ECLI:NL:OGEAC:2023:116

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
17 mei 2023
Publicatiedatum
31 mei 2023
Zaaknummer
CUR201802314
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Toezicht op curator en ambtshalve ontslag wegens onbehoorlijke uitvoering van taken

In deze zaak gaat het om de curatele van een moeder en de rol van haar zoon als curator. De moeder werd op 25 oktober 2018 onder curatele gesteld, waarbij haar zoon als curator werd benoemd. De moeder en de zoon hebben een goede relatie met een derde partij, die de zoon ondersteunt in zijn taken. Na de opname van de moeder in een bejaardentehuis, kreeg de zoon de machtiging om de woning van de moeder te verkopen. De woning werd verkocht voor NAƒ 198.500, maar er zijn zorgen over de besteding van de opbrengst. De curator heeft een groot deel van de opbrengst voor zichzelf aangewend, wat leidt tot een vermogensoverheveling van de moeder naar de derde partij. Het gerecht oordeelt dat de curator niet in staat is om zijn taken naar behoren uit te voeren en ontslaat hem ambtshalve. Een nieuwe curator wordt benoemd om de belangen van de moeder te behartigen en de vermogensoverheveling terug te draaien. De zoon moet rekening en verantwoording afleggen aan de nieuwe curator. De zaak wordt naar de rol verwezen voor verdere behandeling.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

zaaknummer: CUR201802314

Beschikking d.d. 17 mei 2023

in het kader van het toezicht op het bewind door de curator
[de zoon] (hierna: de zoon) van
[moeder] w/v [achternaam](hierna: de moeder)
,
beiden wonende in Curaçao.

De feiten en de procedure

1. Bij beschikking van 25 oktober 2018 is de moeder onder curatele gesteld en haar zoon tot curator benoemd.
2. De moeder en de zoon zijn goed bevriend met mw. [naam], die jarenlang voor de moeder gezorgd heeft en die de zoon, die onder meer visuele beperkingen heeft, bijstaat in het dagelijks leven. Zij helpt hem bij het verrichten van financiële transacties, zowel privé als als curator, en helpt de zoon ook overigens bij de uitvoering van zijn taak als curator.
3. Nadat de moeder in een bejaardentehuis was opgenomen, heeft het gerecht bij beschikking van 17 oktober 2019 de zoon gemachtigd om als curator de woning van de moeder - het registergoed aan de [adres A] - te verkopen voor een bedrag van minimaal NAƒ 198.500 k.k. In de beschikking is overwogen:
(…) Dat betekent dat curanda de enige rechthebbende is in de opbrengst van de verkoop van het registergoed (dat wil zeggen de volledige koopsom na aftrek kosten makelaar aan curanda toekomt) en dat deze slecht in haar belang kan worden aangewend voor andere doeleinden en slechts na toestemming van het Gerecht.
4. De woning is verkocht voor NAƒ 198.500. De netto verkoopopbrengst bedroeg NAƒ 187.274 en is overgemaakt naar de bankrekening van de moeder. Daarvan is in de periode van 1 november t/m 5 december 2019 NAƒ 112.000 overgemaakt ten behoeve van de bouw van een appartement op het onroerend goed van [naam] aan de [adres B].
5. De zoon is in dat appartement gaan wonen. De moeder bezoekt hem daar geregeld. Zij is niet meer wilsbekwaam, in elk geval niet als het gaat om haar financiën.
6. Op 5 augustus 2020 heeft [naam] ten overstaan van notaris Naaldijk een testament laten opmaken, waarin zij aan de zoon het recht van vruchtgebruik van het appartement legateert.
7. Bij stempelbeschikking van 2 december 2021 heeft het gerecht de curator machtiging verleend voor de verkoop van het registergoed aan de Donckerstraat 62 – waarin de curanda deelgerechtigd was - voor NAƒ 65.000.
8. Het gerecht heeft naar aanleiding van overgelegde stukken om aanvulling van de financiële stukken verzocht, waaronder de leveringsakte van de woning te [adres]. [naam] heeft op 3 februari 2022 nadere stukken ingediend.
9. De mondelinge behandeling is voortgezet op 17 februari 2022 waarbij [naam] en de curator aanwezig waren, en op 11 mei 2023, waarbij [naam] en de advocaat mr. La Fleur aanwezig waren. De curator heeft laatstbedoelde zitting deels via de mobiele telefoon van [naam] bijgewoond.
10. Voorafgaand aan de laatste zitting heeft [naam] overgelegd een testament van haar, opgemaakt op 9 mei 2023 ten overstaan van notaris Chatlein, waarin zij aan de zoon en de moeder het recht van vruchtgebruik van het appartement legateert “onder de verplichting om hun vordering op haar uit hoofde van voorgeschoten bouwkosten” kwijt te schelden.
11. De uitspraak is bepaald op heden.

De beoordeling

12. Het gaat in deze zaak allereerst om de verkoopopbrengst van de echtelijke woning. Die opbrengst was– zo heeft het gerecht zelfs expliciet overwogen in de beschikking van 17 oktober 2019 – van de moeder. Het was de taak van de curator die opbrengst uitsluitend aan te wenden ten behoeve van de moeder.
13. Van de verkoopopbrengst is weinig meer over. Uit de overgelegde stukken blijkt dat de curator een groot deel van het bedrag voor zichzelf heeft aangewend, en dat geldt zeker als daartoe ook de bouwkosten van het appartement worden gerekend. De curator woont immers zelf in het met geld van de moeder gebouwde appartement.
14. Het standpunt van de curator dat het appartement van zijn moeder is, is onjuist: dat appartement is immers door natrekking eigendom van [naam] geworden. Door de bouw van het appartement op het perceel heeft een vermogensoverheveling van de moeder naar [naam] plaatsgevonden. Dit had niet mogen gebeuren.
Als de zoon dit niet besefte, is dat geen excuus. [naam] was zich er wel van bewust, zo blijkt uit haar bij notaris Naaldijk opgemaakte testament. Naar het oordeel van het gerecht is door de vermogensoverheveling sprake van ongerechtvaardigde verrijking aan de zijde van [naam].
15. Tijdens de voorlaatste mondelinge behandeling zijn verschillende oplossingen besproken en heeft [naam] toegezegd dit recht te trekken, maar zij heeft dat niet gedaan, hoewel haar daarvoor veel tijd is geboden. Het overgelegde nieuwe testament is geen oplossing omdat ook met het daarin opgenomen legaat de vermogensoverheveling van de moeder naar [naam] niet wordt teruggedraaid. Bovendien kan dit testament altijd worden herroepen, zoals ook gebeurd is bij het ten overstaan van notaris Naaldijk opgemaakte testament.
16. Het gerecht constateert dat de zoon niet zelfstandig in staat is tot een behoorlijke uitvoering van zijn taken als curator; daarvoor heeft hij [naam] nodig. Hij is bovendien zelfs met steun van [naam] niet in staat gebleken tot een behoorlijke uitvoering van zijn taken als curator. Het gerecht acht gewichtige redenen aanwezig om de zoon als curator te vervangen en zal hem met toepassing van art. 1:385 lid 1 sub c BW ambtshalve als curator ontslaan. Het gerecht zal een een andere curator benoemen die wel in staat is om uitsluitend het belang van de moeder te behartigen en die bovendien in staat wordt geacht om de conflicterende belangen te onderkennen en daarmee om te gaan.
17. De taak van de nieuwe curator is in de eerste plaats om met [naam] te komen tot het terugdraaien van de vermogensoverheveling van de moeder naar [naam]. Ter zitting zijn, mede na overleg met notaris Chatlein, als alternatieven genoemd een schuldigerkenning met afbetalingsregeling, verzekerd door hypotheek, maar ook de mogelijkheid dat de moeder mede-eigenaar wordt van het perceel van [naam] naar rato van de waarde van de vordering van de moeder op [naam].
18. De taak van de nieuwe curator is voorts te bezien in hoeverre de moeder ook een vordering op de zoon heeft. Gezien de goede verhoudingen tussen de moeder, de zoon en [naam] zullen maatstaven van de redelijkheid en billijkheid meebrengen dat de curator hierbij enige soepelheid betracht, maar de zoon, die zelf de nodige inkomsten kan genereren, en [naam] hadden zich behoren te realiseren, zeker na de duidelijke overweging in de beschikking van 17 oktober 2019, dat zij het geld van de moeder niet naar believen konden besteden. Dat wordt niet anders als de zoon de enige erfgenaam van de moeder zal blijken te zijn, iets wat wel aannemelijk is, maar niet zeker.
18. De zoon zal, analoog aan de verplichting die op grond van art. 3:445 lid 1 BW voor bewindvoerders geldt, rekening en verantwoording dienen af te leggen aan de opvolgend curator. Dit dient te geschieden ten overstaan van het gerecht. Het gerecht zal de zaak daarvoor naar de rol verwijzen.
20. Het gerecht heeft met de curator als loon afgesproken wat ook in de zaak met zaaknummer CUR202200769 is toegekend , maar de curator heeft toegezegd zich bij haar verzoeken om toekenning van loon rekening te houden met de financiële middelen van de moeder.

De beslissing

Het gerecht:
a. ontslaat [de zoon] als curator;
benoemt met ingang van heden mr. Vonnetta Simona La Fleur tot curator van
[moeder] w/v [achternaam];
bepaalt dat [de zoon] rekening en verantwoording aflegt aan de opvolgend curator,
verwijst de zaak naar de rol van donderdag 17 augustus 2023 om 8.30 uur voor overlegging rekening en verantwoording door [de zoon],
draagt de griffier op om aantekening van deze beschikking in het curateleregister te doen;
verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad.
Deze beschikking is gegeven door mr. F.J.F. Gerard, rechter, en op 17 mei 2023 in het openbaar uitgesproken, in aanwezigheid van de griffier.
IW