Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
STICHTING EXPLOITATIE WILHELMINA TEHUIS,
1.Het procesverloop
- het verzoekschrift van 19 januari 2024,
- de eis in reconventie,
- de mondelinge behandeling en de pleitnotities van 23 januari 2024.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak vordert de verhuurder, Stichting Exploitatie Wilhelmina Tehuis, de ontruiming van een appartement door de huurster vanwege een huurachterstand. De huurster beroept zich op opschorting van de huurbetalingen wegens gebreken aan het gehuurde. De rechter oordeelt dat het beroep op opschorting faalt, omdat de gebreken niet zodanig zijn dat deze de huur opschorting rechtvaardigen. De huurster heeft sinds augustus 2023 geen huur meer betaald, wat leidt tot een huurachterstand van NAf 6.650,50. De rechter wijst de vordering tot ontruiming toe en veroordeelt de huurster tot betaling van de huurachterstand en toekomstige huurtermijnen. In reconventie vordert de huurster herstel van gebreken en huurprijsvermindering, maar deze vorderingen worden afgewezen. De huurster krijgt toestemming om kosteloos te procederen, maar wordt wel veroordeeld in de proceskosten van de verhuurder. De rechter oordeelt dat de huurster uiterlijk op 1 april 2024 het gehuurde moet ontruimen. Daarnaast wordt de verhuurder veroordeeld tot terugbetaling van betekeningskosten aan de huurster, omdat deze kosten nodeloos zijn gemaakt. De uitspraak is gedaan door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock, met mr. G. Benedictus als griffier.