ECLI:NL:OGHACMB:2017:5
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Beschikking
- Rechtspraak.nl
Spoedappel inzake verkorting van termijnen in kort geding tussen PDVSA en CORE LABORATORIES SALES N.V.
In deze zaak heeft de rechtspersoon naar Venezolaans recht, PDVSA PETROLEO S.A., hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, gewezen op 16 december 2016. PDVSA verzocht de president om de in artikel 235 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering (Rv) genoemde termijnen verder te verkorten, omdat de zaak spoedeisend zou zijn. Saybolt, de tegenpartij en oorspronkelijk eiseres in conventie, heeft dit verzoek afgewezen.
De president van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat de enkele omstandigheid dat de zaak spoedeisend is, niet voldoende is voor het verder verkorten van de wettelijke termijnen. Er moet sprake zijn van 'grote spoed' om deze discretionaire bevoegdheid te kunnen uitoefenen. PDVSA heeft aangevoerd dat de voortduring van het beslag oplopende kosten met zich meebrengt en dat een eenmaal gehouden veiling van de beslagen olieproducten niet kan worden teruggedraaid. Echter, de president oordeelde dat deze argumenten niet voldoende waren om aan te tonen dat er sprake was van grote spoed.
Uiteindelijk heeft de fungerend president het verzoek van PDVSA afgewezen. Deze beschikking is uitgesproken op 10 januari 2017 in aanwezigheid van de griffier, waarbij de president de belangen van beide partijen in overweging heeft genomen en de noodzaak van een onmiddellijke voorziening niet heeft kunnen vaststellen.