In deze zaak hebben eisers, voormalige werknemers van het Analytisch Diagnostisch Centrum N.V. (ADC), een kort geding aangespannen tegen hun ex-werkgever. Eisers vorderen betaling van een lumpsum van NAf 45.000, die hen was beloofd bij hun vervroegde uitstroom per 1 juni 2023. ADC had hen echter medegedeeld dat deze betaling in drie termijnen zou plaatsvinden, wat eisers betwistten. Ze stelden dat er geen overeenkomst was over gespreide betaling en dat zij recht hadden op de volledige lumpsum in één keer. Het gerecht oordeelde dat eisers inderdaad recht hadden op de volledige lumpsum, aangezien ADC hen niet had geïnformeerd over een betalingsregeling en de voorwaarden van de Landsverordening Vervroegd Vrijwillige Uitstroom (Lv VVU) niet in acht waren genomen. De rechter wees de vordering van eisers toe en verklaarde dat ADC in verzuim was door de betaling niet tijdig te voldoen. Daarnaast vorderden eisers een pensioengratificatie, maar deze werd afgewezen omdat de rechter oordeelde dat de regeling voor vervroegde uitstroom als alternatief voor pensioen gold. ADC werd veroordeeld tot betaling van NAf 30.000 aan elke eiser, vermeerderd met wettelijke rente, en moest ook de proceskosten vergoeden.