ECLI:NL:OGHACMB:2011:BQ9013

Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba

Datum uitspraak
25 januari 2011
Publicatiedatum
5 april 2013
Zaaknummer
HLAR 104/09
Instantie
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Bestuursrecht
Procedures
  • Hoger beroep
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Afwijzing verzoek om toevoeging voor rechtsbijstand in strafzaak na overlijden appellant

In deze zaak, behandeld door het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba, betreft het een hoger beroep van een appellant die verzocht had om mr. P.A.P.J. van der Sloot toegevoegd te worden voor het verlenen van rechtsbijstand in een strafzaak. De Commissie toevoeging in strafzaken had dit verzoek op 13 februari 2009 afgewezen. Het bezwaar van de appellant tegen deze afwijzing werd op 13 juli 2009 door de Commissie niet-ontvankelijk verklaard. Vervolgens verklaarde het Gerecht in eerste aanleg van Aruba op 25 november 2009 het beroep van de appellant tegen deze beslissing ook niet-ontvankelijk. Hierop heeft de appellant hoger beroep ingesteld bij het Hof, maar is hij niet verschenen op de zitting van 10 november 2010, ondanks dat hij behoorlijk was opgeroepen.

Het Hof overweegt dat de afwijzing van het verzoek om toevoeging van mr. Van der Sloot niet kan worden toegewezen, omdat de heer Van der Sloot na het indienen van het hoger beroep is overleden. Hierdoor heeft de appellant geen belang meer bij het hoger beroep, wat leidt tot de conclusie dat het beroep niet-ontvankelijk is. Het Hof heeft geen gronden gevonden voor een proceskostenveroordeling. De uitspraak werd gedaan in naam der Koningin en is openbaar uitgesproken op 25 januari 2011.

Uitspraak

HLAR 104/09
Datum uitspraak: 25 januari 2011
GEMEENSCHAPPELIJK HOF VAN JUSTITIE
VAN ARUBA, CURAÇAO, SINT MAARTEN
EN VAN BONAIRE, SINT EUSTATIUS EN SABA
Uitspraak op het hoger beroep van:
[appellant], wonend in Aruba,
appellant,
tegen de uitspraak van het Gerecht in eerste aanleg van Aruba van 25 november 2009 in zaak nr. 2584 van 2009 in het geding tussen:
appellant
en
de Commissie toevoeging in strafzaken.
1. Procesverloop
Op 13 februari 2009 heeft de Commissie toevoeging in strafzaken (hierna: de Commissie) een verzoek van mr. P.A.P.J. van der Sloot (hierna: mr. Van der Sloot) om aan appellant (hierna: [appellant]) te worden toegevoegd voor het verlenen van rechtsbijstand in een strafzaak afgewezen.
Op 13 juli 2009 heeft de Commissie het door [appellant] daartegen gemaakte bezwaar niet-ontvankelijk verklaard.
Bij uitspraak van 25 november 2009 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Aruba (hierna: het Gerecht) het door [appellant] daartegen ingestelde beroep niet-ontvankelijk verklaard.
Tegen deze uitspraak heeft [appellant] bij brief, bij het Gerecht ingekomen op 23 december 2009, hoger beroep ingesteld bij het Hof.
De Commissie heeft een verweerschrift ingediend.
Het Hof heeft de zaak ter zitting behandeld op 10 november 2010, waar de Commissie, vertegenwoordigd door mr. I.L. Ras Orman, is verschenen. [Appellant] is, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. De zaak is gelijktijdig behandeld met het hoger beroep in zaak nr. HLAR 106/09.
2. Overwegingen
2.1. Het Hof overweegt ambtshalve het volgende.
2.2. De afwijzing betreft een verzoek om mr. Van der Sloot toe te voegen voor het verlenen van rechtshulp. Nu mr. Van der Sloot na het instellen van het hoger beroep is komen te overlijden en het verzoek reeds om die reden niet kan worden toegewezen, heeft [appellant], nu daarvan ook overigens niet is gebleken, geen belang bij het door hem ingestelde hoger beroep.
2.3. Het is niet-ontvankelijk.
2.4. Voor een proceskostenveroordeling bestaat geen grond.
3. Beslissing
Het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
Recht doende in naam der Koningin:
verklaart het hoger beroep niet-ontvankelijk.
Aldus vastgesteld door mr. J.Th. Drop, voorzitter, en mr. R.W.L. Loeb en mr. A.W.M. Bijloos, leden, in tegenwoordigheid van mr. P.M. Isenia, griffier.
w.g. Drop
voorzitter
w.g. Isenia
griffier
Uitgesproken in het openbaar op 25 januari 2011
Verzonden:
Voor eensluidend afschrift,
de griffier,
voor deze,