Op 12 oktober 2017 heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba uitspraak gedaan in hoger beroep in de strafzaak tegen de verdachte, geboren in 1963. De zaak betreft verduistering in dienstverband, waarbij de verdachte als directeur van het Kadaster een Iphone 5 heeft verduisterd. In eerste aanleg was de verdachte vrijgesproken van de meeste tenlastegelegde feiten, maar veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf van zes maanden. De procureur-generaal heeft in hoger beroep gevorderd dat het vonnis van de eerste aanleg wordt bevestigd en dat de inbeslaggenomen Iphone 5 verbeurd wordt verklaard. Het Hof heeft de procesgang en de argumenten van de verdediging, waaronder de schending van het verschoningsrecht van de dochter van de verdachte en de legitimiteit van het opsporingsonderzoek, overwogen. Het Hof oordeelde dat er geen sprake was van onrechtmatigheid in het opsporingsonderzoek en dat de verklaringen van getuigen voldoende basis vormden voor de verdenking tegen de verdachte. Het Hof heeft het vonnis van de eerste aanleg bevestigd, met uitzondering van de strafmotivering, en heeft de verdachte veroordeeld tot een geldboete van USD 2.000,00 en verbeurdverklaring van de Iphone 5. De uitspraak is onherroepelijk geworden na het verstrijken van de termijn voor cassatie.