Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN
UITSPRAAK
[eiseres],
Procesverloop
authorizations’) verleend om vluchten uit te voeren met vijf vliegtuigen tussen Curaçao en internationale bestemmingen met Sint Maarten als tussenstop. Deze vergunningen zijn geldig tot 31 december 2024.
authorizations’) verleend, geldend tot 30 april 2025.
Overwegingen
There must also be an arrangement between the two (2) states involved whereby the safety oversight activities are coordinated. It is our understanding that the CCAA is working on these items.’
arrangement between the two (2) states’.
safety oversight [eiseres]’. In deze brief is onder verwijzing naar de specifieke bepalingen in de geldende nationale wet- en regelgeving van de twee staten, te weten de Curaçao Civil Aviation Regulations voor Curaçao en de Code of Federal Regulations voor de Verenigde Staten, de verdeling van de bevoegdheden en verantwoordelijkheden tussen de twee staten met betrekking tot de vijf N-geregistreerde vliegtuigen tijdens de leaseperiode beschreven.
The route authorization is contingent on the coordination, communication and synchronization of safety oversight activities between the Federal Aviation Administration (FAA) and the Curaçao Civil Aviation Authority (CCAA) and is contingent on receipt of the signed letter mentioned in the CCAA email from July 30, 2024, on the meeting between FAA and CCAA on the coordination of oversight’.
This decision is predicated upon the assurances received from the CCAA that the letter requested by the SMCAA, duly endorsed by the FAA, is forthcoming.
Requirements for application by foreign air operators for approval to operate into the territory of Sint Maarten’) en meer in het bijzonder artikel 10.2.1.1 luidt – voor zover hier relevant - als volgt:
good will’ van verweerder moet worden gezien om de gewenste vluchtuitvoering mogelijk te maken in afwachting van de ondertekening door de FAA. Nog daargelaten dat dit signaal van ‘
good will’ zich blijkens de inhoud van de begeleidende brief slechts uitstrekt over de periode tot en met 31 december 2024, laat dit onverlet dat eiseres belang heeft bij een oordeel over de rechtmatigheid van de gestelde voorwaarde in de verleende vergunningen. Dit geldt in het bijzonder nu namens verweerder is verklaard dat de geldigheidsduur van de verleende vergunningen (tot 30 april 2025) is gekozen in afwachting van de ondertekening van de brief door de FAA, en dat deze geldigheidsduur slechts zal worden verlengd nadat de FAA tot ondertekening van de brief is overgegaan. Eiseres heeft ten slotte verklaard dat zij nog niet is gestart met de vluchtuitvoeringen in afwachting van een oordeel over de rechtmatigheid van de gestelde voorwaarde. Indien de voorwaarde in de vergunningen gehandhaafd zou blijven en ondertekening van de brief door de FAA blijft uit, zullen de gewenste vluchtuitvoeringen niet doorgaan.
FAA Advisory Circular AC 129-A4), waarin concreet staat beschreven welke taken met betrekking tot het toezicht op de luchtwaardigheid van de vliegtuigen onder verantwoordelijkheid van de FAA vallen en welke taken onder die van de toezichthouder van de State of the Operator. Dat de CCAA niet over de technische expertise of deskundig personeel beschikt, is ten slotte tijdens de mondelinge behandeling door eiseres gemotiveerd betwist.
kunnenontstaan bij een lease. Dit laat onverlet dat in het onderhavige geval, gelet op al het voorgaande, geen feitelijke grondslag bestaat om zonder meer van deze mogelijke risico’s uit te gaan.
current agreementtussen de luchtvaartautoriteiten over de verdeling van toezichtstaken. Dit kan echter niet zonder meer een toereikende onderbouwing opleveren van de noodzaak voor de gestelde voorwaarde, reeds omdat het hier gaat om andere gevallen, waarbij andere staten en luchtvaartautoriteiten betrokken zijn. Het door verweerder overgelegde schriftelijke standpunt van en ambtenaar bij de Nederlandse Directie Luchtvaart leidt evenmin tot een ander oordeel. Daarin wordt in dit concrete geval weliswaar gesteld dat er afspraken moeten zijn tussen Curaçao en de Verenigde Staten, maar hieruit blijkt niet om welke concrete afspraken dit dan moet gaan, en uit het standpunt valt bovendien af te leiden dat geen rekening is gehouden met eventuele afspraken die Curaçao hierover reeds heeft vastgelegd.
Conclusie en gevolgen
De beslissing
Informatie over hoger beroep
binnen zes wekenna de dag waarop deze uitspraak is verzonden.
- het hoger beroepschrift indienen in tweevoud;
- een afschrift van deze uitspraak bijvoegen;
- vermelden waarom hij het niet eens is met de uitspraak (hoger beroepsgronden).