ECLI:NL:OGHACMB:2013:5
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- E.M. van der Bunt
- J.P. de Haan
- H.J. van Kooten
- Rechtspraak.nl
Tijdigheid van het indienen van een verzetschrift in hoger beroep
In deze zaak is in geschil of het verweerschrift tot verzet tijdig is ingediend. Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie heeft op 25 juni 2013 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellanten, een groep van elf personen wonende op Bonaire, hebben hoger beroep ingesteld tegen een vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, gewezen op 18 juli 2011. De appellanten hebben op 26 augustus 2011 een akte van hoger beroep ingediend en op 7 oktober 2011 een memorie van grieven met acht grieven tegen het eerdere vonnis. De conclusie van de appellanten was dat het Hof het eerdere vonnis zou vernietigen en de vorderingen alsnog zou toewijzen, met veroordeling van de geïntimeerden in de kosten van beide instanties.
De geïntimeerden hebben de grieven bestreden en verzocht het vonnis waarvan beroep te bevestigen. De procedure heeft geleid tot een pleidooi waarbij beide partijen pleitaantekeningen hebben overgelegd. Het Hof heeft vervolgens de zaak beoordeeld en geconcludeerd dat het GEA ten onrechte de geïntimeerden niet-ontvankelijk heeft verklaard in hun verzet. Het Hof heeft vastgesteld dat het verzetschrift op de laatste dag van de verzettermijn per fax is verzonden en dat dit op de juiste wijze is gebeurd, conform de eisen van de wet. De stelling dat het originele stuk de eerstvolgende werkdag ter griffie moet worden ingediend, werd door het Hof verworpen.
Het Hof heeft partijen de gelegenheid gegeven om zich uit te laten over de overwegingen van het Hof en heeft verdere beslissingen aangehouden. De uitspraak is gedaan door de rechters E.M. van der Bunt, J.P. de Haan en H.J. van Kooten, en is openbaar uitgesproken in Curaçao.