ECLI:NL:OGHACMB:2012:CA0518
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- Rechtspraak.nl
Schadevergoeding en ongerechtvaardigde verrijking in hoger beroep
In deze zaak heeft het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba op 14 december 2012 uitspraak gedaan in hoger beroep. De appellante, de naamloze vennootschap Petrudon Architects & Construction N.V., heeft schadevergoeding gevorderd in hoger beroep tegen de oorspronkelijke eiser, aangeduid als [X]. De vordering van Petrudon kan echter niet worden toegewezen, omdat het Hof oordeelt dat er onvoldoende bewijs is voor de stelling van ongerechtvaardigde verrijking. Het Hof heeft vastgesteld dat Petrudon in eerste aanleg geen vergoeding heeft gevorderd, waardoor een toewijzing in hoger beroep niet mogelijk is volgens artikel 280 lid 1 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering.
Het Hof heeft verder geoordeeld dat Petrudon zich beroept op een retentierecht, maar dat de relevante artikelen van het Burgerlijk Wetboek in dit geval niet van toepassing zijn. Petrudon heeft onvoldoende feitelijke onderbouwing gegeven voor haar beroep op redelijkheid en billijkheid, en het Hof heeft geen bijzondere omstandigheden kunnen vaststellen die aanleiding geven tot toekenning van een vergoeding aan Petrudon. De grieven van Petrudon zijn dan ook tevergeefs voorgesteld, en het Hof heeft het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg bevestigd. Petrudon is als de in het ongelijk gestelde partij veroordeeld in de kosten van het hoger beroep.