ECLI:NL:OGEANA:2010:BM1509
Gerecht in Eerste Aanleg van de Nederlandse Antillen
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Onrechtmatige hinder door kapokbomen en afwijzing van vorderingen in kort geding
In deze zaak, behandeld door het Gerecht in Eerste Aanleg van de Nederlandse Antillen, hebben eisers, wonende in de Margrietlaan te Curaçao, gedaagden aangeklaagd wegens overlast veroorzaakt door kapokbomen in de tuinen van de gedaagden. De eisers stelden dat de overwaaiende pluizen van deze bomen onrechtmatige hinder veroorzaakten. De bomen stonden al vijftig jaar en bloeiden in beginsel één keer in de twee jaar, van februari tot half april. De rechter oordeelde dat het spoedeisend belang ontbrak voor de eisers, omdat de bloeiperiode van de bomen op het moment van de behandeling van de zaak al bijna voorbij was. De rechter benadrukte dat de beoordeling van onrechtmatige hinder afhankelijk is van de aard, ernst en duur van de hinder, evenals de plaatselijke omstandigheden. De eisers sub 1 en 3, die recent in de Margrietlaan waren komen wonen, hadden de bomen kunnen zien en waren zich bewust van de mogelijke overlast. De vordering tegen gedaagde sub 1 werd afgewezen, evenals de vorderingen van eisers sub 4 en 5, die onvoldoende bewijs hadden geleverd van de schade. De rechter concludeerde dat de eisers in de proceskosten van de gedaagden moesten worden veroordeeld. Het vonnis werd uitgesproken op 12 april 2010.