ECLI:NL:OGHACMB:2013:BZ2090
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Bevel tot onmiddellijke invrijheidstelling van verdachte na inbraak in bedrijfspand
Op 20 februari 2013 heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba een beschikking gegeven in de zaak van een verdachte die was gedetineerd in Curaçao. De verdachte was beschuldigd van inbraak in een bedrijfspand. Tijdens de behandeling van het hoger beroep op 19 februari 2013, waren de verdachte, zijn raadsvrouw mr. M.O. Gomes, en de (waarnemend) procureur-generaal mr. A.C. van der Schans aanwezig. Het Hof heeft op basis van de ingediende stukken en de in raadkamer verkregen inlichtingen geoordeeld dat de gronden voor de voorlopige hechtenis niet langer gerechtvaardigd zijn. De verdenking van inbraak in een bedrijfspand levert volgens het Hof geen ernstige geschokte rechtsorde op. Bovendien heeft de verdachte een vaste woonplaats in Nederland, wat het risico op vluchtgevaar minimaliseert. De verdachte heeft verklaard dat hij bij zijn tante kan verblijven en zijn berechting daar kan afwachten. Het Hof concludeert dat er geen recidivegevaar aanwezig is, aangezien de verdachte niet eerder in aanraking is gekomen met justitie. Daarom heeft het Hof de vordering van de officier van justitie tot verlenging van de gevangenhouding afgewezen en de onmiddellijke invrijheidstelling van de verdachte bevolen. Deze beschikking is gegeven door de rechters J.P.C. van Dam van Isselt, H.J. van Kooten en F.J. Lourens, in tegenwoordigheid van de griffier.