ECLI:NL:OGHACMB:2017:10
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Eerste aanleg - meervoudig
- E.A. Saleh
- G.C.C. Lewin
- H.J. Fehmers
- Rechtspraak.nl
Schadestaatprocedure na ontbinding van woningbouwopdracht
In deze zaak gaat het om een schadestaatprocedure die volgt op een eerdere uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao (GEA) van 20 januari 2014. De stichting Fundashon Kas Popular (FKP) heeft een opdracht gegeven aan A-Jon Bouwbedrijf N.V. voor de bouw van 24 woningen in Curaçao. De woningen zouden op 5 mei 2011 worden opgeleverd, maar op die datum waren ze nog niet afgebouwd. A-Jon Bouwbedrijf heeft de bouwplaats in september 2011 verlaten, waarna FKP het werk door derden heeft laten voltooien. A-Jon Bouwbedrijf heeft FKP aangeklaagd voor schadevergoeding wegens wanprestatie.
In de hoofdzaak heeft het GEA geoordeeld dat FKP aansprakelijk is voor de schade die A-Jon Bouwbedrijf heeft geleden als gevolg van de ontbinding van de overeenkomst. In deze schadestaatprocedure heeft het GEA de schade begroot op NAf 379.251,28, vermeerderd met rente en kosten. FKP heeft in hoger beroep vijf grieven ingediend, waarbij zij onder andere betoogt dat de schade niet meer kan bedragen dan hetgeen zij eerder had aangeboden en dat er geen rekening is gehouden met kosten die A-Jon Bouwbedrijf heeft bespaard.
Het Hof heeft de grieven van FKP verworpen en geoordeeld dat de schadevergoeding moet worden aangepast op basis van een minderwerkopdracht die FKP heeft verstrekt. Het Hof heeft het vonnis van het GEA vernietigd en FKP veroordeeld tot betaling van NAf 325.292,74, vermeerderd met wettelijke rente, en heeft de proceskosten in eerste aanleg en hoger beroep toegewezen. Dit vonnis is uitgesproken op 10 januari 2017.