Uitspraak
1.Aanduiding bestreden beschikking
2.Het verloop van de procedure
Feiten
4.Het geschil
5.De beoordeling
De beslissing
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
In deze zaak heeft Mansha Property Management B.V. beroep ingesteld tegen een beschikking van de Minister van Volkswoning, Ruimtelijke Ordening, Milieu en Infrastructuur van Sint Maarten, waarbij een bouwstop en een verwijderingsbevel is opgelegd. De beschikking, gedateerd op 1 oktober 2021, betrof het zonder vergunning oprichten van een 'vending booth' en het storten van puin op de percelen die in erfpacht zijn verkregen door eiseres. De procedure begon met een pro-forma beroepschrift dat op 10 november 2021 werd ingediend, gevolgd door aanvullende gronden op 31 mei 2022. De verweerder heeft op 13 december 2021 een verweerschrift ingediend, en er zijn aanvullende stukken ingediend op 9 mei 2022 en een aanvullend verweerschrift op 17 juni 2022. De mondelinge behandeling vond plaats op 15 augustus 2022, waarbij beide partijen vertegenwoordigd waren door hun gemachtigden.
Het Gerecht heeft vastgesteld dat de bouwwerken inmiddels zijn verwijderd, waardoor eiseres geen procesbelang meer heeft in deze kwestie. De beroepsgronden behoeven daarom geen verdere bespreking. Wat betreft het gestorte puin, heeft het Gerecht overwogen dat het niet is toegestaan om puin op te slaan, tenzij dit voor openbare werken of voor werkzaamheden aan het onroerend goed zelf is. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de minister bevoegd is om handhavend op te treden en dat het handhavend optreden niet onevenredig is in verhouding tot de te dienen belangen. De uitspraak van het Gerecht was dat het beroep ongegrond werd verklaard.