ECLI:NL:OGEAC:2023:256

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
21 augustus 2023
Publicatiedatum
9 oktober 2023
Zaaknummer
CUR202203356
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht; Burgerlijk procesrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Rechters
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Eigendomsuitwijzing en verzet tegen vonnis in civiele procedure

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 21 augustus 2023 uitspraak gedaan in een civiele procedure betreffende een eigendomsuitwijzing. De opposanten, bestaande uit Stichting Afwikkeling Nalatenchappen en twee andere partijen, hebben verzet aangetekend tegen een eerder vonnis van 29 november 2021, waarin de eigendom van een perceel aan de Oranjestraat te Curaçao aan de geopposeerde werd toegewezen op basis van extinctieve verjaring. De opposanten stelden dat het perceel deel uitmaakte van de nalatenschap van een erfgenaam van de oorspronkelijke eigenaar, Olimpia Nadal, en dat de geopposeerde geen recht had op het perceel omdat zij slechts huurder zou zijn.

Het Gerecht heeft in zijn beoordeling vastgesteld dat tegen een eigendomsuitwijzing als bedoeld in artikel 3:27 BW geen verzet openstaat, maar dat hoger beroep mogelijk is. De opposanten zijn niet-ontvankelijk verklaard in hun verzet, omdat de wet geen verzet toelaat tegen het vonnis van 29 november 2021. Het Gerecht heeft de proceskosten aan de zijde van de geopposeerde toegewezen, waarbij de opposanten hoofdelijk zijn veroordeeld in de kosten van het verzet. De uitspraak is gedaan door rechter P.E. de Kort en is openbaar uitgesproken in aanwezigheid van de griffier.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202203356
Vonnis d.d. 21 augustus 2023
inzake
1) STICHTING AFWIKKELING NALATENSCHAPPEN,
gevestigd in Curaçao,
2) [OPPOSANTE SUB 2],
wonend in de Dominicaanse Republiek,
3) [OPPOSANTE SUB 3],
wonend in Nederland,
opposanten,
gemachtigde: mr. A.K.H. Ayubi,
tegen
[GEOPPOSEERDE],
wonend in Curaçao,
geopposeerde,
gemachtigde: mr. B. Lie Atjam.

1.Het procesverloop

1.1.
Voor het procesverloop wordt verwezen naar:
  • het vonnis van dit gerecht van 29 november 2021 (zaaknummer CUR202101514) gewezen tussen [geopposeerde] als eiseres en ‘alle mogelijke belanghebbenden op het registergoed op het grondgebied van Willemstad Curaçao gelegen te Oranjestraat […] ten name van Olimpia Nadal ’als gedaagden;
  • het verzetschrift van opposanten ingediend op 1 september 2022;
  • het tussenvonnis van 29 mei 2023 (
  • de akte van opposanten van 26 juni 2023.
1.2.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De beoordeling

2.1.
Opposanten zijn in deze procedure bij het gerecht in verzet gekomen tegen het vonnis van dit gerecht van 29 november 2021.
2.2.
Bij dat vonnis is de onweersproken primaire vordering van [geopposeerde] toegewezen en is voor recht verklaard dat zij het perceel Oranjestraat …] door extinctieve verjaring in eigendom heeft verkregen.
2.3.
Volgens opposanten behoort het perceel tot de nalatenschap van [naam erfgenaam], de enige erfgenaam van Olimpia Nadal, en is opposante sub 1 op 5 juni 2014 als vereffenaar van de nalatenschap van [naam erfgenaam] benoemd. [geopposeerde] was volgens opposanten huurder van Oranjestraat […], geen bezitter. [geopposeerde] huurde volgens hen van ‘economisch eigenaar’ wijlen [naam economisch eigenaar], van wie opposanten 2 en 3 erfgenamen zijn.
2.4.
Het vonnis van 29 november 2021 luidde als volgt:
“1.Het procesverloop
1.1. [
geopposeerde] heeft op 9 juni 2021 een inleidend verzoekschrift met producties ter griffie ingediend. Vervolgens is een comparitie gelast, die op 11 november 2021 heeft plaatsgevonden. De gemachtigde van [geopposeerde] – [geopposeerde] is wegens ziekte niet verschenen – was daarbij aanwezig. De mogelijke belanghebbenden zijn, hoewel behoorlijk opgeroepen, niet verschenen. Het Gerecht heeft tegen hen verstek verleend.(…)
2.De feiten
2.1.
Uitgegaan wordt van de volgende, niet weersproken, feiten.
2.2.
Het perceel gelegen in het Stadsdistrict van Curaçao, bekend als kavel I-A-5336, met het daarop gebouwde, plaatselijk bekend als Oranjestraat […] (hierna: het perceel), staat bij het Kadaster geregistreerd op naam van Olimpia Nadal (ook: Olympia Nadal).
2.3.
Navraag bij het Bevolkingsregister en het Nationaal Archief naar de naam Olimpia Nadal heeft geen relevante informatie opgeleverd. De echtgenoot van Olimpia Nadal, Leopoldo Camarena, is blijkens verkregen informatie in het jaar 1949 overleden.
2.4.
In het jaar 1997 heeft [geopposeerde] het perceel geschonken gekregen van ene Antonio die in Steenrijk woonde. [geopposeerde] exploiteert sinds het jaar 2007 de op het perceel gevestigde toko.
3.Het geschil
3.1. [
geopposeerde] vordert, bij vonnis zo mogelijk uitvoerbaar bij voorraad, en op de minuut:
i.
Primair voor recht te verklaren dat [geopposeerde] het perceel te Oranjestraat […] door extinctieve verjaring ex artikel 3:105 jo. artikel 3:306 BW in eigendom heeft verkregen en bepaalt dat het te wijzen vonnis door de bewaarder zal worden ingeschreven in de openbare registers;
ii.
Subsidiair(…)
;
iii.
Meer subsidiair(…)
;
4.De beoordeling
4.1.
Aan de vordering legt [geopposeerde] – kort weergegeven – ten grondslag dat zij, nu zij het perceel sinds het jaar 1997 in haar bezit heeft, zij op grond van extinctieve verjaring in de zin van artikel 3:105 BW jo. artikel 3:306 BW de eigendom daarvan heeft verkregen. Zij stelt de oorspronkelijke houten bebouwing van het perceel te hebben vervangen door een opstal van betonblokken.
4.2.
De vordering primair is, nu deze niet is weersproken en het Gerecht niet onrechtmatig of ongegrond voorkomt, toewijsbaar. Aan de overige vorderingen (subsidiair en meer subsidiair) wordt dus niet toegekomen. De proceskosten zullen worden gecompenseerd.
5.De beslissing
Het Gerecht:
5.1.
verklaart voor recht dat [geopposeerde] het perceel te Oranjestraat […] door extinctieve verjaring ex artikel 3:105 BW jo. artikel 3:306 BW in eigendom heeft verkregen;
5.2.
bepaalt dat het vonnis door de bewaarder zal worden ingeschreven in de openbare registers;(…)”
2.5.
Bij het tussenvonnis van 29 mei 2023 is voorshands geoordeeld dat opposanten niet in hun verzet kunnen worden ontvangen, omdat ingevolge artikel 3:27 lid 2 BW tegen een vonnis als bedoeld in artikel 3:27 lid 1 BW - waarvan hier sprake is - geen verzet (maar wel hoger beroep) is toegelaten.
2.6.
Opposanten zijn in de gelegenheid gesteld op dit voorlopig oordeel te reageren. Zij hebben zich in hun akte gerefereerd aan het oordeel van het gerecht.
2.7.
Artikel 3:27 lid 2 BW luidt als volgt:
“Tegen het vonnis is geen verzet toegelaten. Hoger beroep en cassatie staan volgens de gewone regels open, behoudens de volgende uitzonderingen. Artikel 262 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering is niet van toepassing. De termijn voor hoger beroep begint voor niet-verschenen belanghebbenden te lopen vanaf de betekening van de uitspraak aan hen bij name, voor zover zij ingeschreven waren, of bij openbaar exploit, zo zij niet ingeschreven waren. Cassatie staat alleen open voor verschenen belanghebbenden.”
2.8.
Uit deze wetsbepaling blijkt dat geen verzet mogelijk was tegen het vonnis van 29 november 2021, maar dat opposanten alleen het rechtsmiddel van hoger beroep ter beschikking stond (en wellicht staat).
2.9.
Opposanten zullen niet-ontvankelijk worden verklaard. Op de voet van artikel 60 Rv dienen zij te worden veroordeeld in de proceskosten.

3.De beslissing

Het gerecht:
3.1.
verklaart opposanten niet-ontvankelijk in hun verzet;
3.2.
veroordeelt opposanten hoofdelijk in de kosten van het verzet, aan de zijde van [geopposeerde] begroot op NAf 2.500 voor salaris gemachtigde, bij niet-voldoening te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de vijftiende dag na dit vonnis;
3.3.
verklaart de proceskostenveroordeling uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. P.E. de Kort, rechter, en op 21 augustus 2023 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.