ECLI:NL:OGHACMB:2015:42
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Pensioenverrekening na echtscheiding en de toepassing van verrekenmethoden
In deze zaak gaat het om de pensioenverrekening na de echtscheiding van partijen, die in 1976 in algehele gemeenschap van goederen zijn gehuwd. De echtscheiding werd uitgesproken op 10 april 2001 en ingeschreven op 20 juni 2001. Na de echtscheiding heeft het Algemeen Pensioenfonds van de Nederlandse Antillen (APNA) de vrouw geïnformeerd over de mogelijkheden voor de verrekening van pensioenrechten. De vrouw heeft de man in rechte betrokken om medewerking te verlenen aan de pensioenverrekening, waarbij zij de voorkeur gaf aan een periodieke uitkering na ingang van het pensioen (verrekenmethode 2) in plaats van een eenmalige uitkering (verrekenmethode 1). Het Gerecht in eerste aanleg (GEA) heeft in zijn vonnis van 2 april 2013 de vrouw in het gelijk gesteld en de man veroordeeld tot afdracht van haar aandeel in de pensioenaanspraken. De man heeft hoger beroep ingesteld, maar het Hof heeft de grieven van de man verworpen en het vonnis van het GEA bekrachtigd. Het Hof oordeelt dat de toepassing van verrekenmethode 2 in overeenstemming is met de eisen van redelijkheid en billijkheid, en dat er geen reden is om de voorkeur te geven aan een eenmalige uitkering. De proceskosten worden gecompenseerd, gezien de ex-echtgenotenstatus van partijen.