ECLI:NL:OGEAM:2022:124

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
30 juni 2022
Publicatiedatum
10 juli 2024
Zaaknummer
100.00412/21
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Verkrachting en de gevolgen daarvan in Sint Maarten

Op 30 juni 2022 heeft het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten uitspraak gedaan in een strafzaak tegen een verdachte die beschuldigd werd van verkrachting. De verdachte, geboren in 1986 en woonachtig in Sint Maarten, werd bijgestaan door zijn advocaat, mr. S.R. Bommel. De tenlastelegging omvatte meerdere seksuele handelingen die zonder toestemming van het slachtoffer, aangeduid als [naam slachtoffer], zijn verricht op 12 augustus 2021. Het slachtoffer heeft herhaaldelijk aangegeven dat zij niet wilde dat de verdachte verderging, maar haar signalen werden genegeerd. Tijdens de zitting werd het bewijs gepresenteerd, waaronder de verklaring van het slachtoffer en getuigen die haar na het voorval hebben gezien. Het Gerecht oordeelde dat de verklaringen van het slachtoffer betrouwbaar waren en dat er voldoende bewijs was voor de bewezenverklaring van de verkrachting. De verdachte werd schuldig bevonden aan het primair ten laste gelegde feit en kreeg een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, met bijzondere voorwaarden zoals reclasseringstoezicht en behandeling bij de Mental Health Foundation. Het Gerecht oordeelde dat de verdachte zich schuldig had gemaakt aan ernstige schendingen van de lichamelijke integriteit van het slachtoffer, wat leidde tot een zware straf.

Uitspraak

Parketnummer: 100.00412/21
Uitspraak: 30 juni 2022
Tegenspraak
Vonnis van dit Gerecht
in de strafzaak tegen de verdachte:
[naam verdachte],
geboren op [geboortedatum] 1986 te Sint Maarten
wonende [adres] te Sint Maarten.

Onderzoek van de zaak

Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 30 juni 2022. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.R. Bommel, advocaat te Sint Maarten.

Tenlastelegging

Aan verdachte is ten laste gelegd dat:
Primair
hij op of omstreeks 12 augustus 2021 te Sint Maarten,
door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) [naam slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van (een) handeling(en) die (mede) bestond(en) uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [naam slachtoffer], hebbende hij, verdachte, zijn vingers in de vagina van [naam slachtoffer] gebracht en/of geduwd en/of gehouden,
en welk geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) hierin bestaan dat hij, verdachte, (telkens) opzettelijk,
- ( onverhoeds) [naam slachtoffer] een of meerdere malen heeft gekust/gezoend op haar lippen/buik en/of heup, althans het lichaam en/of (vervolgens)
- de schoenen en/ of broek, althans de kleding van die [naam slachtoffer] heeft uitgetrokken en/ of
- zijn hand om de nek/keel van die [naam slachtoffer] heeft geplaatst/gehouden en/of (vervolgens)
- haar onderbroek heeft uitgetrokken en/of (vervolgens)
- haar vagina heeft gezogen en/of gelikt en/of
- terwijl [naam slachtoffer] gedurende voornoemde handelingen (telkens) een of
meermalen zei; "I can't" , althans woorden van gelijke strekking of aard en/of
waarbij verdachte voorbij is gegaan aan de verbale en/of non- verbale signalen van
verzet/weerstand van die [naam slachtoffer] en/ of (aldus) voor die [naam slachtoffer] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan;
Subsidiair
hij op of omstreeks 12 augustus 2021 te Sint Maarten,
door geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en) en/of bedreiging met geweld of(een)
andere feitelijkhe(i)d(en) [naam slachtoffer] heeft gedwongen tot bet plegen en/of dulden van een of meer ontuchtige handeling(en), bestaande uit,
- het (onverboeds) kussen/zoenen op de lippen/buik en/of heup, althans het lichaam van [naam slachtoffer] en/ of
- het uitrekken van de kleding van [naam slachtoffer] en/ of
- het likken en/of zuigen van de vagina van [naam slachtoffer] en/of
- het met zijn vingers strelen van de vagina van [naam slachtoffer] en/of
- het duwen/brengen/houden van zijn, verdachtes, vingers in de vagina van
[naam slachtoffer]
en bestaande dat geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) en/of die bedreiging met
geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en) uit, dat verdachte
- zijn hand om de nek van [naam slachtoffer] heeft geplaatst/gehouden en/of (vervolgens)
- haar onderbroek heeft uitgetrokken en/ of (vervolgens)
- haar vagina heeft gezogen en/ of gelikt en/of
- terwijl [naam slachtoffer] gedurende voornoemde handelingen (telkens) zei; "I
can't" , althans woorden van gelijke strekking of aard en/of
waarbij verdachte voorbij is gegaan aan de verbale en/ of non- verbale signalen van verzet/weerstand van [naam slachtoffer] en/of (aldus) voor [naam slachtoffer] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan.

Formele voorvragen

Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.

Bewezenverklaring

Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en bewijsoverweging, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Primair
hij op
of omstreeks12 augustus 2021 te Sint Maarten,
door geweld
en eenandere feitelijkhe
(i
)d
(en
) en/of door bedreiging met geweld of (een) andere feitelijkhe(i)d(en)[naam slachtoffer] heeft gedwongen tot het ondergaan van
(een)handeling
(en
)die
(mede
)bestond
(en
)uit het seksueel binnendringen van het lichaam van [naam slachtoffer], hebbende hij, verdachte, zijn vingers in de vagina van [naam slachtoffer] gebracht
en/of geduwd en/of gehouden,
en welke geweld of die andere feitelijkhe
(i
)d
(en) en/of welke bedreiging met geweld of die andere feitelijkhe(i)d(en)hierin bestaan dat hij, verdachte,
(telkens)opzettelijk,
-
(onverhoeds)[naam slachtoffer]
een ofmeerdere malen heeft
gekust/gezoend op haar lippen/buik en
/ofheup,
althans het lichaamen
/of (vervolgens
)
- de schoenen en
/ ofbroek,
althans de kledingvan [naam slachtoffer] heeft uitgetrokken en
/ of
- zijn hand om de nek/keel van [naam slachtoffer] heeft geplaatst
/gehoudenen
/of (vervolgens
)
- haar onderbroek heeft uitgetrokken en
/of (vervolgens
)
- haar vagina heeft
gezogen en/ofgelikt en
/of
- terwijl [naam slachtoffer] gedurende voornoemde handelingen
(telkens) een ofmeermalen zei; "I can't"
, althans woorden van gelijke strekking of aarden
/of
waarbij verdachte voorbij is gegaan aan de verbale en
/ofnon- verbale signalen van
verzet/weerstand van die [naam slachtoffer] en
/ of (aldus)voor [naam slachtoffer] een bedreigende situatie heeft doen ontstaan.

Bewijsmiddelen

Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring. [1]
De verklaring van verdachte afgelegd op de terechtzitting van 30 juni 2022, voor zover inhoudende, kort en zakelijk weergegeven:
Ik heb bij mij thuis met [naam slachtoffer] gezoend en met mijn mond bij haar vagina gezeten. Ik heb haar ook gevingerd.
Een proces-verbaal van aangifte door [naam slachtoffer], voor zover inhoudende, kort en zakelijk weergegeven [2] :
He let me enter into his house first, and then he entered and then he kissed me. Then I told him: I can’t. Then I told him that I am expected to be back at work and do my work and not be doing this. I think he brushed off my comment and continue to kiss me. Then he lifted me up while he continued kissing me on my neck, while I kept saying to him: ‘I can't’. Then he placed me on his bed. And he continued kissing me on my neck, going on to my stomach and down to my waits by my belt buckle. I kept on telling him: I can't, and that I don't feel comfortable. He asked me if I was nervous and I told him that I have anxiety. But again he ignored me, then I continued telling him I can't and we can't. To the point where he took off my shoes and my pants. Then he started to kiss the waistline of my underwear above my vagina. Then I placed my hands between my legs the first time, then I told him I can't. Then he removed my hand and continued to kiss me on my stomach and my waistline and on top of my vagina and this is when he placed his hand on my neck. That is when I froze. Then he took off my underwear and placed his head between my legs, then he inserted his finger inside of me and he stated that I was so tight. Then he removed his finger and placed his head back in between my legs. Then he lifted his head for a few minutes and then he put his finger inside of my vagina for the second time. After this he stood up and he looked for the box of condoms. He opened the condom and he removed his pants and placed the condom on his penis. That's when I placed my hands between my legs to cover my vagina and again I told him that I can't repeatedly. Then he told me that I can, and I told him that I can't. Then he placed his body weight on top of me and he was removing my hand from covering my vagina. So when he removed my left hand from over my vagina, then I place my right hand to cover my vagina. Then he asked me why. And I told him I can't. So he kept asking me why and I kept telling him I can't, I can't, I can't to the point that he saw that I was not going to remove my hands. This is when he lifted his bodyweight completely off of me and he got up. Then I grabbed my panty and I put it on and I began to cry. Then he held me back and he sat on his bed and he pulled me toward him and made me sit on his lap. He then pulled my head in towards him and he kissed me. Then I sweet talked my way out of getting up off of his lap. We were standing next to his window and he was persisting that I keep this between us. Then he choked me and then I choked him back to push him off. Then we left his home and headed back to the office.
Een proces-verbaal van verhoor getuige [naam], voor zover inhoudende, kort en zakelijk weergegeven [3] :
When [naam slachtoffer] came back to the office, she did not look like herself. I asked her if something was wrong and she started to shake traumatically, and her face got red and she started to cry. She started to tell me that [naam verdachte] took her to his house, took off her clothes and she told him to stop because she was not comfortable. She told me that he molested her.

Bewijsoverwegingen

De verdediging heeft bepleit dat verdachte van het primair en subsidiair tenlastegelegde zal worden vrijgesproken, nu de seksuele handelingen hebben plaatsgevonden met wederzijds goedvinden en er geen sprake is geweest van dwang.
Het Gerecht is van oordeel dat er geen reden is om te twijfelen aan de betrouwbaarheid van de verklaring van [naam slachtoffer]. Zij heeft een gedetailleerde verklaring afgelegd over hoe de seksuele handelingen hebben plaatsgevonden, waar deze handelingen plaatsgevonden, hoe verdachte haar daartoe heeft gedwongen en dat zij heeft aangegeven dat zij dit niet wilde. Bovendien wordt hetgeen zij heeft verklaard ondersteund door de getuigenverklaring van [naam] die haar direct na het incident overstuur heeft zien binnenkomen op kantoor en haar daar heeft opgevangen.
Het Gerecht stelt op basis van de hierboven aangehaalde bewijsmiddelen vast dat verdachte seksueel is binnengedrongen bij [naam slachtoffer]. Uit de verklaring van [naam slachtoffer] blijkt dat verdachte meerdere geweldshandelingen tegen haar heeft verricht. Hij heeft haar immers op het bed geduwd, haar bij haar keel vastgepakt en haar hand van haar vagina gehaald. Ook blijkt uit haar verklaring dat zij zowel verbaal als non-verbaal kenbaar heeft gemaakt dat zij geen seks wilde met verdachte. Zij heeft haar hand voor haar vagina gehouden en meerdere malen tegen hem gezegd ‘
I can’t’. Verdachte heeft dit alles genegeerd en is doorgegaan met de seksuele handelingen. Door dit geweld en door geen gehoor te geven aan de signalen van weerstand, heeft verdachte [naam slachtoffer] ertoe gedwongen de seksuele handelingen te ondergaan.
Het Gerecht komt tot de conclusie dat wettig en overtuigend is bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft gepleegd.

Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde

Het bewezenverklaarde levert op:
verkrachting
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.

Strafbaarheid van de verdachte

Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
Verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.

Motivering van de sanctie

Standpunt van de officier van justitie
De officier van justitie heeft, uitgaande van een soortgelijke bewezenverklaring, gevorderd dat verdachte daarvoor zal worden veroordeeld tot een tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, met een proeftijd van drie jaren en met oplegging van de bijzondere voorwaarden zoals geadviseerd door de reclassering. Daarnaast heeft de officier van justitie gevorderd dat aan verdachte een contactverbod met aangeefster wordt opgelegd.
Standpunt van de verdediging
De verdediging heeft geen strafmaatverweer gevoerd.
Oordeel van het Gerecht
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan verdachte te verwijten is en op de persoon van verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
In dat verband kan aansluiting worden gezocht bij de oriëntatiepunten straftoemeting, waarin het gebruikelijke rechterlijke straftoemetingsbeleid van het Hof en de Gerechten in eerste aanleg zijn neerslag heeft gevonden. Daarin wordt voor een “verkrachting”, als indicatie een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaren gegeven.
Verdachte heeft zich schuldig gemaakt aan verkrachting. Hij heeft zijn collega een lift aangeboden en is vervolgens naar zijn huis gereden en heeft aldaar tegen haar wil diverse seksuele handelingen bij haar verricht, waaronder het in de vagina brengen van zijn vinger. Een verkrachting betreft in zijn algemeenheid een uitermate schokkende, ingrijpende en vernederende gebeurtenis voor het slachtoffer met vaak psychische en emotionele naweeën. Door aldus te handelen heeft verdachte op ernstige en grove wijze de lichamelijke integriteit en de persoonlijke levenssfeer van het slachtoffer aangetast. Verdachte heeft zich slechts laten leiden door zijn eigen seksuele verlangens, zonder zich te bekommeren over de mogelijke gevolgen die zijn handelen voor het slachtoffer zouden hebben en is daarbij voorbij gegaan aan de tekenen van weerstand en onwil van het slachtoffer. Het Gerecht rekent dit verdachte zwaar aan.
Uit het voorlichtingsrapport over verdachte opgemaakt door de reclassering d.d. 25 mei 2022 volgt dat bij verdachte sprake is van een emotionele instabiliteit die lijkt voort te komen uit de complexe opvoedsituatie en het overlijden van zijn broer dat hij nooit heeft verwerkt. De belangrijkste criminogene factor lijkt op dit moment zijn psychische functioneren te zijn. De reclassering adviseert daarom een deels voorwaardelijke straf op te leggen met daaraan verbonden de bijzondere voorwaarden zoals reclasseringstoezicht, meewerken met een psychologisch/psychiatrisch assessment en, indien geïndiceerd, behandeling bij de Mental Health Foundation.
Naar het oordeel van het Gerecht kan gelet op de ernst van de bewezenverklaarde feiten niet worden volstaan met een andere of lichtere sanctie dan een straf die een onvoorwaardelijke vrijheidsbeneming met zich brengt. Gelet op het advies van de reclassering, zal het Gerecht een deel van die straf voorwaardelijk opleggen, met daaraan verbonden de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.
Alles afwegende is het Gerecht daarom van oordeel dat een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden, waarvan 12 maanden voorwaardelijk, passend en geboden is. Het Gerecht zal aan het voorwaardelijk deel een proeftijd verbinden van drie jaren, als ook, naast de algemene voorwaarde dat verdachte zich in de proeftijd niet zal schuldig maken aan strafbare feiten, de door de reclassering geadviseerde bijzondere voorwaarden.

In beslag genomen voorwerpen

Aan de orde zijn voorts de in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten het ondergoed van [naam slachtoffer] en telefoons van verdachte.
Het Gerecht is van oordeel dat zich geen strafvorderlijk belang verzet tegen teruggave van de in beslag genomen ondergoed van [naam slachtoffer]. Daarom zal daarvan de teruggave aan [naam slachtoffer] worden gelast.
Het Gerecht is tevens van oordeel dat zich geen strafvorderlijk belang verzet tegen teruggave aan verdachte van de in beslag genomen telefoons. Daarom zal daarvan de teruggave aan verdachte worden gelast.

Toepasselijke wettelijke voorschriften

De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:21, 1:22, 1:62 en 2:197 van het Wetboek van Strafrecht.
BESLISSING
Het Gerecht:
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat verdachte het primair ten laste gelegde feit heeft begaan;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt verdachte tot een gevangenisstraf voor de duur van
36 (zesendertig)
maanden;
bepaalt dat een gedeelte van deze straf, groot
12 (twaalf) maanden, niet ten uitvoer
zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat verdachte
zich voor het einde van een proeftijd, van
3 (drie) jarenaan een strafbaar feit heeft
schuldig gemaakt of gedurende die proeftijd de hierna te melden bijzondere
voorwaarden niet heeft nageleefd;
als bijzondere voorwaarden worden gesteld dat verdachte:
- zich gedurende de proeftijd zal gedragen naar de voorschriften en aanwijzingen,
te geven door of namens de Stichting Justitiele Inrichtingen Bovenwinden, zulks zolang deze instelling dat gedurende de proeftijd nodig oordeelt en ook als dat inhoudt dat verdachte aangemeld wordt bij de Mental Health Foundation, Turning
Point of soortgelijke instellingen;
- mee zal werken aan een assessment voor psychiatrisch onderzoek bij de Mental
Health Foundation en/of Turning Point;
- mee zal werken aan begeleiding en/of behandeling door de Mental Health Foundation en/of Turning Point;
beveelt dat de tijd die door verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak
in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging
van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
gelast de teruggave van het ondergoed aan [naam slachtoffer];
gelast de teruggave van de telefoons aan verdachte.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. H.G. Eskes, bijgestaan door mr. S. Hoebe, griffier, en op 30 juni 2022 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht te Sint Maarten.
mr. S. Hoebe is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.

Voetnoten

1.Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal en overige geschriften, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Sint Maarten (afdeling Jeugd- en Zedenzaken) d.d. 17 februari 2022, geregistreerd onder proces-verbaalnummer 552/JD/2022.
2.Een proces-verbaal van aangifte door [naam slachtoffer] d.d. 13 augustus 2021, bijlage 1 van het dossier.
3.Een process-verbaal van verhoor getuige [naam] d.d. 26 augustus 2021, bijlage 4 van het dossier.