Datum uitspraak: 24 mei 2012
Zaaknummer: H-15/12
Parketnummer: BES.0054.11.S
Tegenspraak
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
van Aruba, Curaçao en Sint Maarten en
van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
gewezen op het hoger beroep, ingesteld tegen het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zittingsplaats Bonaire, van 22 februari 2012 in de strafzaak tegen de verdachte:
[verdachte],
geboren op [datum] 1960 te Dominica,
thans gedetineerd in de Justitiële Inrichting Caribisch Nederland, lokatie Bonaire.
<u>Procesgang en onderzoek van de zaak </u>
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen in eerste aanleg van 16 december 2011 en 8 februari 2012, zoals daarvan blijkt uit de processen-verbaal van die terechtzittingen, alsmede van het onderzoek op de terechtzitting in hoger beroep van 4 mei 2012 op Bonaire.
Het Hof heeft kennis genomen van de vordering van de (waarnemend) procureur-generaal, mr. A.C. van der Schans, en van hetgeen door de verdachte en diens raadsvrouw, mr. A.F. van Toll, naar voren is gebracht.
De procureur-generaal heeft gevorderd dat het Hof het vonnis waarvan beroep zal vernietigen en, opnieuw rechtdoende, aan de verdachte ter zake van de feiten 1 primair, 2 primair en 3 een gevangenisstraf zal opleggen voor de duur van zeven jaren, met aftrek van voorarrest.
In eerste aanleg is de verdachte ter zake van het onder 1 primair, 2 primair en 3 tenlastegelegde veroordeeld tot een gevangenisstraf voor de duur van zes jaren, met aftrek van voorarrest.
De verdachte heeft hoger beroep ingesteld.
Aan de verdachte is, met inachtneming van de in eerste aanleg gevorderde en toegewezen wijziging, ten laste gelegd:…
<u>Vonnis waarvan beroep</u>
Het vonnis waarvan beroep kan niet in stand blijven, omdat het Hof zich daarmee niet verenigt.
Het Hof acht bewezen hetgeen aan de verdachte onder het onder 1 primair, 2 primair en 3 is ten laste gelegd, met dien verstande:
dat hij
op tijdstippen in de periode van 1 maart 2008 tot en met 31 december 2010
te Sint Eustatius,
meermalen seksuele handelingen heeft gepleegd met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaar, te weten
[jongste dochter], (geboren op [datum] 2001)
bestaande uit het <i>seksueel</i> binnendringen van het lichaam,
hebbende verdachte, toen daar meermalen (telkens)
- een vinger en/of zijn penis in de vagina van [dochter] gebracht;
dat hij
op één of meer tijdstip(pen) in of omstreeks de periode van 26 september 2006 tot en met 26 september 2008,
te Sint Eustatius,
meermalen
seksuele handelingen heeft gepleegd met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaar, te weten
[oudste dochter], (geboren op [datum] 1998)
bestaande uit het <i>seksueel</i> binnendringen van het lichaam,
hebbende verdachte, toen daar meermalen telkens
-zijn stijve penis in de vagina van [dochter] gebracht;
dat hij
in of omstreeks 1 januari 2009 tot en met 1 september 2011,
op het eiland Sint Eustatius,
opzettelijk meermalen, [dochters] zijnde zijn eigen kinderen, heeft mishandeld door
meermalen telkens
met kracht [dochters] met een riem op het lichaam <i>te slaan</i>,
waardoor voornoemde [dochters] pijn hebben ondervonden.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.
Indien in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, zijn deze verbeterd (<i>cursief</i>). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Het Hof grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezenverklaarde heeft begaan op feiten en omstandigheden die in de hiernavolgende bewijsmiddelen zijn vervat en die reden geven tot de bewezenverklaring.
Voor zover geschriften worden gebruikt, worden deze slechts gebruikt in samenhang met de inhoud van andere bewijsmiddelen, die op hetzelfde feit of dezelfde feiten betrekking hebben.
1. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 12 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [jongste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>I was born on St. Maarten on[datum] 2001. My fathers name is [ ]i. I think I was about 6 or 7 years old when my father started putting his finger in my vagina. When I got accustomed I used to ask my father for sex. I mean when I got accustomed to his penis inside my body. Last year was the last time that I had sex with my father. When my father was sexing me it used to be in the bathroom or on the bed. If we were sexing in the bed most of the times my father was on top of me. I used to lay on my back while my father lay between my legs. My father would then take his penis and put it into my vagina. My father would move his body up and down on my body. I would feel his penis going in and out of my vagina. I cannot remember how many times a day my father would sex me. I think everyday my father would sex me. I know that sperm is a white thing coming out of a man penis. I saw this white thing come out of my father penis. After sexing with my father I would see this white thing come out his penis. I sometimes would feel my vagina wet after sexing with my father. After sexing with my father my father would tell me that I have to bathe. I would go to the bathroom and rinse out. I mean I would not bathe my whole body. I would just rinse out my vagina. Also my father would sex me in the bathroom. My father would call me into the bathroom. I know why my father would call me into the bathroom. To have sex. My father does sit on the toilet. My father would put me on top his lap. And then he put his penis in my vagina. Last year we moved up into the big house in Statia. I have my own bedroom. Last year I cannot remember when my father had sex with me on the floor in my parents bedroom. My father put his penis in my vagina. Sometimes while my father was sexing me, my mother would be outside washing up the dishes or outside the house. My sister [oudste dochter] would be sometimes in de bedroom with us.</small>
2. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 11 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [oudste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>My sisters name is [dochter]. My father’s name is [ ]. My father does have sex with us. With us I mean my father has sex with my sister and me. I know what sex is. Sex is “his private piece going into my vagina”. With his private piece, I mean my father’s penis. I remember one time I saw my father having sex with my sister. We will still living in the wooden house in Statia. I was on the floor watching t.v. My father and sister were on the downstairs bed. I saw movement out of the corner of my eye. I just know they were having sex. I looked and I saw my sister on top of my father. The bedcovers was over them. I heard the bed creaking. After a while maybe some weeks later; my father would take turns having sex with my sister and me. If me and my sister and my father home, if my sister go first I would go second. If I go first my sister would go second. For instance, if I have sex with my father and he come, I would go rinse off. By the time, I am finished rinsing off my father would be having sex with my sister [dochter]. After a while it become normal to my sister and me having sex with my father.</small>
3. De <u>verklaring van de verdachte</u>, op 4 mei 2012 afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting, voor zover inhoudende, -zakelijk weergegeven-:
<small>We hadden twee huizen, een houten huis en een stenen huis. Ik verbleef als ik op Statia was in het stenen huis. Mijn kinderen [dochters] verbleven daar ook. Ieder had een eigen slaapkamer, er waren 3 slaapkamers. In het houten huis was ik ook weleens, met de kinderen, voor ik me in het stenen huis vestigde.</small>
1. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 11 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [oudste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>I was born on [datum] 1998. My father’s name is [ ]. My father does have sex with us. With us I mean my sister [ ] and me. I know what sex is. Sex is “his private piece going into my vagina”. With his private piece, I mean my father’s penis. I cannot remember what year my father started having sex with me. It started in the house. I am speaking of an old wooden house. We used to live in an old wooden house. The first time that I remembered having sex was in the bedroom on the bed. I remember plenty pain. I felt something pushing inside of me. I did not know if it was his finger or his penis that was pushing inside of me. I remember that I would be sleeping and my father would wake me up and we would sometimes go into the bathroom. I would see his penis. When his penis is hard it is stiff and standing up. My father would then sit on the toilet and I would sit face to face on his penis. My father would then rock me and back and forth on his penis. (opmerking verbalisant: de slachtoffer [ ] demonstreerde aan verbalisant hoe zij op het penis van haar vader heen en weer beweegde). My father would stop moving of he would stop rocking me. I know when a man come. That is when sperm comes from his penis. I do not remember seeing the sperm of my father but I do remember when I come of his penis my vagina would be wet. My father would tell me to rinse off. Sometimes when I go bathe my father would come en bathe with me. While we were bathing my father would have sex with me in the shower. It have a bucket in the shower. My father would sit on the bucket and I would sit facing him or I would turn around and my father would have sex with me from behind while he was sitting on the bucket in the shower. In the bedroom we would have sex on the bed. We does two things on top of the bed, my father and me either have sex with my legs open with my father between my legs or I would go on top of him. While having sex with my father over me between my legs, I would sometimes put my father penis with my hands into my vagina. I would have sex with my father morning, noon and night. When I say that, I mean that if I have school, my mother would usually wake us up around four in the morning. While my mother is busy in the kitchen my father would have sex with me. My mother would wake me up around 04:30 hours and I sometimes would go down on the bed underneath by my father. My sister would be bathin or in the kitchen with my mother. The light would usually be off. The bedroom door would be closed or if it is open my father would close the door. I will go on top of my father an my father or me would put his penis into my vagina. I think my father’s penis used to go all the way in. On top of my father I used to move myself back and forth on his penis. While we were having sex my mother never came into the bedroom. After I finished school I would go home and most of the times I would have a Spanish girlfriend visiting. When my father finished work and came home she would leave. My father and I would have sex. At night while my mother is not in the bedroom my father would also have sex with me. This happened everyday while my father lived in Statia. But if my father goes to St. Maarten we does not do it. I had a normal book and I wrote everything what happened with anybody and that means my father also. I stopped having sex with my father when I was ten years old. I was still at Lynch Plantation school. </small>
2. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 24 november 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>relaas van verbalisant</u>:
<small>Bij dit proces-verbaal is gevoegd een “Diary” van [oudste dochter] en is afzonderlijk als bijlage 39 bij dit proces-verbaal gevoegd.</small>
3. Een geschrift, te weten <u>een schrift</u> met het opschrift bijlage 39 en “[…]” inhoudende onder meer de volgende passages:
<small>I am twelve years old the first time I had sex was like 8 and younger. Up to 8 to 10 I had sex with my father it was nice for me and I was small so I did not no better. So I us to go to have sex. I us to say papa lets go to have sex.</small>
<small>The first time I had sex with my father I did not no any better so I yous to say yes verry morning noon and night. We yous to had sex, I was small so I was loving sex a lot that is when we was in the small huis. Every day I come from school I fix the bed when he come home we will do it. </small>
4. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 12 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>My sisters name is [ ]. My fathers name is [ ]. I told my sister one time that I know that she does have sex with my father. We were living in the small wooden house. I was small. I wanted to watch Barney on the dvd. I wanted my sister to come put on the dvd for me. The tv and dvd were inside of the bedroom. I saw that [sister] and my father were on the bed lying down. They were lying underneath the covers. When I called [sister] to put on the tv for me I think she said that she coming. [sister] did not come right away. My father was sexing with [sister] and I was there, in the room with them.</small>
5. De <u>verklaring van de verdachte</u>, op 4 mei 2012 afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting, voor zover inhoudende, -zakelijk weergegeven-:
<small>We hadden twee huizen, een houten huis en een stenen huis. Ik verbleef als ik op Statia was in het stenen huis. Mijn kinderen [ ] verbleven daar ook. Ieder had een eigen slaapkamer, er waren 3 slaapkamers. In het houten huis was ik ook weleens, met de kinderen, voor ik me in het stenen huis vestigde.</small>
1. De <u>verklaring van de verdachte</u>, op 4 mei 2012 afgelegd tijdens het onderzoek ter terechtzitting, voor zover inhoudende, -zakelijk weergegeven-:
<small>Ik heb de kinderen weleens met een broeksriem geslagen, vanaf dat ze tien waren, niet eerder. Bij [dochter] ongeveer twee keer. Bij [oudste dochter] misschien drie keer.</small>
2. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 11 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [oudste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>I was born on [datum] 1998. My father’s name is […]. </small>
3. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 19 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagenten bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [oudste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>I remember that when I was about between 11 and 12 years old, my father used to beat me real bad. After when he did start beating me, my father would use a belt. </small>
4. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 12 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small> I was born on St. Maarten on [datum] 2001. My fathers name is […].</small>
5. Een proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 19 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagenten bij het Korps Politie Caribisch Nederland, voor zover inhoudende, als <u>verklaring van [oudste dochter]</u>, -zakelijk weergegeven-:
<small>Mijn vader had mij en mijn zus […] verschillende keren behoorlijk mishandeld met de riem.</small>
<u>Bewijsoverwegingen</u>
<i>Met betrekking tot feit 1 primair en feit 2 primair</i>
De verdediging heeft het verweer gevoerd dat er aanleiding is te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaringen van [dochters]. Daartoe heeft de verdediging aangevoerd dat uit onderzoek is gebleken dat de emotionele intensiteit waarmee een ondervraging gepaard gaat, een kind kan aanzetten om fantasie te gebruiken. Daarnaast is er ook nog het prettige effect van zoveel aandacht. Als kinderen <i>bij herhaling</i> worden ondervraagd, kan het zijn dat de verhalen steeds ernstiger worden. De kinderen leren tijdens herhaalde ondervragingen wat volwassenen graag willen horen. Volgens de verdediging is in de onderhavige zaak ook zo’n ontwikkeling te zien. Bijlage 33 (het rapport opgemaakt door de maatschappelijk werker C. Gittens-Roosberg naar aanleiding van het interview van dr. Balboe-Kalpoe met [dochters]) geeft een beeld van de wijze waarop de verklaringen van de kinderen zijn gevormd, aldus de verdediging.
Naar het oordeel van het Hof is niet aannemelijk geworden dat de voor het bewijs gebezigde verklaringen van [dochters] niet op waarheid berusten. Van concrete aanwijzingen dat zij zodanig zijn beïnvloed dat zij zijn gaan verklaren in een richting waarvan zij meenden dat die door anderen werd verlangd, is niet gebleken. Daarbij is ook van belang dat zij ten tijde van de onderhavige verklaringen reeds respectievelijk dertien en negen jaar oud waren.
Voorts wordt de gedetailleerde verklaring van [oudste dochter] over de seks van de verdachte met haar in belangrijke mate ondersteund door de verklaring van [dochter] die van seks van de verdachte met [oudste dochter] getuige is geweest, en omgekeerd. Bovendien draagt bij aan de betrouwbaarheid van de verklaring van [oudste dochter] dat zij in twee passages in haar dagboek dat dateert van vóór deze verklaring melding maakt van seks met de verdachte. Ook heeft [oudste dochter] enige tijd voordat zij deze verklaring aflegde aan haar moeder […] verteld dat de verdachte seks had met haar. Uit de verklaring van [moeder] (proces-verbaal, in de wettelijke vorm opgemaakt en op 9 oktober 2011 gesloten en getekend door […], hoofdagent bij het Korps Politie Caribisch Nederland) blijkt dat zij dat toen al geloofde.
Gelet op het voorgaande acht het Hof niet geloofwaardig dat, zoals de verdachte ter terechtzitting van 4 mei 2012 als verklaring heeft gegeven voor de beschuldigingen, deze zijn verzonnen om hem uit zijn door hemzelf gebouwde huis op Sint Eustatius te krijgen nu dat zo goed als af is.
De verdachte heeft gesteld dat het onmogelijk is dat hij de onderhavige feiten heeft gepleegd omdat hij in de betreffende periode in Sint Maarten werkte. Uit het door de raadsvrouw van de verdachte bij de pleitnota in hoger beroep overgelegde e-mailbericht van zijn toenmalige werkgever Devcon N.V. komt echter naar voren dat de verdachte om de drie maanden zeven dagen vrij had toen hij op Sint Maarten werkte. Ook blijkt uit zijn eigen verklaring ter terechtzitting van 4 mei 2012 dat hij met de kinderen in een huis heeft verbleven op Sint Eustatius. De onderhavige stelling wordt dan ook verworpen.
<u>Strafbaarheid van het bewezenverklaarde</u>
Het bewezenverklaarde levert op:
Feit 1 primair:
met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld in artikel 250 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen en van het Wetboek van Strafrecht BES.
Feit 2 primair:
met iemand beneden de leeftijd van twaalf jaren handelingen plegen die bestaan uit het seksueel binnendringen van het lichaam, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld in artikel 250 van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen.
Feit 3:
mishandeling begaan tegen zijn kind, meermalen gepleegd,
strafbaar gesteld in artikel 313 lid 1 in verbinding met artikel 317 onder 1° van het Wetboek van Strafrecht van de Nederlandse Antillen en van het Wetboek van Strafrecht BES.
Het bewezenverklaarde is strafbaar nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die de strafbaarheid ervan opheffen of uitsluiten.
<u>Strafbaarheid van de verdachte</u>
De verdachte is strafbaar nu geen feiten of omstandigheden aannemelijk zijn geworden die zijn strafbaarheid opheffen of uitsluiten.
<u>Oplegging van straf </u>
Bij de bepaling van de straf heeft het Hof rekening gehouden met de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, met de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en met de persoon van de verdachte, zoals van een en ander uit het onderzoek ter terechtzitting in hoger beroep is gebleken. Meer in het bijzonder heeft het Hof daarbij het volgende in aanmerking genomen.
De verdachte heeft over een periode van enkele jaren met grote regelmaat zijn twee minderjarige dochters seksueel misbruikt. Gedurende de periode dat dit gebeurde, waren de kinderen nog geen tien jaar oud. Het seksueel misbruik bestond er mede uit dat de verdachte met zijn penis de vagina van de kinderen penetreerde, waarbij de verdachte ook is klaargekomen. Dit seksueel misbruik vond plaats in de woning van de verdachte en de kinderen. Voorts heeft hij beide kinderen meermalen mishandeld door hen te slaan met een broeksriem.
Door te handelen als hij heeft gedaan heeft de verdachte het recht op lichamelijke en geestelijke integriteit van zijn minderjarige dochters op ernstige wijze geschonden. Van algemene bekendheid is dat slachtoffers van feiten als de onderhavige (langdurig) psychische en andere schade kunnen ondervinden. Het Hof acht het handelen van de verdachte dan ook zeer strafwaardig.
Ten voordele van de verdachte houdt het Hof rekening met het feit dat de verdachte niet eerder voor een zedenmisdrijf is veroordeeld. Wel is de verdachte in 2003 met justitie in aanraking gekomen wegens mishandeling van zijn echtgenote, de moeder van de kinderen in kwestie.
Volgens het psychologisch rapport van de psycholoog M. van der Vorst dat over de verdachte in verband met de verdenking van de onderhavige feiten is uitgebracht is de verdachte enigszins verminderd toerekeningsvatbaar, omdat er sprake is van een kwetsbare persoonlijkheid die mogelijk een rol heeft gespeeld gedurende het delict. Blijkens het psychiatrisch rapport dat in dezen door hem is uitgebracht kan de psychiater F.G.M. Heijtel zich in deze conclusie vinden mede gelet op de beperkte intelligentie van de verdachte. In het psychologisch rapport wordt de recidivekans als middelmatig beoordeeld. In beide rapporten wordt geconcludeerd dat er sprake is van de aanwezigheid van antisociale trekken in de persoonlijkheid van de verdachte. De psycholoog concludeert dat onder andere door de aanwezigheid daarvan de recidivekans wordt verhoogd. Zowel volgens de psycholoog als de psychiater heeft de verdachte de capaciteiten om te weten dat het hebben van een seksuele relatie met kinderen niet is toegestaan. Het Hof neemt deze bevindingen van de psycholoog en de psychiater over en maakt deze tot de zijne.
Op grond van het voorgaande acht het Hof na te melden straf passend en geboden. Het Hof is met eenparigheid van stemmen van oordeel dat aan de ernst van de feiten onvoldoende recht is gedaan door de gevorderde straf en door de strafoplegging in eerste aanleg.
<u>Toepasselijke wettelijke voorschriften</u>
De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 31 en 59 van het Wetboek van Strafrecht BES.
vernietigt het vonnis van het Gerecht in eerste aanleg van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, zittingsplaats Bonaire, van 22 februari 2012 en doet opnieuw recht als volgt;
verklaart bewezen dat verdachte de onder 1 primair, 2 primair en 3 ten laste gelegde feiten, zoals hiervoor bewezen geacht, heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezenverklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezenverklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van 8 (ACHT) jaren;
bepaalt dat de tijd die door de veroordeelde voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht.
Dit vonnis is gewezen door mrs. J.P. de Haan, H.J. van Kooten en M.C.B. Hubben, leden van het Gemeenschappelijk Hof van Justitie, en in tegenwoordigheid van de griffier ter openbare terechtzitting van het Hof in Curaçao uitgesproken op 24 mei 2012.