ECLI:NL:OGHACMB:2017:190
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep ontnemingsvonnis met afwijzing vordering tot ontneming wederrechtelijk verkregen voordeel
In deze zaak gaat het om een hoger beroep tegen een ontnemingsvonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, waarbij de officier van justitie had gevorderd dat de veroordeelde een bedrag van USD 21.441,28 aan de Staat zou betalen ter ontneming van wederrechtelijk verkregen voordeel. De veroordeelde was eerder vrijgesproken van enkele feiten, maar was wel veroordeeld tot een voorwaardelijke gevangenisstraf voor verduistering in dienstbetrekking. In eerste aanleg was de veroordeelde ook al veroordeeld tot betaling van USD 759,00 aan de Staat, wat de aanleiding vormde voor het hoger beroep.
Tijdens de zittingen in hoger beroep heeft het Hof kennisgenomen van de vordering van de procureur-generaal, mr. M.L.A. Angela, en de argumenten van de verdachte en zijn raadslieden, mrs. S.C. Larmonie en H.N. Alejandra. Het Hof heeft vastgesteld dat de veroordeelde wederrechtelijk voordeel heeft genoten ter waarde van USD 759,00, maar heeft de vordering tot ontneming afgewezen. Dit omdat de witte Iphone 5, die als wederrechtelijk verkregen voordeel werd beschouwd, al verbeurd was verklaard. Het Hof oordeelde dat de verbeurdverklaring van voorwerpen die uit de baten van het strafbare feit zijn verkregen, een alternatief is voor ontneming, en dat er geen dubbele ontneming mocht plaatsvinden.
Uiteindelijk heeft het Hof het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg vernietigd en de vordering tot ontneming van het wederrechtelijk verkregen voordeel afgewezen. Het vonnis is uitgesproken op 12 oktober 2017 door de rechters D. Radder, T.E. van der Spoel en A.J. Martijn.