ECLI:NL:OGHACMB:2011:BP6511
Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba
- Hoger beroep
- F.J.P. Lock
- E.M. van der Bunt
- H.J. van Kooten
- Rechtspraak.nl
Bewijsvoering omtrent onverdeelde nalatenschap en huurpenningen
In deze zaak, die voor het Gemeenschappelijk Hof van Justitie van Aruba, Curaçao, Sint Maarten en van Bonaire, Sint Eustatius en Saba werd behandeld, diende de appellant te bewijzen dat de woning aan de [adres] tot een onverdeelde nalatenschap behoort. De appellant, die samen met twee broers en een zus deelgenoot is, slaagde er echter niet in om het bewijs te leveren dat de woning tot de nalatenschap behoort. De overgelegde documenten, waaronder een brief aan de Minister van Integratie, Infrastructuur en Milieu en een kadastraal uittreksel, gaven geen duidelijkheid over de eigendom van de woning. Het Hof oordeelde dat de appellant niet aan zijn bewijsopdracht had voldaan en dat de huurpenningen, die door de geïntimeerde werden ontvangen, rechtmatig waren, ongeacht de eigendom van de woning.
Daarnaast werd er een vordering tot betaling van onttrokken gelden besproken. De gezamenlijke rekening waarover de appellant en geïntimeerde beschikten, werd als een en/of-rekening gekwalificeerd. Het Hof oordeelde dat de appellant niet kon aantonen dat de bedragen die hij had overgemaakt, gemeenschappelijk eigendom waren. De geïntimeerde had de last te bewijzen dat hij bedragen op de gezamenlijke rekening had gestort, maar slaagde er niet in om concreet bewijs te leveren. Hierdoor werd de vordering tot betaling van de onttrokken gelden afgewezen.
Het Hof vernietigde het eerdere vonnis van het GEA en deed opnieuw recht. De appellant werd veroordeeld om een bedrag van Afl. 19.200,- aan de geïntimeerde te betalen, vermeerderd met wettelijke rente. De proceskosten werden gecompenseerd, waarbij elke partij de eigen kosten droeg. Deze uitspraak werd gedaan op 18 januari 2011 door de rechters F.J.P. Lock, E.M. van der Bunt en H.J. van Kooten.