ECLI:NL:OGEAM:2017:56

Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten

Datum uitspraak
18 april 2017
Publicatiedatum
16 mei 2018
Zaaknummer
100.00573/17
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Mishandeling en mensensmokkel in Sint Maarten met betrekking tot illegale prostitutie

In deze strafzaak, behandeld door het Gerecht in eerste aanleg van Sint Maarten, is de verdachte beschuldigd van mishandeling en mensensmokkel. De zaak werd op 18 april 2018 behandeld, waarbij de verdachte, geboren in 1965, aanwezig was met zijn raadsvrouw, mr. S.H.M. Ibrahim. De officier van justitie, mr. H.J. Kuipers, eiste een gevangenisstraf van 36 maanden, waarvan 6 maanden voorwaardelijk, en verbeurdverklaring van in beslag genomen geldbedragen. De tenlastelegging omvatte vier feiten, waaronder het opzettelijk toebrengen van zwaar lichamelijk letsel aan een slachtoffer op 12 december 2017, en het faciliteren van illegale prostitutie door vrouwen zonder de benodigde vergunningen. Het Gerecht oordeelde dat de dagvaarding geldig was en dat het openbaar ministerie ontvankelijk was in zijn vervolging. De verdachte werd vrijgesproken van het primair tenlastegelegde, maar het Gerecht achtte de subsidiaire feiten wettig en overtuigend bewezen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van 36 maanden, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis, en de verbeurdverklaring van de in beslag genomen geldbedragen. Het Gerecht benadrukte de ernst van de feiten, vooral gezien de kwetsbaarheid van de betrokken vrouwen en het misbruik van hun situatie door de verdachte.

Uitspraak

Parketnummer: 100.00573/17
Uitspraak: 18 april 2018 Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

Verdachte,

geboren op (1965) in de (geboorteplaats),
wonende te (woonplaats), (adres).
Onderzoek van de zaak
Het onderzoek ter openbare terechtzitting heeft plaatsgevonden op 28 maart 2018. De verdachte is verschenen, bijgestaan door zijn raadsvrouw, mr. S.H.M. Ibrahim.
De officier van justitie, mr. H.J. Kuipers, heeft ter terechtzitting gevorderd dat het Gerecht het onder 1 subsidiair, 2, 3 en 4 ten laste gelegde bewezen zal verklaren en de verdachte daarvoor zal veroordelen tot een gevangenisstraf voor de duur van 36 maanden waarvan 6 maanden voorwaardelijk met een proeftijd van 2 jaren, met aftrek van de tijd in verzekering en voorlopige hechtenis doorgebracht.
Zijn vordering behelst voorts de verbeurdverklaring van de in beslag genomen voorwerpen; met name de geldbedragen, respectievelijk US$ 2.766, Naf 1.515 en €1.550.
De raadsvrouw heeft bepleit dat de verdachte zal worden vrijgesproken van de ten laste gelegde feiten.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting – ten laste gelegd dat:
Feit 1:
hij op of omstreeks 12 december 2017, in Sint Maarten, aan een persoon, te weten (slachtoffer) opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een of meerdere kneuzingen en/of een gebroken neus, heeft toegebracht, doordat hij deze (slachtoffer) opzettelijk in haar gezicht heeft geslagen en/of gestompt en/of uit een (rijdende) auto heeft geduwd;
Subsidiair:
hij op of omstreeks 12 december 2017, in Sint Maarten, opzettelijk mishandelend (slachtoffer), meermalen althans eenmaal in/op het gezicht, althans op het lichaam heeft geslagen en/of gestompt, en/of uit een (rijdende) auto heeft geduwd; waardoor deze (slachtoffer) (zwaar) lichamelijk letsel, te weten een of meerdere kneuzingen en/of een gebroken neus, in elk geval letsel heeft bekomen en/of pijn heeft ondervonden;
Feit 2:
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen, (een) ander(en), te weten:
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
uit winstbejag behulpzaam is/zijn geweest bij het zich verschaffen van verblijf in Sint Maarten, dan wel haar/hen daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft/hebben hij en/of één of meer van zijn mededader(s):
- voornoemde vrouwen gehuisvest in de (naam bedrijf 1) tegen betaling,
- voornoemde vrouwen (prostitutie) werkzaamheden laten verrichten in/vanuit de (naam bedrijf 1),
- ( telkens) voornoemde vrouwen een deel van hun verdiensten uit prostitutie werkzaamheden doen afstaan
terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) wist(en) of ernstige redenen had(den) te vermoeden dat dat verblijf wederrechtelijk was; en terwijl hij, verdachte, en/of zijn mededader(s) daarvan een beroep of gewoonte heeft/hebben gemaakt;
Feit 3:
hij in of omstreeks de periode van 21 september 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen, zonder vergunning van de Minister van Justitie, van het opzettelijk teweegbrengen en/of bevorderen van seksuele omgang tegen betaling door (een) ander(en) met (een) derde(n) een beroep of een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft/hebben hij en/of één of meer van zijn mededader(s), als eigenaar/manager, de kamers van de (naam bedrijf) ingericht en beschikbaar gesteld voor prostitutiewerkzaamheden en gefaciliteerd dat vrouwen in het bargedeelte in contact konden komen met mannen voor het verlenen van seksuele diensten en/of daarvoor middelen (condooms, viagra, lustverhogende middelen en schoon beddengoed) beschikbaar gesteld;
Feit 4:
hij in of omstreeks de periode van 1 juni 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten, tezamen en in vereniging met een andere(en), althans alleen, (een) ander(en), te weten:
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
welke perso(o)n(en) zich wederrechtelijke toegang tot of verblijf in Sint Maarten had/hadden verschaft, (telkens) krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid heft doen verrichten, immers heeft verdachte en/of zijn mededader(s) voornoemd(e) perso(o)n(en) toen en daar arbeid doen verrichten en/of tewerkgesteld, terwijl verdachte en/of zijn mededader(s) (telkens) wist(en) of ernstige redenen had(den) om te vermoeden dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk was.
Formele voorvragen
Het Gerecht stelt vast dat de dagvaarding geldig is, dat het bevoegd is tot kennisneming van de zaak, dat het openbaar ministerie ontvankelijk is in zijn vervolging en dat er geen redenen zijn voor schorsing van de vervolging.
Vrijspraak
Gelijk de officier van justitie en de raadsvrouw is het Gerecht van oordeel dat niet wettig en overtuigend bewezen kan worden dat de verdachte het onder 1 primair tenlastegelegde heeft begaan en zal de verdachte daarvan vrijspreken.
Bewezenverklaring
Het Gerecht acht - op grond van de hierna weergegeven bewijsmiddelen en de nadere bewijsoverwegingen, in onderling verband en samenhang beschouwd - wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte het onder 1 subsidiair, 2, 3 en 4 ten laste gelegde heeft begaan, met dien verstande dat:
Feit 1:
hij op of omstreeks 12 december 2017, in Sint Maarten, aan een persoon, te weten (slachtoffer) opzettelijk zwaar lichamelijk letsel, te weten een of meerdere kneuzingen en/of een gebroken neus, heeft toegebracht, doordat hij deze (slachtoffer) opzettelijk in haar gezicht heeft geslagen en/of gestompt en/of uit een (rijdende) auto heeft geduwd;
Subsidiair:
hij op
of omstreeks12 december 2017, in Sint Maarten, opzettelijk mishandelend (slachtoffer),
meermalen althanseenmaal in
/ophet gezicht,
althans op het lichaamheeft geslagen
en/of gestompt, en/of uit een (rijdende) auto heeft geduwd; waardoor deze (slachtoffer)
(zwaar) lichamelijkletsel, te weten
een ofmeerdere kneuzingen en
/ofeen gebroken neus, in elk geval letsel heeft bekomen en
/ofpijn heeft ondervonden;
Feit 2:
hij
in ofomstreeks de periode van 1 juni 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten,
tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,
(een)ander
(en
), te weten:
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
uit winstbejag behulpzaam is
/zijngeweest bij het zich verschaffen van verblijf in Sint Maarten, dan wel
haar/hen daartoe gelegenheid, middelen of inlichtingen heeft verschaft, immers heeft
/hebbenhij
en/of één of meer van zijn mededader(s):- voornoemde vrouwen gehuisvest in de (naam bedrijf 1) tegen betaling,
- voornoemde vrouwen
(prostitutie
)werkzaamheden laten verrichten in/vanuit de (naam bedrijf 1),
- (
(telkens
)voornoemde vrouwen een deel van hun verdiensten uit prostitutie werkzaamheden doen afstaan
terwijl hij, verdachte,
en/of zijn mededader(s)wist
(en) of ernstige redenen had(den) te vermoedendat dat verblijf wederrechtelijk was; en terwijl hij, verdachte,
en/of zijn mededader(s)daarvan een beroep of gewoonte heeft
/hebbengemaakt;
Feit 3:
hij
in ofomstreeks de periode van 21 september 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten,
tezamen en in vereniging met een ander(en), althans alleen,zonder vergunning van de Minister van Justitie, van het opzettelijk teweegbrengen en/of bevorderen van seksuele omgang tegen betaling door
(een)ander
(en
)met
(een)derde
(n
)een beroep of een gewoonte heeft gemaakt, immers heeft
/hebbenhij
en/of één of meer van zijn mededader(s), als eigenaar/manager, de kamers van de (naam bedrijf 1) ingericht en beschikbaar gesteld voor prostitutiewerkzaamheden en gefaciliteerd dat vrouwen in het bargedeelte in contact konden komen met mannen voor het verlenen van seksuele diensten en
/ofdaarvoor middelen (condooms, viagra, lustverhogende middelen en schoon beddengoed) beschikbaar gesteld;
Feit 4:
hij
in ofomstreeks de periode van 1 juni 2017 en met 19 december 2017 in Sint Maarten,
tezamen en in vereniging met een andere(en), althans alleen,
(een)ander
(en
), te weten:
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Dominicaanse Republiek) en/of
(slachtoffer) (Colombia) en/of
(slachtoffer) (Venezuela) en/of
(slachtoffer) (Suriname) en/of
welke perso
(o)n
(en
)zich wederrechtelijke toegang tot of verblijf in Sint Maarten
had/hadden verschaft,
(telkens
)krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid heeft doen verrichten, immers heeft verdachte
en/of zijn mededader(s)voornoemd
(e
)perso
(o)n
(en
)toen en daar arbeid doen verrichten en/of tewerkgesteld, terwijl verdachte
en/of zijn mededader(s) (telkens
)wist
(en) of ernstige redenen had(den) om te vermoedendat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk was.
Hetgeen meer of anders is ten laste gelegd, zoals doorgestreept in de tekst, is niet bewezen, zodat de verdachte hiervan zal worden vrijgesproken.
Bewijsmiddelen
Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan, op de feiten en omstandigheden die in de hierna volgende bewijsmiddelen zijn vervat en redengevend zijn voor de bewezenverklaring. [1]
Daarbij wordt opgemerkt dat ieder bewijsmiddel, ook in zijn onderdelen, slechts wordt gebruikt tot bewijs van dat bewezen verklaarde feit, of die bewezen verklaarde feiten, waarop het blijkens zijn inhoud betrekking heeft.
Proces-verbaal van aangifte van mishandeling cq poging zware mishandeling, d.d. 13 december 2017, documentcode: 1712121900, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) –zakelijk weergegeven-:
Ik doe aangifte van mishandeling gepleegd door een man die ik ken onder de naam (verdachte). Uit het niets begon (verdachte) mij te slaan in mijn gezicht.
Proces-verbaal van aanvullende aangifte, d.d. 13 december 2017, documentcode 1712131415.AAB, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) –zakelijk weergegeven-:We kregen in de auto een woordenwisseling. Hierna voelde ik zijn rechterhand in mijn gezicht terecht komen. Ik begon toen te bloeden. Ik kwam hier om te werken bij (naam bedrijf 2). Voordat ik naar Sint Maarten kwam had ik al een ik al een contract met (naam bedrijf 2). Ik ben vorige week donderdag weggegaan. Ik ben naar (verdachte) gegaan omdat ik moest werken om geld te verdienen. Ik moest bij (verdachte) bar seksuele handelingen verrichten en met mannen naar bed. Ik heb daar wel andere vrouwen gezien. Maandag heb ik met (verdachte) gesproken. Er waren toen ook 2 andere vrouwen en er werd drank geserveerd. Ik heb met(verdachte) de navolgende afspraken gemaakt. Ik moest 10 dollar per klant betalen aan (verdachte). De klant betaalt mij 50 of 60 dollar voor twintig minuten. De klap die (verdachte) mij gegeven heeft deed heel erg pijn. Ik heb hierdoor ook mijn neus gebroken.
Een ander geschrift, te weten medische verklaring, inhoudende de verklaring van dr van Dam –zakelijk weergegeven-:Bruising of nose area. Fracture of nose.
Proces-verbaal van verhoor verdachte d.d.5 januari 2018, documentcode: 1801081030.VE, inhoudende de verklaring van verdachte –zakelijk weergegeven-:Onderweg terug naar de bar ontstond er een woordenwisseling. Ik heb haar toen met mijn rechterhand terug geslagen.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 22 september 2017, documentcode: 1709221110.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Bent u in het bezit van een document voor legaal verblijf op St. Maarten? Nee, alleen mijn paspoort en identiteitskaart van Venezuela. Werkte u als animeermeisje bij (naam bedrijf 3)? Ja. Ik werkte als animeermeisje bij(naam bedrijf 3). Hierna ging ik werken bij(verdachte). Daar was ik serveerster. Dat is dezelfde bar waar ik werd aangehouden in Colebay. Hoe bent u in contact gekomen met (verdachte) om bij zijn bar te gaan werken? Een van de andere vrouwen heeft mij verteld over de bar. Ik ging praten met (verdachte) en hij heeft mij in dienst genomen als serveerster. Wist (verdachte) dat u illegaal was? Ja. Wist u dat er vrouwen bij de bar aan het werk waren als animeermeisjes? Ja. Weet u wat ze aan (verdachte) moeten betalen? Ik betaal (verdachte) $10 per dag voor mijn kamer. De andere vrouwen moeten (verdachte) $10 per keer dat ze naar hun kamer gaan met een cliënt.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 21 september 2017, documentcode: 1709211040.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Ik ben hier gekomen op 22 of 23 augustus 2016. Ik ben hier gekomen om geld te verdienen. Bent u in het bezit van een document voor legaal verblijf op St. Maarten? Nee, alleen mijn paspoort. Ik werkte in de (naam bedrijf 2). Ik was animeermeisje. Ik had seks met mannen tegen betaling. Ik heb deze baan gekregen door rond te vragen. Hierna ging ik bij (verdachte) werken. Wie is (verdachte)? Hij is de eigenaar van de club waar ik ben aangehouden. Wat waren u werkzaamheden? Animeermeisje. Ik verdiende niet veel. Ik huur een kamer van (verdachte). Ik betaal $10 per dag.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 22 september 2017, documentcode: 1709221230.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Weet (verdachte) dat u illegaal op het eiland bent? Ja, hij weet dat ik illegaal bent.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 21 september 2017, documentcode: 1709211235.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Ik ben hier aangekomen op 29 mei 2017. Bent u in het bezit van een document voor legaal verblijf op St. Maarten? Nee, alleen mijn paspoort. Ik werkte overal als schoonmaakster, als barbediende en als animeermeisje. Bij welke club werkte je als animeermeisje? Bij de bar waar ik werd aangehouden in Colebay. Ik verdiende ongeveer 300 tot 400 Amerikaanse dollars om de twee weken. Hoelang werk u bij de bar? Vanaf 10 juli 2017. Wie is de eigenaar van de bar? (verdachte) is de eigenaar. Is de bar van (verdachte) dezelfde plaats waar u werd aangehouden gisteren? Ja. Toen ik op de Franse kant woonde, hoorde ik van verschillende mensen dat ik een baan kon krijgen bij de bar van (verdachte). Ik heb met hem gesproken en hij heeft mij in dienst genomen. Wat waren u werkzaamheden? Animeermeisje.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 21 september 2017, documentcode: 1709221325.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:Hoeveel moest u aan (verdachte) betalen voor uw kamer? Ik moest hem $10 per keer betalen als ik een klant meeneem naar mijn kamer. Zijn er regels die u moet volgen bij de bar van (verdachte)? Ja. Er zijn regels. Als u niet aan de regels houdt moet u $20 aan (verdachte) betalen. Weet (verdachte) dat u illegaal op het eiland bent? Ja, hij weet dat ik illegaal bent.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 december 2017, documentcode: 201712190655.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Toen ik in deze bar kwam, heb ik met “(verdachte)” gesproken. Ik hoorde hem zeggen, dat de dames die hier komen werken als prostituee. Ik ben hier toen ook gaan werken. Ik werk als prostituee en verdien hier mijn geld mee. Ik krijg van mijn klant tussen de 30 en 40 dollar en ik geef “(verdachte)” 10 dollar van dit bedrag. Tevens gebruik ik altijd condooms tijdens de seks. Ook wordt de voordeur afgesloten indien wij de bar verlaten. Ik verdien ongeveer 80 dollar per dag. Ik heb geen verblijfs- en of werkvergunning.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 december 2017, documentcode: 1712191145.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Toen het uit ging ben ik naar (verdachte) bar gegaan om een kamer te zoeken. Ik wist dat (verdachte) kamers te huur had. Ik wist dat hij nog een serveerster zocht. Ik zou als serveerster gaan werken.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 december 2017, documentcode: 201712190640.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:Ik maak schoon bij (verdachte), ik kook daar en verkoop het eten. (verdachte) laat me zijn keuken gebruiken en afhankelijk van hoeveel eten ik verkoop verdien ik wat geld. Hoeveel moet u betalen aan huur? Ik hoef niets te betalen. Waaruit bestaan uw werkzaamheden? Ik maak schoon en ik kook.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 december 2017, documentcode: 1712190640.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:(verdachte) vertelde aan mij dat ik bij hem kon verblijven dus dat heb ik gedaan. Ik moet 10 dollar per dag betalen. Ik heb (verdachte) zelf gevraagd of ik met mannen naar bed mocht gaan. (verdachte) vertelde aan mij dat het mijn eigen leven was, dus je mag doen wat je zelf wil. Ik zit aan de bar van (verdachte) en daar komen mannen. Als iemand leuk is dan ga ik wel met hem naar bed. Ik vraag 50 of 60 dollar voor seks.
Proces-verbaal van verhoor getuige d.d. 19 december 2017, documentcode: 201712190930.GET, inhoudende de verklaring van (slachtoffer) – zakelijk weergegeven-:
Ik ben hierheen gekomen om te werken als prostituee. Sinds 5 november 2017 woon ik op WIndsor Road 6, Colebay, Sint Maarten. Ik werk als prostituee en verdien hier mijn geld mee. Ik krijg van mijn klant tussen de 50 en 60 dollar en ik geef “(verdachte)”10 dollar van dit bedrag. Deze week heb ik ongeveer 100 dollar verdiend. Ik heb geen verblijfs- en of werkvergunning.
Proces-verbaal van bevindingen d.d. 20 december 2017, proces-verbaalnummer: 1712201330.AMB, inhoudende de verklaring van (verbalisant) – zakelijk weergegeven -:Op dinsdag 19 december 2017 te 06:32 uur werd in het kader van onderzoek “Mus”onder leiding van rechter-commissaris mr. C.W.M. Giesen een doorzoeking verricht in het perceel gelegen aan de (adres). In het perceel werden naast ( verdachte) de navolgende dames aangetroffen:
(slachtoffer) geboren op (1994) te Dominicaanse Republiek en in het bezit van een Surinaams paspoort voorzien van het nummer (nummer)geldig tot en met 11 november 2021.
(slachtoffer) op ( 1965) te Santo Domingo Dominicaanse Republiek en in het bezit van een paspoort van de Dominicaanse Republiek voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 06 juni 2023. Voorts was zij in het bezit van een identiteitskaart van Curaçao voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 23 januari 2018.
(slachtoffer) geboren op (1962) te Tumaco Colombia en in het bezit van een Colombiaans paspoort voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 05 oktober 2025. Voorts was zij in het bezit van een identiteitskaart van Curaçao voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 31 juli 2019.
(slachtoffer) geboren op 1993 te Dominicaanse Republiek en in het bezit van een Surinaams paspoort voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 11 juni 2020.
(slachtoffer) geboren op (1984) te Dominicaanse Republiek en in het bezit van een Surinaams paspoort voorzien van het nummer (nummer) geldig tot en met 13 november 2020.
Door het personeel van de Immigration and Border Police van het Korps Politie Sint Maarten werden bovenstaande personen aangemerkt als illegaal omdat zij werkzaam waren op Sint Maarten, te weten de (naam bedrijf 1), en niet in het bezit waren van een werkvergunning.
Proces-verbaal van bevindingen d.d. 5 maart 2018, documentcode 1802221045.AMB, inhoudende de verklaring van (verbalisant) –zakelijk weergegeven-:Verdachte heeft ten tijden van zijn verdachtenverhoren onder meer verklaard dat de mobiele telefoon van het merk Blu, welke in zijn slaapkamer is aangetroffen, van hem is. Door mij, verbalisant, is de telefoon van het merk Blu handmatig uitgelezen.
Berichten tussen een persoon die gebruik maakt van de telefoonnummer (nummer) en (verdachte) die gebruikt maat van het telefoonnummer (nummer).(nummer)07 april 201712:59 Voice note: Goede middag Corazon, kijk, ik ben een Venezolaanse, en ik ben op dit moment in Aruba. En ik wil naar uw bedrijf reizen. Uw nummer heb ik van een vriendin, die bij u heeft gewerkt in San Martin.
(nummer)17:21 Voice note: Hallo mi Amor, je spreekt met (verdachte), de eigenaar van het bedrijf. De naam van mijn bedrijf heet (naam bedrijf 1). Op dit moment hebben wij een lege kamer beschikbaar. Maar er zijn een paar meisjes. Ik weet niet hoe het zou zijn om binnen te komen met de venezolaanse paspoort, er is nog wat moeilijkheden (ongemak) door de Nederlandse gedeelte. Door de Franse gedeelte, denk ik dat het beter is. Want door die kant komen ze wel binnen. Als je kunt stuur mij een foto van jou geheel, om te kijken ongeveer hoe jij eruit ziet.
Berichten tussen (vrouw) die gebruikt maakt van het telefoonnummer (nummer) en (verdachte) die gebruik maakt van het telefoonnummer(nummer)
12 juni 2017
21:39 Voice note: Ik ben een Dominicaans meisje, dat informatie zoekt, om daar te gaan werken. Ik wilde weten, op welke manier er dar gewerkt wordt. Wij hebben beide Venezolaanse paspoorten.13 juni 201718:29 4 foto’s. Dat ben ik. 7 foto’s. Dat is mijn vriendin (vrouw) heet ze.09 juli 2017(vrouw):08:33 Is om jouw te vragen wat adres ik moet geven bij de Immigratie om binnen te kunnen komen daar.Telefoonnummer: (nummer):
08:52: Geen probleem. Ik zal je een adres geven.
(vrouw):09:00: Maar niet het adres van de bar. Het kan niet die van de bar zijn want bij de immigratie kan die adres geven, want dan zouden ze mij niet binnen laten, als zij weten dat ik naar een bar ga.Telefoonnummer: (nummer)10:09: Ik weet het ik stuur jou het adres van mijn vriend op.
Telefoonnummer(nummer)
10:12 foto van een sint maarten identiteit bewijs ten name van: (man) , geboren op ( 1963) te (woonplaats) Sint Maarten, (adres), telefoon nummer(nummer).
Berichten tussen(nummer) en +(nummer)21 juni 2017(nummer)
20:18 ok, en hoeveel wordt daar in rekening gebracht.
Telefoonnummer: (nummer)21:54 Voicenotes: Je betaalt alleen $10,- wanneer je met een klant gaat. De klant betaalt jouw eigenlijk, jij zet je prijs. Zijnde 50 of 60 voor een korte tijd van een half uurtje. Alles hangt van jou af, jij berekent wat jij gaat vragen (cobrar).
(nummer)
21:57 Ik wil dat jij mij dat goed uitlegt. Om geen problemen te hebben met de immigratie en al die dingen.
Telefoonnummer: (nummer)22:02 Dus wat ik kan doen is, jouw ophalen op de luchthaven. Ntv Immigratie enzovoor.
Voice note van (vrouw) (nummer) naar telefoonnummer: (nummer)
26 september 2017
15:11 Voice note Goede middag (vrouw) (ng), zou geweldig zijn dat jij deze kant zou kunnen komen op dit moment. Want het enige op dit moment die leven hier heeft, ben ik. Als je nu hier zo snel mogelijk kan verschijnen, is er een kamer voor jou beschikbaar en er is werk. Want zelfs de bordelen zijn niet open. Geld verdienen zoals nooit.
Bewijsoverwegingen
Feit 1:Het slachtoffer heeft aangifte van mishandeling bij de politie gedaan. Zij heeft verklaard dat zij met verdachte in de auto reed en dat er een woordenwisseling tussen hen ontstond. Tijdens de woordenwisseling heeft de verdachte haar in het gezicht geslagen, waardoor zij hevig begon te bloeden en pijn voelde. Uit de medische verklaring valt af te leiden dat het slachtoffer na het incident naar het ziekenhuis is gegaan en waarbij de behandelende arts letsel in haar gezicht heeft geconstateerd. Daarnaast heeft verdachte bij de politie verklaard dat hij het slachtoffer met zijn rechterhand heeft geslagen. Het Gerecht acht het onder 1 ten laste gelegde feit dan ook wettig en overtuigend bewezen.
Feiten 2, 3 en 4:Het Gerecht is van oordeel dat de aanwezigheid in Sint Maarten van de in de tenlastelegging genoemde vrouwen van meet af aan wederrechtelijk is geweest, en dat verdachte dat ook wist.
Vast staat dat verdachte niet over een vergunning beschikte dat er legaal geprostitueerd mag worden in de bar. Evenmin beschikte verdachte over een tewerkstellingsvergunning voor de vrouwen. De vrouwen zijn als toerist Sint Maarten binnengekomen en mochten niet werken in de bar van verdachte, niet als barvrouw, niet als werkster en ook niet als prostituee.
Uit de verklaringen van de vrouwen volgt dat de vrouwen nimmer van plan zijn geweest om als toerist te verblijven in Sint Maarten, maar dat zij zijn gekomen met het uitsluitende doel om hier in de prostitutie te gaan werken. Dit betekent dat hun verblijfsstatus als toerist is verleend op grond van valse informatie. Aangenomen moet worden dat de ambtenaren belast met de beslissing over toelating zouden hebben geweigerd als de vrouwen naar waarheid hadden verklaard over hun verblijfsdoel. Hun frauduleus verkregen verblijfsstatus moet daarom geacht worden nooit te hebben bestaan. Het Gerecht stelt op grond van de verklaringen van de vrouwen vast dat zij allen, met uitzondering van (slachtoffer), (slachtoffer) en (slachtoffer), voor korte of langere tijd hebben gewerkt in de bar van verdachte.
Uit onderschepte voicenotes blijkt dat verdachte meermalen werd benaderd door vrouwen die bij hem in de bar wilde werken. Uit deze gesprekken komt duidelijk naar voren dat verdachte bereid was om de vrouwen te huisvesten en te faciliteren om geld te verdienen in de prostitutie. Blijkens het proces-verbaal van observatie werd gezien en gehoord dat een onbekende tegen een van de vrouwen heeft gezegd dat hij klaar is om te neuken en dat hij haar een biljet van vijftig Amerikaanse Dollar overhandigt. De vrouwen hebben ook verklaard dat ze verdachte geld betaalden na ieder ‘bezoek’ van een klant.
De verdediging heeft aangevoerd dat voor feit 4 vrijspraak moet volgen, nu nergens uit blijkt dat de vrouwen krachtens overeenkomst werkten. De vrouwen waren vrij om zelf te bepalen of ze al dan niet wat deden, met wie en voor hoeveel geld. Verdachte ging daar niet over. Er was volgens de verdediging dus geen gezagsverhouding tussen verdachte en de vrouwen.
Het Gerecht verwerpt dat verweer. Verdachte runt een bar met daarbij een aantal peeskamertjes. Verdachte stelt de vrouwen in de gelegenheid klanten mee naar die kamers te nemen. In ruil daarvoor dragen de vrouwen een deel van hun verdiensten per klant af. Het betreft hier een vaste werkwijze, waar alle gehoorde vrouwen over spreken. Het kan dus niet anders dan dat er aan die werkwijze een afspraak – al dan niet stilzwijgend gemaakt – ten grondslag lag en dat die in de praktijk ook wordt uitgevoerd. Buiten kijf staat dat verdachte de zeggenschap had over de bar en peeskamers en dat hij dus de regels bepaalde. Uit voornoemde voicenotes blijkt ook dat verdachte streefde naar een volle bezetting met vrouwen. Hij laat belangstellende vrouwen namelijk weten dat er binnenkort een paar weg gaan, zodat er ruimte vrij komt. Dat de vrouwen per dag vrij waren om te bepalen of en hoeveel ze zouden werken en zelf de prijs met een klant konden afspreken, doet niet af aan het feit dat verdachte zeggenschap had over wie kon werken (blijkens de voice notes selecteerde verdachte op uiterlijk) en wat de randvoorwaarden waren.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Het onder 1 subsidiair, 2, 3 en 4 bewezen verklaarde is voorzien bij en strafbaar gesteld in artikelen 2:273, 2:154, 2:212 en 2:155 van het Wetboek van Strafrecht. Het wordt als volgt gekwalificeerd:

Kwalificatie.

Feit 1 subsidiair:
Mishandeling
Feit 2:
Mensensmokkel
Feit 3:
Zonder vergunning van de Minister van Justitie, het opzettelijk teweegbrengen of bevorderen van seksuele omgang tegen betaling door anderen met derden een beroep of gewoonte maken, meermalen gepleegd.
Feit 4:
Een ander, die zich wederrechtelijk toegang tot of verblijf in Sint Maarten heeft verschaft, krachtens overeenkomst of aanstelling arbeid doen verrichten, terwijl hij weet dat de toegang of dat verblijf wederrechtelijk is, meermalen gepleegd.
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Strafbaarheid van de verdachte
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte uitsluiten.
De verdachte is daarom strafbaar voor het hiervoor bewezen verklaarde.
Oplegging van straffen
Gelet op de aard en de ernst van het bewezen en strafbaar verklaarde, op de omstandigheden waaronder de verdachte zich daaraan schuldig heeft gemaakt en op de persoon van de verdachte, zoals van één en ander uit het onderzoek ter terechtzitting is gebleken, acht het Gerecht na te noemen beslissing passend. Daarbij wordt in het bijzonder het volgende in aanmerking genomen.
Verdachte heeft zich als bedrijfsleider van de (naam bedrijf) vrouwen uit winstbejag gehuisvest, terwijl hij wist dat het verblijf van deze vrouwen wederrechtelijk was. Hij was de vrouwen behulpzaam bij de komst naar Sint Maarten in de wetenschap dat de vrouwen van plan waren om in zijn bar in de prostitutie te gaan werken. Verdachte was zich van bewust dat de hiervoor vereiste verblijfs- en tewerkstellingsvergunningen ontbraken. Verdachte heeft misbruik gemaakt van de kwetsbaarheid van acht vrouwen, die meestal uit financiële nood de toevlucht tot dit soort, niet van overheidswege gecontroleerde werkzaamheden hebben gezocht. De hygiëne van de werkplekken was onvoldoende. Een vrouw werd bovendien door verdachte mishandeld.
De duur van de bewezen verklaarde periode is minder dan zes maanden, doch de internationale bekendheid van zijn bar bij vrouwen die de prostitutie in willen suggereert dat hij al langer met deze activiteit bezig is.
Verdachte geeft geen blijk dat hij het verkeerde van zijn handelingen inziet.
Ten voordele van verdachte wordt meegewogen dat hij geen strafblad heeft.
Oplegging van een vrijheidsontnemende straf is geïndiceerd, ook om anderen af te schrikken zich bezig te houden met illegale seksuele exploitatie van wederrechtelijk aanwezige personen.
Het Gerecht komt evenwel tot een iets lager onvoorwaardelijk strafdeel dan door de officier van justitie geëist, omdat uit de verklaringen van de vrouwen – behoudens het onder 1 ten laste gelegde incident - niet blijkt van een vernederende behandeling.
Alles afwegende kan niet worden volstaan met een andere of lichtere straf dan gevangenisstraf van na te melden duur.
In beslag genomen voorwerpen
Aan de orde zijn voorts de onder de verdachte in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen.
De voorwerpen zijn vatbaar voor verbeurdverklaring. De voorwerpen behoren immers toe aan de verdachte en zijn geheel of grotendeels door middel van of uit de baten van het onder 3 bewezen verklaarde verkregen.
Het Gerecht zal daarom de verbeurdverklaring gelasten.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is, behalve op de reeds aangehaalde wettelijke voorschriften, gegrond op de artikelen 1:19, 1:20, 1:21, 1:67 en 1:68, zoals deze luidden ten tijde van het bewezen verklaarde.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 primair ten laste is gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte de onder 1 subsidiair, 2, 3 en 4 ten laste gelegde feiten heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders is ten laste gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstrafvoor de
36 maanden;
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
bepaalt dat een gedeelte van deze straf een gedeelte, groot
12 maanden, niet ten uitvoer zal worden gelegd, tenzij de rechter later anders mocht gelasten omdat de verdachte zich voor het einde van een proeftijd, van
2 jarenaan een strafbaar feit heeft schuldig gemaakt;
verklaart verbeurd de in beslag genomen en nog niet teruggegeven voorwerpen, te weten geldbedragen van US$ 2.766, NAf 1.515 en € 1.550.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. P.A.H. Lemaire, bijgestaan door A.R. Osepa-Ritfeld, (zittingsgriffier), en op 18 april 2018 in tegenwoordigheid van de griffier uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Sint Maarten.
A.R. Osepa-Ritfeld is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.
uitspraakgriffier:

Voetnoten

1.Hierna wordt, tenzij anders vermeld, telkens verwezen naar ambtsedige - en door de desbetreffende verbalisant(en) in wettelijke vorm opgemaakte - processen-verbaal en overige geschriften, die als bijlagen zijn opgenomen in het eindproces-verbaal van het Korps Politie Sint Maarten, onderzoeksnaam “MUS”.