ECLI:NL:OGHACMB:2012:BY7906
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- J.Th. Drop
- R.W.L. Loeb
- A.W.M. Bijloos
- Rechtspraak.nl
Hoger beroep inzake verzoek om vergoeding van griffierecht na intrekking van het beroep
In deze zaak gaat het om een hoger beroep van een appellant die verzocht om vergoeding van het door hem betaalde griffierecht na de intrekking van zijn beroep. De appellant, wonend in Curaçao, had eerder een beroep ingesteld tegen het uitblijven van een beschikking op zijn bezwaar tegen een ontslagbesluit van de Gouverneur van Curaçao. Dit ontslag was verleend op voordracht van de minister van Verkeer, Vervoer en Ruimtelijke Planning. De appellant trok zijn beroep in op 1 februari 2012, maar stelde later dat hij verschoonbaar had gedwaald bij deze intrekking, omdat hij meende dat de brief van 24 maart 2011 geen beschikking op zijn bezwaar bevatte. Het Hof oordeelde dat de intrekking van het beroep niet ongedaan kon worden gemaakt, tenzij er sprake was van omstandigheden die de appellant niet konden worden toegerekend, zoals dwaling of bedrog. Het Hof concludeerde dat de appellant inderdaad in dwaling verkeerde, omdat de brief van 24 maart 2011 niet de beschikking op zijn bezwaar betrof, maar op een bezwaar van een andere partij. Hierdoor was de intrekking van het beroep niet rechtsgeldig. Het Hof verklaarde het hoger beroep gegrond, vernietigde de eerdere uitspraak van het Gerecht en droeg de minister op om alsnog op het bezwaar van de appellant te beslissen. Tevens werd het griffierecht dat de appellant had betaald, aan hem vergoed.