Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.De beoordeling
vrijdag 21 juni 2013, om 13.30 uur, ter plaatse van de percelen waarop de meetbrieven nrs. [nummer 1] en [nummer 2] betrekking hebben ([straatnaam], Sint Maarten);
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, zijn de erfgenamen van Hart en Leah Meyers (hierna: [erven 1]) in hoger beroep gekomen tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten (GEA) van 28 juni 2011. De zaak betreft een geschil over de eigendom en de grenzen van onroerende zaken. De erfgenamen van [erven 1] hebben hun eis gewijzigd en vorderen onder andere dat het Hof de grenzen van de landerijen toebehorende aan beide partijen zal vaststellen, en dat voor recht zal worden verklaard dat bepaalde onroerende zaken toebehoren aan [erven 1].
De procedure begon met het vonnis van het GEA, waartegen [erven 1] grieven hebben ingediend. [erven 2], de erfgenamen van een andere partij, hebben in hun memorie van antwoord de grieven bestreden en een voorwaardelijk incidenteel appel ingesteld. Het Hof heeft de partijen uitgenodigd voor een comparitie ter plaatse van de percelen waarop de meetbrieven betrekking hebben, met als doel het verkrijgen van inlichtingen en het beproeven van een minnelijke regeling. De comparitie is gepland op 21 juni 2013. Het Hof heeft verder besloten om iedere verdere beslissing aan te houden tot na deze comparitie.