ECLI:NL:OGHACMB:2017:245
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- H.J. Fehmers
- M.C.B. Hubben
- F.V.L.M. Wannyn
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake teruggave van in beslag genomen geldbedrag na vernietiging eerdere vonnissen
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 20 september 2017 uitspraak gedaan in hoger beroep tegen een eerdere veroordeling van de verdachte. De verdachte was in eerste aanleg door het Gerecht in Sint Maarten op 21 januari 2015 veroordeeld tot een gevangenisstraf van zevenentwintig maanden. In hoger beroep werd deze straf verhoogd tot dertig maanden, waarvan zes maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van twee jaren. De Hoge Raad der Nederlanden heeft op 28 oktober 2016 het vonnis van het Hof vernietigd, omdat het Hof verzuimd had de hoogte van het terug te geven geldbedrag vast te stellen. De zaak werd terugverwezen naar het Hof voor herbehandeling.
Tijdens de zittingen in hoger beroep heeft de procureur-generaal, mr. A.C. van der Schans, gevorderd dat het Hof het terug te geven bedrag aan de verdachte zou vaststellen op USD 764,00. Dit bedrag is het verschil tussen het in beslag genomen geldbedrag van USD 4.674,00 en het door de verdachte gepinde bedrag van USD 3.910,00. De raadsvrouw, mr. S.R. Bommel, betoogde dat het terug te geven bedrag hoger zou moeten zijn, maar het Hof verwierp dit argument. Het Hof baseerde zijn beslissing op eerdere verklaringen van de verdachte over het bedrag dat aan hem toebehoorde, en concludeerde dat er geen reden was om het bedrag te verhogen.
Uiteindelijk heeft het Hof besloten om de teruggave van USD 764,00 aan de verdachte te gelasten. Dit vonnis is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier tijdens een openbare terechtzitting in Curaçao.