ECLI:NL:OGHACMB:2016:174

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
20 december 2016
Publicatiedatum
28 juni 2017
Zaaknummer
AR 1130/13 - ghis 72913 - H 124/15
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Hoger beroep in een civiele zaak betreffende aanneming van werk en contra-enquête

In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, gaat het om een hoger beroep in een civiele procedure. De zaak betreft een geschil tussen een appellant, vertegenwoordigd door mr. D.C.A. Crouch, en een geïntimeerde, vertegenwoordigd door mr. P.M.E. Mohamed. De appellant is een inwoner van Aruba en was oorspronkelijk eiser in conventie, terwijl de geïntimeerde een naamloze vennootschap is, gevestigd in Aruba, en oorspronkelijk gedaagde in conventie. De procedure is gestart na een vonnis van 18 augustus 2015, waarin het Hof een bewijsopdracht heeft verstrekt aan de geïntimeerde. De geïntimeerde heeft echter geen getuigen voorgebracht, maar heeft op 20 september 2016 producties overgelegd ter ondersteuning van de bewijslevering. De appellant heeft op 18 oktober 2016 gereageerd op deze producties.

Tijdens de zitting op 20 december 2016 heeft het Hof besloten dat de appellant in de gelegenheid wordt gesteld om getuigen in contra-enquête voor te brengen. Dit getuigenverhoor is gepland voor 14 februari 2017. Het Hof heeft in deze beslissing aangegeven dat de bewijswaardering op dit moment nog niet wordt beoordeeld en dat verdere beslissingen worden aangehouden. Het vonnis is uitgesproken in tegenwoordigheid van de griffier en is een belangrijke stap in de voortgang van de procedure.

Uitspraak

Burgerlijke zaken over 2016 Vonnis no.:
Registratienummer: AR 1130/13 - ghis 72913 - H 124/15
Uitspraak: 20 december 2016
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
V O N N I S
in de zaak van:
[APPELLANT],
wonende in Aruba,
oorspronkelijk eiser in conventie, verweerder in reconventie,
thans appellant,
gemachtigde: mr. D.C.A. Crouch,
tegen
de naamloze vennootschap
[GEÏNTIMEERDE] N.V.,
gevestigd in Aruba,
oorspronkelijk gedaagde in conventie, eiseres in reconventie,
thans geïntimeerde,
gemachtigde: mr. P.M.E. Mohamed.
De partijen worden hierna weer [appellant] en [geïntimeerde] genoemd.

1.Het verdere verloop van de procedure

Bij vonnis van 18 augustus 2015 heeft het Hof een bewijsopdracht verstrekt aan [geïntimeerde]. [geïntimeerde] heeft geen getuigen voorgebracht, maar bij akte van 20 september 2016 producties overgelegd ter fine van bewijslevering. Bij akte van 18 oktober 2016 heeft [appellant] gereageerd. Vonnis is gevraagd en nader bepaald op heden.

2.De verdere beoordeling

Het getuigenverhoor aan de zijde van [geïntimeerde] wordt gesloten. [appellant] zal overeenkomstig het aanbod in zijn pleitnota van 16 juni 2015 en aan het slot van zijn akte van 18 oktober 2016 in de gelegenheid worden gesteld getuigen in contra-enquête voor te brengen. Hetgeen in die akte is betoogd over de bewijswaardering wordt in dit stadium nog niet beoordeeld.
B E S L I S S I N G
Het Hof:
bepaalt dat [appellant] de in contra-enquête te horen getuigen kan voorbrengen op dinsdag 14 februari 2017 te 14.00 uur voor een nader aan te wijzen lid van het Hof in het Gerechtsgebouw in Aruba;
houdt iedere verdere beslissing aan.
Dit vonnis is gewezen door mrs. J. de Boer, G.C.C. Lewin en S.A. Carmelia, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba en ter openbare terechtzitting van het Hof in Aruba uitgesproken op 20 december 2016 in tegenwoordigheid van de griffier.