ECLI:NL:OGHACMB:2014:11
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- J. de Boer
- G.C.C. Lewin
- A.N.G.N.E. Mijnssen
- Rechtspraak.nl
Aansprakelijkheid bij scheurvorming in koopwoning en verjaring van vorderingen
In deze zaak gaat het om een geschil tussen de stichting Fundashon Kas Popular (FKP) en een particuliere eiseres, die oorspronkelijk de woning heeft gekocht van FKP. De eiseres, die in persoon procedeert, heeft in hoger beroep beroep gedaan op de aansprakelijkheid van FKP voor scheurvorming in de woning die in 1996 is gekocht. FKP heeft in hoger beroep aangevoerd dat de vordering van de eiseres is verjaard, omdat de verjaringstermijn is verstreken tussen 1996 en 2005, voordat de zaak aanhangig werd gemaakt. De eiseres heeft de grieven van FKP bestreden en het Hof verzocht het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao te bevestigen.
Het Hof heeft vastgesteld dat de verjaringstermijn voor de vordering van de eiseres is gaan lopen op het moment dat de schade (de scheurvorming) voldoende ernstig was om als zodanig te worden herkend. Dit was naar het oordeel van het Hof in 1996 of 1997 het geval. Het Hof heeft ook overwogen dat de eiseres onvoldoende heeft aangetoond dat er na reparaties een nieuwe verjaringstermijn is gaan lopen. De stelling van de eiseres dat FKP aansprakelijkheid heeft erkend, is niet voldoende om te concluderen dat de verjaring is gestuit.
Uiteindelijk heeft het Hof geoordeeld dat de vordering van de eiseres is verjaard en heeft het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg vernietigd. De vordering van de eiseres is afgewezen en zij is veroordeeld in de proceskosten van het hoger beroep. Het Hof heeft de proceskosten in eerste aanleg gecompenseerd, gezien de lange duur van de procedure zonder dat een beroep op verjaring is gedaan.