Uitspraak
Parketnummer: 100.00342/18
Vonnis van dit Gerecht
[VERDACHTE],
Onderzoek van de zaak
- de toewijzing van de vordering van de benadeelde partij het [benadeelde 1] tot een bedrag van NAf 50.000,- en de oplegging van een bij de toewijsbare vordering behorende schadevergoedingsmaatregel;
- de oplegging van de schadevergoedingsmaatregel in verband met de in een onherroepelijk vonnis toegekende schadevergoedingsvordering van [benadeelde 2] (hierna: [benadeelde 2]).
Tenlastelegging
Ontvankelijkheid van het openbaar ministerie in de vervolging
Formele voorvragen
Het bewijs ten aanzien van feit 1
Als ambtenaar verduisteren van gelden van [organisatie 1]
Inleiding
Vaststaande feiten en/of omstandigheden
De cheques en de aard van een derdengeldenrekening
Overige feiten en/of omstandigheden
en het aanwenden van gelden [bankrekening 1]om dat te verhullen
USD 5.000,- en USD 8.000,- [16] , en
Conclusie
Overige verweren
Het bewijs ten aanzien van feit 2
Als ambtenaar verduisteren van gelden van [organisatie 2]
[organisatie 2](hierna:
[organisatie 2]) een bedrag van ongeveer NAf 153.679,- heeft verduisterd in de periode van 1 juni 2013 tot en met 7 september 2018. Ter terechtzitting heeft de officier van justitie gevorderd dat de verduistering van een bedrag van NAf 96.200,- bewezen wordt verklaard.
Vaststaande feiten en/of omstandigheden
Vrijspraak
Periode juli en augustus 2017
Conclusie
Het bewijs ten aanzien van feit 3
(Gewoonte)witwassen
Standpunt officier van justitie
- enerzijds omdat de stortingen zien op de periode 1 januari 2014 tot en met 31 december 2017, terwijl in ieder geval de periode voor 1 juni 2014 (gelet op de bewezenverklaarde periode van de verduisteringen) daarin niet betrokken dient te worden;
- anderzijds omdat geen rekening is gehouden met enige uitgaven ten behoeve van het onroerend goed in kwestie, waarbij het Gerecht nog opmerkt dat de verdachte zelf ter terechtzitting ten aanzien van [naam straat] heeft verklaard dat zij voor wat betreft de huur/verhuur “quite speelden”.
Het bewijs ten aanzien van feit 4
Valsheid in geschrifte
Vaststaande feiten en/of omstandigheden
- dat zij geen bemoeienis had met de derdengeldenrekeningen en nooit tekende voor overboekingen. Dat werd door de verdachte afgehandeld;
- dat de verdachte haar de brief van het openbaar ministerie in de [naam persoon 4] strafzaak voorlegde (het Gerecht begrijpt: voornoemde brief van 2 september 2016) en haar vertelde dat ze deze keer mee moest tekenen omdat de bank dat vanwege de hoogte van de bedragen had gevraagd. De verdachte heeft de overboekingsformulieren klaar gemaakt en aan haar voorgelegd. Die waren van de [logo bank 2) Bank. Zij heeft die formulieren getekend;
- dat op de formulieren rechtsonder is te zien dat zij beiden hebben getekend en dat haar handtekening naast die van de verdachte staat.
Standpunt officier van justitie
Het oordeel van het Gerecht
Verweer
Het bewijs ten aanzien van feit 5
Knevelarij
Bewezenverklaring
op een of meer tijdstippenin de periode van 1
juni2014 tot en met 31
alleen, althans tezamen en in vereniging met anderen,als ambtenaar van [organisatie 1], in de [functie 1 organisatie 1], opzettelijk
eengeld
bedragen/of geldswaardig papier ter waardevan ongeveer USD
892.667,98,
althans een geldbedragdat zij in haar bediening onder zich had, heeft verduisterd
en/of heeft toegelaten dat het door een of meer anderen, te weten [getuige 1] en/of [getuige 2] en/of een of meer anderen weggenomen of verduisterd is;
op een of meer tijdstippenin de periode van
26 juli 2017tot
en met7 september 201
7te Sint Maarten,
alleen, althans tezamen en in vereniging met anderen,als ambtenaar van het [organisatie 2], in de functie van [functie 1 organisatie 2], opzettelijk
eengeld
bedragen/of geldswaardig papier ter waardevan
ongeveerNAF
50.000,-,
althans een geldbedragdat zij in haar bediening onder zich had heeft verduisterd
, en/ of heeft toegelaten dat het door een of meer anderen, te weten [getuige 1] en/of [getuige 2] en/of een of meer anderen
op een of meer tijdstippenin de periode van 1 januari 2014 tot en met 7 september 2018 te Sint Maarten,
althans alleenvan het plegen van witwassen een gewoonte heeft gemaakt,
althans zich (meermalen althans eenmaal) schuldig heeft gemaakt aan witwassen, althans schuldwitwassen,immers heeft zij, verdachte,
en/of haar mededaders van een of meer voorwerpen, te weten:
,enovergedragen
en/of omgezet, althans van die voormelde voorwerpen gebruik heeft gemaakt, terwijl zij wist
of begreep, althans redelijkerwijs moest vermoedendat voormeld
evoorwerpen
geheel of gedeeltelijk -onmiddellijk
of middellijk -afkomstig waren uit enig misdrijf;
of omstreeks21 september 2016,
althans op een of meer tijdstippen in of omstreeks de periode van 1 september 2016 tot en met 30 september 2016,te Sint Maarten, meermalen
, althans eenmaal,telkens opzettelijk
drietwee,
althans een of meeroverboekingsformulieren van de [naam bank] (registratienummer 5466114), elk zijnde een geschrift dat bestemd was om tot bewijs van enig feit te dienen, heeft vervalst, telkens met het oogmerk om
het/ze als echt en onvervalst te gebruiken en/of door anderen te doen gebruiken, immers heeft verdachte, nadat [getuige 3] voornoemde overboekingsformulieren had gesigneerd, valselijk de bankrekeningnummers en/of bedragen op die overboekingsformulieren gewijzigd en/of aangepast;
of omstreeks15 juni 2018,
althans in of omstreeks de periode van 1 juni 2018 tot en met 30 juni 2018,te Sint Maarten, als ambtenaar, namelijk als [functie 1 organisatie 2] van het [organisatie 2], in de uitoefening van haar bediening, opzettelijk als verschuldigd a
an haarzelf, aan een andere ambtenaar of aanenige openbare kas, een geldbedrag van NAF 50.000,00, heeft gevorderd van het [organisatie 3], terwijl dit bedrag niet verschuldigd was.
cursief). De verdachte is daardoor niet geschaad in de verdediging.
Strafbaarheid van het onder 3 bewezen verklaarde
Strafbaarheid van het onder 5 bewezen verklaarde
Strafbaarheid en kwalificatie van het onder 1, 2 en 4 bewezen verklaarde
Strafbaarheid van de verdachte
Oplegging van straf
Schadevergoeding benadeelde partij [benadeelde 1]
Schadevergoedingsmaatregel [organisatie 1]
Toepasselijke wettelijke voorschriften
BESLISSING
gevangenisstrafvoor de
27 (zevenentwintig) maanden;
NAf 50.000,- (zegge: vijftigduizend gulden),en veroordeelt de verdachte om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partij;
NAf 50.000,- (zegge: vijftigduizend gulden), bij gebreke van betaling of verhaal te vervangen door 285 (tweehonderdvijfentachtig dagen hechtenis, met dien verstande dat toepassing van de vervangende hechtenis de betalingsverplichting niet opheft;