ECLI:NL:OGHACMB:2016:18
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.A. Saleh
- G.C.C. Lewin
- D. Radder
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake vordering tot betaling van commissie door ADC Aruba Development Company N.V.
In deze zaak heeft de naamloze vennootschap ADC Aruba Development Company N.V. (hierna: ADC) hoger beroep ingesteld tegen vonnissen van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (GEA) die op 9 januari 2013 en 27 mei 2015 zijn uitgesproken. De zaak betreft een vordering van een geïntimeerde, die stelt dat er een mondelinge overeenkomst is gesloten met ADC voor de verkoop van terreinen en huizen van het project Jan Ridderstap Residence in Aruba. De geïntimeerde vordert betaling van een commissie van 2% over de verkochte terreinen en huizen, die ADC volgens hem verschuldigd is.
ADC heeft in hoger beroep vier grieven ingediend, waarbij zij onder andere de bewijswaardering door het GEA aanvecht. Het Hof heeft de grieven beoordeeld en geconcludeerd dat de bewijswaardering door het GEA juist is. De eerste grief, die zich richt tegen de motivering van de hoogte van de gevorderde hoofdsom, is verworpen omdat deze niet voldoet aan het kenbaarheidsvereiste. Het Hof heeft vastgesteld dat de gevorderde hoofdsom niet voldoende gemotiveerd is door ADC, waardoor de grief faalt.
De grieven 3 en 4 zijn van zelfstandige betekenis en blijven onbesproken. Het Hof heeft uiteindelijk de vonnissen waarvan beroep bevestigd en ADC veroordeeld in de kosten van het hoger beroep, die zijn begroot op Afl. 213,21 aan verschotten en Afl. 3.400,00 aan salaris voor de gemachtigde. Dit vonnis is uitgesproken op 22 maart 2016.