Uitspraak
1.Het verloop van de procedure
2.Waarvan het Hof uitgaat
overdrachtvan het uitsluitend recht op een merk aan hem, als bedoeld in artikel 21, vierde lid, van de Merkenlandsverordening 1995 (hierna: Merkenlandsverordening). In artikel 9, eerste lid, van het Merkenlandsbesluit is bepaald wat een zodanig verzoek moet bevatten.
vernieuwingvan de inschrijving van het depot in verband met tijdsverloop, als bedoeld in artikel 20, derde lid, van de Merkenlandsverordening. In artikel 10, eerste lid, van het Merkenlandsbesluit is bepaald welke gegevens een zodanig verzoek moet bevatten.
3.Wettelijk kader
a. het gedeponeerde teken niet beantwoordt aan de in artikel 5 gegeven omschrijving van een merk, met name wanneer het ieder onderscheidend vermogen in de zin van artikel 6quinquies B, tweede lid, van het Verdrag van Parijs mist.
b. het depot betrekking heeft op een merk als bedoeld in artikel 8 onderdelen a, b en g.
4.Bevoegdheid van het Hof
Staten van de Nederlandse Antillen1974/1975, 1757, no. 3, p. 1-2), in beginsel gebaseerd op de in Nederland geldende Eenvormige Beneluxwet op de merken (stand 1995). In Nederland is de civiele rechter ter zake bevoegd, te weten het Gerechtshof te 's-Gravenhage (artikel 6ter van de Eenvormige Beneluxwet op de merken).