In deze zaak, die zich afspeelt in het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, betreft het een schadestaatprocedure in het faillissement van Stacktrace N.V. De curator, vertegenwoordigd door Mr. [naam], heeft de vordering ingesteld om het bedrag van het boedeltekort vast te stellen, evenals de faillissementskosten. Stacktrace N.V. werd op 8 mei 2015 in staat van faillissement verklaard, waarbij Carmanco als bestuurder fungeerde tot kort voor het faillissement. De hoofdzaak draait om de vordering van de curator tot hoofdelijke veroordeling van de naamloze vennootschappen Cyberluck en Carmanco tot betaling van het boedeltekort, dat eerder door de rechter was vastgesteld op NAf 100.000 in een vonnis van 16 april 2018.
In het incident heeft Cyberluck een verzoek ingediend op basis van artikel 843a Rv, waarin zij inzage eist in de onderliggende bewijsstukken van de vorderingen die zijn ingediend in de faillissementsboedel. De curator heeft echter verweer gevoerd, stellende dat Cyberluck geen rechtmatig belang heeft bij deze inzage en dat zij door haar proceshouding de procedure tracht te vertragen. Het gerecht heeft geoordeeld dat de vordering van Cyberluck in dit stadium niet voor toewijzing in aanmerking komt, aangezien er eerst een conclusie van antwoord in de hoofdzaak moet worden genomen.
Daarnaast heeft Carmanco een incidentele vordering ingediend om de UBO van Stacktrace, [naam 1], in vrijwaring op te roepen. Het gerecht heeft geoordeeld dat er voldoende belang is om [naam 1] op te roepen, en heeft deze vordering toegewezen. De zaak is vervolgens verwezen naar de rolzitting voor verdere behandeling. De beslissing van het gerecht is openbaar uitgesproken op 16 januari 2023.