ECLI:NL:OGEAM:2024:35

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
11 juni 2024
Publicatiedatum
30 juli 2024
Zaaknummer
SXM202100365
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Aansprakelijkheid na legionellabesmetting en schadevergoeding

In deze zaak vordert eiser, wonende in Guadeloupe, schadevergoeding van drie gedaagden na een legionellabesmetting die hij opliep tijdens zijn verblijf in het Sapphire Beach Club Resort in Sint Maarten. Eiser heeft als gevolg van de besmetting ernstige gezondheidsproblemen ondervonden, waaronder een opname in het ziekenhuis en een periode van revalidatie. Hij vordert een totaalbedrag van USD 675.166,80 aan materiële schade en USD 91.200,00 aan immateriële schade, te vermeerderen met wettelijke rente. De gedaagden, waaronder Beach Villas at Low Lands N.V. en Caribische Gastvrijheid Beheer N.V., hebben verweer gevoerd en de aansprakelijkheid betwist. Caribische Gastvrijheid heeft echter aansprakelijkheid erkend voor de schade die eiser heeft geleden. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de vorderingen tegen Beach Villas en Saphire Casino worden afgewezen wegens gebrek aan grondslag. Wat betreft de vordering tegen Caribische Gastvrijheid heeft het Gerecht vastgesteld dat eiser onvoldoende bewijs heeft geleverd voor zijn claims over vervroegd pensioen en de omvang van de immateriële schade. Het Gerecht heeft de vorderingen van eiser afgewezen en hem veroordeeld in de proceskosten van de gedaagden.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN SINT MAARTEN

Zaaknummer: SXM202100365
Vonnis d.d. 11 juni 2024
inzake
[naam],
wonende in Guadeloupe,
eiser,
gemachtigde: mr. K. HUISMAN,
tegen

1.BEACH VILLAS AT LOW LANDS N.V.,

H.O.D.N. SAPPHIRE BEACH CLUB,hierna: Beach Villas,
2. CARIBISCH GASTVRIJHEID BEHER N.V.,hierna: Caribische Gastvrijheid,
3. SAPHIRE BEACH CLUB CASINO N.V.,hierna: Saphire Casino,
alle gevestigd in Sint Maarten,
gedaagden,
gemachtigde: mr. R.M. STOMP.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het verzoekschrift, ter griffie ingekomen op 15 maart 2021
  • de conclusies van antwoord, re- en dupliek
  • de akte uitlating producties van [eiser]
  • de akte uitlating van gedaagden van 12 december 2023
  • de antwoordakte van [eiser] van 9 januari 2024
  • de schriftelijke pleidooien van partijen.
1.2.
De uitspraak van het vonnis is nader bepaald op heden.

2.De feiten

2.1. [
eiser] heeft tijdens zijn verblijf in het Sapphire Beach Club Resort [1] een legionellabacterie opgelopen en is als gevolg hiervan opgenomen in het ziekenhuis in Guadeloupe, alwaar hij twee weken in geïnduceerde coma is gehouden.
2.2. [
eiser] is op 14 september 2015 ontslagen uit het ziekenhuis en hij heeft daarna met behulp van fysiotherapie moeten revalideren.
2.3.
Op 16 september 2016 heeft dokter Michel Rinaldo, voor zover van belang, het volgende geschreven:
“I (…) certify having examined today Mr. [eiser] [naam], 55, and I declare that his health condition is precarious.
He presents permanent dysoneus, asthenia, disabling headaches, chronic insomnia, numbness in the extremities, vertigo, significant memory disorders causing confusion.
It turns out that these pathological manifestations are the consequences of legionellosis contracted in August 2015 in Saint-Martin, with a significant impact on the professional activity of this patient:
1. Difficulty of concentration
2. Frequent work stoppage
3. Reactional depressive condition (…)”
2.4.
Op 22 maart 2019 heeft dokter Theobald Bellot, voor zover van belang, het volgende geschreven:
“(…) I (…) certify that Mr. [naam] [eiser] had to come to my office today. This patient presented severe legionellosis with internal jugular thrombophlebitis in 2015, marked by asthenia during the course of the infection, which persisted for several months and led to his early retirement. This early retirement is causing a loss of salary. (…)”
2.5.
Op 27 maart 2019 heeft dokter Michel Rinaldo, voor zover van belang, het volgende geschreven:
“(…) I have seen again today in consultation Mr. [eiser] [naam] (…).
I note a worsening of his disorders which caused professional difficulties that led him to claim early retirement resulting in real financial damage.
It is obvious that his condition requires compensation as the vital prognosis is uncertain. (…)”

3.Het geschil

3.1. [
eiser] vordert bij vonnis, voor zover mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, de hoofdelijke veroordeling van gedaagden tot vergoeding van een bedrag van
USD 675.166,80 aan materiële schade en een bedrag van USD 91.200,00 aan immateriële schade, beide bedragen te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van het verzoekschrift, met hoofdelijke veroordeling van gedaagden in de proces- en nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de datum van verzuim.
3.2. [
eiser] legt aan zijn vordering ten grondslag dat hij, doordat gedaagden in strijd hebben gehandeld met de zorgvuldigheidsnorm, een legionellabacterie heeft opgelopen tijdens zijn verblijf in het Sapphire Beach Club Resort.
Gedaagden hebben daarmee onrechtmatig gehandeld en zijn gehouden de door [eiser] geleden schade te vergoeden. [eiser] vordert een bedrag van
USD 675.166,80 aan verlies aan verdienvermogen en pensioenschade en een bedrag van USD 91.200,00 aan smartengeld.
3.3.
Gedaagden voeren verweer en concluderen tot afwijzing van de vorderingen van [eiser] met uitvoerbaar bij voorraad te verklaren veroordeling van [eiser] in de proces- en nakosten, vermeerderd met de wettelijke rente. Op de inhoud van het verweer zal hierna, waar nodig, nader worden ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Caribische Gastvrijheid heeft in de akte van 12 december 2023 aansprakelijkheid erkend voor de schade die is ontstaan als gevolg van de legionellabesmetting die [eiser] heeft opgelopen in de periode dat hij in het Sapphire Beach Club Resort verbleef.
4.2. [
eiser] heeft verzocht om, behoudens de erkenning van aansprakelijkheid door Caribische Gastvrijheid, de verdere inhoud van de akte van 12 december 2023 wegens strijdigheid met de goede procesorde buiten beschouwing te laten. Het Gerecht wijst dit verzoek af omdat, voor zover er al nieuwe informatie staat in de akte, gedaagden diezelfde informatie bij haar pleidooi naar voren hebben kunnen brengen en ook tevens hebben gebracht.
4.3.
Volgens [eiser] dienen de overige gedaagden, op grond van het leerstuk van vereenzelviging en misbruik van identiteitsverschil, naast Caribische Gastvrijheid ook aansprakelijk te worden gehouden voor de door [eiser] geleden schade. [eiser] voert in dat verband aan dat gedaagden zich naar buiten toe voordoen als dezelfde entiteit. Daarmee is het voor een derde niet duidelijk wie van gedaagden te gelden heeft als contractspartij. Temeer nu gedaagden door dezelfde persoon worden bestuurd, aldus steeds [eiser]. Het Gerecht is van oordeel dat het beroep op het leerstuk van vereenzelviging en misbruik van identiteitsverschil niet kan slagen. De kern van de jurisprudentie omtrent voornoemde leerstukken houdt immers in dat sprake moet zijn van een oogmerk tot benadeling van schuldeisers. In dat kader zou het beroep op misbruik van identiteitsverschil mogelijk wel aan de orde kunnen zijn als (een van) gedaagden met opzet onduidelijkheid zou hebben laten bestaan over wie als contractspartij van [eiser] heeft opgetreden, om zich vervolgens op dat identiteitsverschil te kunnen beroepen. Die stelling heeft [eiser] evenwel niet ingenomen en de processtukken bieden voor die conclusie ook geen enkele aanleiding.
Het vorenstaande brengt met zich dat de vorderingen ingesteld jegens Beach Villas en Saphire Casino zullen worden afgewezen wegens gebrek aan grondslag.
4.4.
Tot slot is nog in geschil tot welk bedrag de aansprakelijkheid van Caribische Gastvrijheid strekt. [eiser] stelt in dat verband dat hij schade heeft geleden en lijdt wegens verlies aan inkomsten omdat hij als gevolg van de legionellabesmetting gedwongen vervroegd met pensioen is gegaan. Caribische Gastvrijheid heeft in de eerste plaats betwist dat [eiser] met vervroegd pensioen is gegaan. [eiser] heeft ter weerlegging van het verweer gewezen op de door hem in het geding gebrachte medische documenten en een accountantsverklaring. Het Gerecht constateert dat uit deze stukken evenwel niet volgt dat [eiser] daadwerkelijk met vervroegd pensioen is gegaan. Het had - mede gelet op de betwisting hiervan door Caribische Gastvrijheid - op de weg van [eiser] gelegen hiertoe stukken van zijn (voormalige) werkgever in het geding te brengen, waaruit kan worden afgeleid dát hij met vervroegd pensioen is gegaan en wanneer dat is gebeurd. Bij gebreke van deze stukken kan er niet zonder meer van uit worden gegaan dat hij daadwerkelijk met vervroegd pensioen is gegaan. Reeds daarop strandt de vordering tot betaling van schadevergoeding.
4.5. [
eiser] heeft voorts een bedrag van USD 91.200,00 aan smartengeld gevorderd. Vast staat dat (de verzekeraar van) Caribische Gastvrijheid een bedrag van USD 10.000,00 heeft uitgekeerd aan smartengeld aan [eiser]. In geschil is nog of [eiser] recht heeft op een hoger bedrag dan reeds is uitgekeerd.
[eiser] heeft in dat verband gesteld dat hij sinds de legionellabesmetting nooit meer volledig is hersteld. Hij is ten tijde van de besmetting in een geïnduceerde coma gebracht, heeft medicijnen voorgeschreven gekregen en heeft allerlei behandelingen ondergaan. Thans heeft hij nog last van onder andere asthenie, invaliderende hoofdpijn, chronische slapeloosheid, gevoelloosheid in de ledematen, duizeligheid, aanzienlijk geheugenverlies, concentratieproblemen en depressiviteit. Tevens zit [eiser] als gevolg van de asthenie in een rolstoel en is hij arbeidsongeschikt geraakt.
4.6.
Het gerecht oordeelt als volgt. Het vaststellen van de omvang van geleden immateriële schade op grond van artikel 6:106 aanhef en onder b BW, betreft een begroting van een naar billijkheid vast te stellen vergoeding. Daarbij moet rekening worden gehouden met alle omstandigheden van het geval, waaronder de aard van de aansprakelijkheid, de aard van het letsel en de duur en intensiteit van de uit de gebeurtenis voorvloeiende gevolgen voor de benadeelde.
4.7.
Vast staat dat [eiser] een legionellabesmetting heeft opgelopen tijdens zijn verblijf in het Sapphire Beach Club Resort. Enkele dagen na die besmetting heeft [eiser] hevige ziektesymptomen ervaren. Hij is uiteindelijk als gevolg van acute ademnood per helikopter naar de IC van het ziekenhuis in Guadeloupe overgebracht en hij is daar vervolgens twee weken in geïnduceerde coma gehouden. Na zijn ontslag uit het ziekenhuis heeft [eiser] moeten revalideren met behulp van fysiotherapie. Dat [eiser] na zijn ontslag uit het ziekenhuis nog restverschijnselen heeft overgehouden aan de besmetting, is door [eiser] – onder verwijzing naar een verklaring van twee doctoren - wel gesteld, maar enige medische onderbouwing bij die verklaringen ontbreekt. [eiser] heeft zijn stelling dat sprake is van restverschijnselen hiermee onvoldoende onderbouwd, zodat het Gerecht die omstandigheden niet mee kan wegen bij de begroting van de schade. Gelet op hetgeen hiervoor is vastgesteld ziet het Gerecht geen aanleiding om meer toe te wijzen dan reeds door (de verzekeraar van) Caribische Gastvrijheid aan [eiser] is uitgekeerd. De gevorderde immateriële schadevergoeding zal dan ook worden afgewezen.
4.8. [
eiser] zal als de (grotendeels) in het ongelijk te stellen partij worden veroordeeld in de proceskosten gevallen aan de zijde van gedaagden. De nakosten zijn eveneens toewijsbaar, evenals de wettelijke rente over de proces- en nakosten.

5.De beslissing

5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
veroordeelt [eiser] in de proceskosten, aan de zijde van gedaagden tot op heden vastgesteld op NAf 15.000,00 (3 punten × tarief NAf 5.000,00), te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na datum van dit vonnis tot de dag der algehele voldoening;
5.3.
veroordeelt [eiser] in de nakosten welke worden begroot op NAf 250,00, te vermeerderen, indien betekening van het vonnis heeft plaatsgevonden, met een bedrag van NAf 100,00, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na betekening van dit vonnis tot de dag der algehele voldoening;
5.4.
verklaart dit vonnis ten aanzien van de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. G.A.F.M. Wouters, rechter, bijgestaan door
mr. M.E. Diri, griffier, en in het openbaar uitgesproken op 11 juni 2024.

Voetnoten

1.Van 4 tot en met 10 augustus 2015.