ECLI:NL:OGHACMB:2015:85
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Einde alimentatieplicht na drie jaar en drie maanden bij kort huwelijk zonder kinderen
In deze zaak gaat het om de beëindiging van de alimentatieplicht na een kort huwelijk van drie jaar en drie maanden zonder kinderen. De man, oorspronkelijk verzoeker en thans appellant, heeft hoger beroep ingesteld tegen een eerdere beschikking van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, waarin hij werd veroordeeld tot het betalen van US$ 400,- per maand aan de vrouw, die geen inkomen heeft. De man betoogt dat hij niet in staat is om dit bedrag te betalen en dat de vrouw niet behoeftig is. De vrouw heeft daarentegen incidenteel beroep ingesteld en verzoekt om een verhoging van de alimentatie naar US$ 1.000,- per maand.
Tijdens de mondelinge behandeling op 26 november 2015 is gebleken dat de man een maandelijks inkomen heeft van US$ 2.950,-, terwijl zijn maandelijkse lasten US$ 1.624,58 bedragen. Dit laat hem een draagkracht van US$ 1.325,42 per maand. De vrouw heeft geen inkomen en haar maandelijkse lasten bedragen US$ 1.039,-, wat haar behoefte op US$ 1.040,- per maand brengt. Het Hof oordeelt dat de man, gezien zijn draagkracht en de behoefte van de vrouw, een bijdrage van US$ 1.000,- per maand moet betalen.
Het Hof vernietigt de eerdere beschikking en bepaalt dat de alimentatieplicht van de man eindigt na drie jaar en drie maanden na de inschrijving van de echtscheidingsbeschikking, conform artikel 1:157, lid 6 BW BES. De kosten van beide instanties worden gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak is gedaan door de rechters Tijhuis, Van der Poel en Fehmers op 8 december 2015.