Uitspraak
[GEÏNTIMEERDE 1],
[GEÏNTIMEERDE 2],
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van [appellant] tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, waarin hij werd veroordeeld tot betaling van huur en ontruiming van een woning. De zaak betreft een huurcontract met optie tot koop, dat op 1 januari 2011 werd ondertekend tussen [geïntimeerde 2] als verhuurder en [appellant] als huurder. De huurperiode eindigde op 31 december 2014, maar [appellant] bleef in de woning wonen zonder huur te betalen. [geïntimeerde 2] verzocht de huurcommissie om toestemming tot opzegging van de huurovereenkomst, welke werd verleend. [appellant] ging in hoger beroep tegen deze beslissing, maar het Gerecht in eerste aanleg bevestigde de ontruiming en de huurverplichting. Het Hof oordeelt dat de huurovereenkomst na afloop van de huurperiode doorwerkt, waardoor [geïntimeerde 2] gerechtigd is om ontruiming te vorderen. Het Hof bevestigt de veroordeling tot ontruiming en betaling van huur, maar staat partijen toe om in hoger beroep te onderzoeken of er een deskundigenbericht nodig is om de gemaakte kosten van [appellant] te beoordelen. De zaak wordt verwezen naar de rol voor verdere akten.