Corporate Governance. Zo heeft de toenmalige Minister van Toerisme, Economische Zaken, Transport en Telecommunicatie in augustus 2012 als vertegenwoordiger van de aandeelhouder zonder deugdelijke onderbouwing aan alle leden van de RvC verzocht om voortijdig hun ontslag in te dienen, waarna de RvC werd samengesteld uit drie leden in plaats van de statutair voorgeschreven minimale bezetting van vijf leden. De eveneens statutair voorgeschreven expertise binnen de RvC (scheepvaart/cruise, economisch, financieel en juridisch) is daarbij al jaren niet toereikend. Voorts is de RvC structureel informatie onthouden, zijn door het bestuur (op instructie van de aandeelhouder) besluiten genomen zonder noodzakelijke instemming van de RvC en wordt al jaren niet voldaan aan de verplichting om binnen een half jaar na het afsluiten van het boekjaar een algemene vergadering van aandeelhouders te houden met als doel het bevestigen en aannemen van de jaarcijfers en het jaarverslag.
Het project Causeway
De Octaviolening
De schikking met Zebec
Fraude met nepfacturen
3.De beoordeling
legal and compliance officer) en 3f) eerste gedeelte (benoeming ombudsman/vertrouwenspersoon) heeft het OM verklaard bereid te zijn de betreffende verzoeken in te trekken zodra de vennootschappen uitvoering hebben gegeven aan het door hen geuite voornemen dergelijke functionarissen op korte termijn te benoemen.
corporate governanceen gelet op de kwestie van de nepfacturen, gegronde redenen zijn om te twijfelen aan een juist beleid. Zij stellen voorts dat een enquête kan bijdragen aan de ook door hen, zeker bij overheidsvennootschappen, van groot belang geachte transparantie. Niettemin zijn de vennootschappen van mening dat een onderzoek zoals door het OM verzocht achterwege moet blijven. Zij stellen te vrezen dat de kosten van een enquête hoog zullen zijn en dat de onderzoekers een groot beslag zullen leggen op de tijd van hun bestuurders, terwijl die bestuurders zich volledig dienen te richten op het herstelproces na de orkanen van vorig jaar. Ter zitting hebben de vennootschappen subsidiair verzocht een te gelasten enquête niet eerder dan over een half jaar te laten aanvangen. Zij hebben voorts te kennen gegeven dat zij voornemens zijn zelf onderzoek te laten doen (een “nulmeting”), dat zij ervoor openstaan om in samenspraak met het OM tot nadere maatregelen te komen en dat zij, in het bijzonder ook wat betreft het project Causeway, bereid zijn tot het verstrekken van nadere inlichtingen aan het OM. Binnenkort zal volgens de vennootschappen een commissaris met een juridische achtergrond worden benoemd, zodat dan ook zal zijn voldaan aan de kwalitatieve eisen die de statuten stellen aan de samenstelling van de RvC. Over de verdenkingen tegen [naam bestuurder] en diens positie binnen de vennootschappen verwachten de vennootschappen meer duidelijkheid te krijgen als zijn strafzaak later deze maand wordt behandeld.
legal and compliance officer) en 3f) eerste gedeelte (benoeming ombudsman/vertrouwenspersoon) aan te houden tot na een voortzetting van de behandeling. Daarmee krijgen de vennootschappen de gelegenheid voort te gaan met het treffen en afronden van maatregelen ter verbetering van het beleid en de gang van zaken bij de vennootschappen en tot het treffen van maatregelen om de gevolgen van eerder gevoerd onjuist beleid zoveel mogelijk ongedaan te maken of te beperken. De vennootschappen zullen voorts met het OM in overleg kunnen treden over de vraag in hoeverre de bezwaren van de vennootschappen tegen een enquête - de kosten en het tijdsbeslag - kunnen worden verlicht, alsmede over de vorm en reikwijdte van een in opdracht van de vennootschappen en/of een eventueel op last van het Hof te verrichten onderzoek.