In deze zaak, die op 21 februari 2024 werd behandeld, hebben [huurder 1] en [huurder 2] een kort geding aangespannen tegen [verhuurster] over de toegang tot het door hen gehuurde appartement en een huurachterstand. De eisers, die in persoon procederen, vorderen dat [verhuurster] en haar familieleden en werklieden het gehuurde privéterrein niet ongeoorloofd betreden en dat zij geen foto's maken van hun eigendommen. Daarnaast vorderen zij dat [verhuurster] geen ingrijpende werkzaamheden aan het gehuurde verricht zonder hun toestemming. In reconventie vordert [verhuurster] dat de huurders medewerking verlenen aan opknapwerkzaamheden en dat [huurder 2] wordt ontruimd wegens huurachterstand.
Tijdens de zitting is gebleken dat partijen het erover eens zijn dat [verhuurster] het gehuurde niet zonder toestemming mag betreden, maar dat de huurders wel moeten meewerken aan redelijke en tijdig aangekondigde bezoeken voor inspectie en herstelwerkzaamheden. De rechter heeft geoordeeld dat [huurder 2] de huurachterstand moet inhalen, maar dat ontruiming een te vergaande maatregel is, gezien de omstandigheden. De vordering tot ontruiming is afgewezen, maar [huurder 2] is wel veroordeeld tot betaling van de huurachterstand van NAf 2.875, vermeerderd met rente.
De rechter heeft beslist dat partijen ieder hun eigen proceskosten moeten dragen, omdat zij deels in het gelijk en deels in het ongelijk zijn gesteld. Dit vonnis benadrukt het belang van goede communicatie en samenwerking tussen verhuurder en huurders, vooral in situaties van huurachterstand en noodzakelijke herstelwerkzaamheden.