ECLI:NL:OGEAC:2023:190

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
3 juli 2023
Publicatiedatum
14 augustus 2023
Zaaknummer
CUR202204759
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vernietiging borgstelling door echtgenote; uitzondering op toestemmingsvereiste van artikel 1:88 lid 5 BW niet van toepassing voor bestuurder van stichting

In deze zaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 3 juli 2023 uitspraak gedaan in een civiele procedure tussen Maduro & Curiel’s Bank N.V. (MCB) als eiseres en [gedaagde sub 1] en Luxahomes Real Estate Development N.V. als gedaagden. MCB vorderde betaling van een bedrag van NAf 1.212.694,72, vermeerderd met rente, op basis van een borgstelling die [gedaagde sub 1] had afgegeven voor de schuld van Kora 66 Private Foundation aan MCB. De echtgenote van [gedaagde sub 1] heeft deze borgstelling echter vernietigd, omdat zij geen toestemming had gegeven voor deze rechtshandeling, zoals vereist volgens artikel 1:88 BW.

Het Gerecht heeft vastgesteld dat de uitzondering op het toestemmingsvereiste van artikel 1:88 lid 5 BW niet van toepassing is, omdat Kora geen naamloze of besloten vennootschap is en [gedaagde sub 1] niet als bestuurder van Kora kan worden beschouwd in de zin van deze uitzondering. MCB kon zich niet beroepen op de veronderstelling dat de echtgenote toestemming had verleend, en de vernietiging van de borgstelling door de echtgenote is geaccepteerd. Hierdoor werd de vordering van MCB afgewezen, en werd MCB veroordeeld in de proceskosten van [gedaagde sub 1] en Luxahomes, die zijn begroot op NAf 10.000.

De beslissing van het Gerecht houdt in dat de vordering van MCB wordt afgewezen, en dat de proceskosten binnen veertien dagen moeten worden betaald, met de toevoeging van wettelijke rente bij niet tijdige betaling. Dit vonnis is openbaar uitgesproken door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202204759
Vonnis van 3 juli 2023
in de zaak van
de naamloze vennootschap
MADURO & CURIEL’S BANK N.V.,
gevestigd in Curaçao,
eiseres,
gemachtigde: mr. H.W. Braam,
tegen

1.[GEDAAGDE SUB 1],

wonende in Curaçao,
2. de naamloze vennootschap
LUXAHOMES REAL ESTATE DEVELOPMENT N.V.,
gevestigd in Curaçao,
gedaagden,
gemachtigden: mrs. W.R. Flocker en E. Kleist.
Partijen zullen hierna MCB, [gedaagde sub 1] en Luxahomes worden genoemd.

1.Het procesverloop

1.1.
Het procesverloop blijkt uit:
  • het verzoekschrift van 13 december 2022;
  • de conclusie van antwoord;
  • de mondelinge behandeling van 19 april 2023;
  • de pleitnotities van mr. Braam.
1.2.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1.
Op 16 maart 2016 heeft MCB een lening verstrekt aan Kora 66 Private Foundation (hierna: Kora) voor een bedrag van NAf 2.451.000. Kora heeft ter zekerheid aan MCB het recht van eerste hypotheek verleend op het onroerend goed aan de Cas Coraweg […].
2.2. [
gedaagde sub 1] en [mede-borg] hebben zich jegens MCB verbonden als borg voor de schuld van Kora aan MCB, in die zin dat de vordering van MCB op Kora terzake de constructiekosten en een eventuele debetstand door [gedaagde sub 1] en [naam mede-borg] wordt gegarandeerd. De overeenkomst is op 1 april 2016 getekend.
2.3. [
gedaagde sub 1] woont in een woning gelegen te [...]. Op een door hem ondertekend formulier (ten behoeve van de lening aan Kora 66) heeft [gedaagde sub 1] ingevuld dat hij eigenaar is van deze woning en dat de waarde van de woning op dat moment USD 2.000.000 bedroeg. De eigendom van de woning gelegen te [...] berust echter sinds 1990 bij Luxahomes. Privattrust N.V. voert de directie over Luxahomes. Directeur van Privattrust N.V. is […].
2.4.
Aan Kora is in de periode 2017-2019 drie maal een zogenoemde
grace periodverleend. Daarbij is [gedaagde sub 1] opgetreden als directeur en borg van Kora.
2.5.
MCB heeft in juli 2019 de bankrelatie met Kora opgezegd. Kora heeft niet aan de betalingsverplichtingen voldaan. Het onderpand van Kora is door de MCB in het openbaar verkocht tegen een bedrag van NAf 1.550.000. De resterende vordering van MCB op Kora, na aftrek van kosten, bedraagt NAf 1.335.123,20.
2.6.
Bij brief van 25 juli 2022 heeft MCB [gedaagde sub 1] verzocht het bedrag van NAf 1.335.123,20 te voldoen.
2.7.
De vordering van MCB is verminderd tot een bedrag van NAf 1.212.694,72.
2.8.
Op 24 november 2022 is op verzoek van MCB ten laste van [gedaagde sub 1] conservatoir derdenbeslag gelegd onder Luxahomes op de aandelen van Luxahomes. Verder is conservatoir derdenbeslag gelegd onder een aantal banken op eventuele rekeningen van [gedaagde sub 1] bij deze banken.
2.9.
Bij brief van 6 januari 2023 heeft de echtgenote van [gedaagde sub 1] (hierna: de echtgenote) de rechtshandeling van [gedaagde sub 1] om zich als borg voor de schuld van Kora aan MCB te verbinden vernietigd.

3.De vordering en de standpunten van partijen

3.1.
MCB vordert, bij vonnis uitvoerbaar bij voorraad,
primair
[gedaagde sub 1] en Luxahomes hoofdelijk te veroordelen om aan MCB te betalen het bedrag van NAf 1.212.694,72 vermeerderd met de overeengekomen rente;
subsidiair
[gedaagde sub 1] te veroordelen tot betaling aan MCB van NAf 1.212.694,72, vermeerderd met de overeengekomen rente;
Luxahomes te veroordelen dan wel te bevelen de woning [...] te verkopen en van de koopsom het bedrag van NAf 1.212.694,72, vermeerderd met rente, af te dragen aan MCB, dan wel MCB toestemming te verlenen om deze woning, onderhands dan wel openbaar, te verkopen en van de verkoopopbrengst NAf 1.212.694,72 vermeerderd met rente in te houden
primair en subsidiairmet hoofdelijke veroordeling van [gedaagde sub 1] en Luxahomes in de betaling van de incassokosten en de proceskosten.
3.2.
MCB legt aan de vorderingen het volgende ten grondslag. [gedaagde sub 1] heeft zich borg gesteld voor de schuld van Kora aan MCB. Nu Kora haar betalingsverplichtingen niet is nagekomen en nu na verkoop van het onderpand nog een restschuld bestaat, kan [gedaagde sub 1] daarvoor worden aangesproken. Dat geldt ook voor Luxahomes. Voor MCB was het onderpand te [...] een voorwaarde voor het verstrekken van de lening aan Kora. [gedaagde sub 1] heeft ervoor getekend dat hij de eigenaar is van de woning. Feitelijk is hij dat ook. Luxahomes geldt als een tussengeschoven vennootschap en was evident op de hoogte van de door [gedaagde sub 1] afgelegde verklaring. Luxahomes en [gedaagde sub 1] zijn daarom te vereenzelvigen. Voor zover dat niet opgaat is sprake van onrechtmatig handelen. In beide gevallen dient de resterende vordering te worden voldaan.
3.3. [
gedaagde sub 1] en Luxahomes hebben het volgende verweer gevoerd. Op grond van artikel 1:88 lid 1 sub c BW had [gedaagde sub 1] voor de borgstelling de toestemming van zijn echtgenote nodig. [gedaagde sub 1] was ten tijde van de ondertekening van de borgstelling namelijk geen bestuurder van Kora. Bovendien is Kora geen (naamloze of besloten) vennootschap. De borgstelling is ook niet gegeven in de normale uitoefening van het beroep of bedrijf van [gedaagde sub 1]. Er was dus toestemming vereist en deze toestemming is niet gegeven. Gelet daarop is de rechtshandeling van [gedaagde sub 1] door de echtgenote vernietigd en kan [gedaagde sub 1] niet worden aangesproken voor het restant van de schuld. Er bestaat evenmin een vordering jegens Luxahomes. Luxahomes is geen partij bij de kredietovereenkomst en heeft zich ook niet tot zekerheid voor de schuld van Kora aan MCB verbonden.

4.De beoordeling

4.1.
Allereerst zal worden beoordeeld of de echtgenote van [gedaagde sub 1] de rechtshandeling tot borgstelling van [gedaagde sub 1] voor de schuld van Kora met succes heeft vernietigd.
4.2.
In artikel 1:88 BW is bepaald dat een echtgenoot de toestemming van de andere echtgenoot nodig heeft in het geval van overeenkomsten die ertoe strekken dat hij, anders dan in de normale uitoefening van zijn beroep of bedrijf, zich als borg of hoofdelijk medeschuldenaar verbindt, zich voor een derde sterk maakt, of zich tot zekerheidstelling voor de schuld van een derde verbindt.
4.3.
Tussen partijen is duidelijk dat de echtgenote niet uitdrukkelijk toestemming heeft gegeven voor het sluiten van de borgstellingsovereenkomst. MCB stelt dat de toestemming ook niet nodig was omdat de uitzondering van artikel 1:88 lid 5 BW van toepassing is, aangezien [gedaagde sub 1] ten tijde van de rechtshandelingen als UBO van Kora kwalificeerde als bestuurder. Hij heeft immers onderhandeld met MCB en alle stukken ondertekend.
4.4.
Het is juist dat [gedaagde sub 1] te beschouwen is als bestuurder van Kora. Kora is echter geen naamloze of besloten vennootschap, zodat het beroep op artikel 1:88 lid 5 BW niet opgaat. Er is door MCB ook onvoldoende aangevoerd om de conclusie te rechtvaardigen dat zij er te goeder trouw vanuit ging en vanuit kon gaan dat de echtgenote toestemming had verleend voor het aangaan van de borgstellingsovereenkomst.
4.5.
Het voorgaande betekent dat de echtgenote de rechtshandelingen van [gedaagde sub 1] die hebben geleid tot de borgstellingsovereenkomst kon vernietigen op grond van artikel 1:88 lid 1 aanhef en onder c BW. Er is geen sprake van verjaring, nu gesteld noch gebleken is dat de echtgenote eerder dan met het leggen van beslag op de echtelijke woning bekend werd met de vordering van MCB en de borgstelling. [gedaagde sub 1] kan zich op de (buitengerechtelijke) vernietiging beroepen. Dat heeft tot gevolg dat de vordering, voor zover deze ziet op de terugbetaling door [gedaagde sub 1], zal worden afgewezen.
4.6.
Nu de vorderingen ten opzichte van [gedaagde sub 1] worden afgewezen, bestaat er ook geen grond voor toewijzing van de vorderingen ten opzichte van Luxahomes. De vorderingen zijn immers gebaseerd op de onjuiste veronderstelling dat MCB een vordering heeft op [gedaagde sub 1]. Nu dat niet het geval is kan in het midden blijven of [gedaagde sub 1] en Luxahomes bij MCB een onjuiste indruk hebben gewekt over de gegoedheid van [gedaagde sub 1] of bedoeld hebben de ten name van Luxahomes staande woning in dit kader als mogelijk verhaalsobject voor [gedaagde sub 1]s verplichtingen als borg aan te wijzen.
4.7.
Omdat MCB in het ongelijk wordt gesteld, wordt MCB veroordeeld in de proceskosten. De kosten van [gedaagde sub 1] en Luxahomes worden tot aan deze uitspraak begroot NAf 10.000 aan gemachtigdensalaris.
4.8.
De gevorderde wettelijke rente wordt toegewezen zoals hierna onder de beslissing vermeld.

5.De beslissing

Het gerecht:
5.1.
wijst de vordering af;
5.2.
veroordeelt MCB in de proceskosten, aan de zijde van [gedaagde sub 1] en Luxahomes tot op heden begroot op NAf 10.000;
5.3.
bepaalt dat de proceskosten moeten worden betaald binnen veertien dagen en dat die kosten worden verhoogd met de wettelijke rente als niet op tijd wordt betaald;
5.4.
verklaart dit vonnis wat betreft de proceskosten uitvoerbaar bij voorraad.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock, rechter, en getekend en in het openbaar door de rolrechter uitgesproken.