ECLI:NL:OGEAC:2022:90

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
8 maart 2022
Publicatiedatum
28 april 2022
Zaaknummer
CUR202200208
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Vordering tot doorbetaling van salaris tijdens ziekte en de redelijkheid van de termijn van loondoorbetaling

In deze zaak heeft [eiser], een meewerkend huisarts bij de besloten vennootschap Sentro Mediko, een kort geding aangespannen om volledige doorbetaling van zijn salaris te vorderen tijdens zijn ziekte. [Eiser] is sinds juli 2002 in dienst en raakte in april 2021 arbeidsongeschikt door werkgerelateerde stress- en spanningsklachten. Sentro Mediko heeft het salaris van [eiser] per 1 oktober 2021 gehalveerd, wat [eiser] niet accepteerde. Hij vorderde dat Sentro Mediko hem het verschil in salaris tussen de 50% en 100% zou uitbetalen, evenals de jaarlijkse premie van zijn ziektekostenverzekering.

Tijdens de mondelinge behandeling op 11 februari 2022 hebben beide partijen hun standpunten toegelicht. Sentro Mediko voerde aan dat de halvering van het salaris redelijk was, gezien de omstandigheden en de duur van de arbeidsongeschiktheid. Het gerecht oordeelde dat de door Sentro Mediko gehanteerde termijn van zes maanden voor volledige loondoorbetaling redelijk was, gezien de lange duur van het dienstverband van [eiser] en de omstandigheden van de zaak.

Het gerecht heeft de vorderingen van [eiser] afgewezen en de proceskosten gecompenseerd, zodat iedere partij de eigen kosten draagt. De uitspraak werd gedaan door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock op 8 maart 2022.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202200208
Vonnis in kort geding d.d. 8 maart 2022
inzake
[EISER],
wonend in Curaçao,
eiser,
gemachtigde: mr. J.D.C. Sintiago,
tegen
de besloten vennootschap SENTRO MEDIKO […] B.V.,
gevestigd in Curaçao,
gedaagde,
gemachtigde: mr. W. ten Veen.
Partijen zullen hierna [eiser] en Sentro Mediko worden genoemd.

1.Verloop van de procedure

1.1. [
Eiser] heeft op 27 januari 2022 een verzoekschrift ingediend. Vervolgens heeft op 11 februari 2022 de mondelinge behandeling plaatsgevonden, waarbij namens [eiser] zijn gemachtigde is verschenen. Van de zijde van Sentro Mediko zijn de statutair directeuren […] en […] verschenen, met hun gemachtigde. Partijen hebben het woord gevoerd, mede aan de hand van door hen overgelegde pleitnotities.
1.2.
Na de zitting hebben partijen geprobeerd tot overeenstemming te komen. Per e-mail van 1 maart 2022 is door partijen bericht dat het niet is gelukt om tot een regeling te komen en is vonnis gevraagd.
1.3.
Vonnis is bepaald op vandaag.

2.De feiten

2.1. [
Eiser] is als meewerkend huisarts werkzaam bij Sentro Mediko. Hij werkt daar sinds juli 2002 op basis van een (mondelinge) arbeidsovereenkomst. Het huidige bruto maandinkomen van [eiser] is NAf 18.500.
2.2.
In april 2021 is [eiser] arbeidsongeschikt geraakt. De behandelend psychiater van [eiser] heeft beoordeeld dat sprake is van werkgerelateerde stress- en spanningsklachten.
2.3.
Bij brief van 3 september 2021 heeft Sentro Mediko aan [eiser] bericht dat zijn salaris per 1 oktober 2021 zal worden gehalveerd. Bij brief van 4 oktober 2021 heeft [eiser] aan Sentro Mediko bericht dat hij daar niet mee instemt.

3.Het geschil

3.1. [
Eiser] vordert -na wijziging van eis- bij vonnis, uitvoerbaar bij voorraad,
Sentro Mediko te veroordelen om binnen 24 uur na dit vonnis aan [eiser] over de periode vanaf oktober 2021 tot en met januari 2022 uit te betalen het verschil in salaris tussen de uitbetaalde 50% en de 100% waar [eiser] recht op heeft, te vermeerderen met de vertragingsrente conform artikel 7A:1614q BW, voorts te vermeerderen met de wettelijke rente vanaf de datum van opeisbaarheid tot aan de dag van algehele voldoening;
Sentro Mediko te veroordelen om vanaf de maand februari 2022 aan [eiser] gedurende zijn arbeidsongeschiktheid en zolang de arbeidsovereenkomst voortduurt voor 100% uit te betalen;
Sentro Mediko te veroordelen om zoals gebruikelijk de jaarlijkse premie van de ziektekostenverzekering van [eiser] bij Ennia te betalen en te blijven betalen zolang de arbeidsovereenkomst voortduurt; kosten rechtens.
3.2.
Sentro Mediko voert verweer. Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang voor de beoordeling, nader ingegaan.

4.De beoordeling

4.1.
Sentro Mediko heeft stukken overgelegd waaruit volgt dat de premies voor de ziektenkostenverzekering (inmiddels) zijn voldaan, zodat [eiser] geen belang meer heeft bij een beoordeling van zijn vordering onder 3., en dit deel van de vordering -zoals ter zitting besproken en met instemming van partijen - als ingetrokken wordt beschouwd.
4.2.
Sentro Mediko betwist ten aanzien van de overige vorderingen het spoedeisend belang en benadrukt verder de terughoudendheid die moet worden betracht bij het toewijzen van een geldvordering in kort geding. Sentro Mediko stelt dat [eiser] om die redenen niet-ontvankelijk moet worden verklaard in zijn vorderingen.
4.3.
Het spoedeisend belang is gelegen in de aard van de vordering. Het salaris van [eiser] is gehalveerd. Het is evident dat dit flinke financiële gevolgen heeft voor [eiser] en dat hij een spoedeisend belang heeft bij een beoordeling van de vraag of deze halvering voorshands terecht is. Bij die beoordeling wordt betrokken dat terughoudend dient te worden omgegaan met toewijzing van een geldvordering in kort geding, mede gelet op een eventueel restitutierisico. [Eiser] is dus ontvankelijk in zijn vorderingen en de vorderingen worden inhoudelijk beoordeeld.
4.4. [
Eiser] stelt dat de ‘betrekkelijk korte tijd’ als bedoeld in artikel 7A:1614c van het Burgerlijk Wetboek (BW) in zijn geval nog niet is verstreken zodat Sentro Mediko ten onrechte is overgegaan tot halvering van zijn salaris. Hij voert in dat verband aan dat de klachten die aan zijn arbeidsongeschiktheid ten grondslag liggen werkgerelateerd zijn. Er is sprake geweest van een chronische, stelselmatige en structurele overschrijding van de belastbaarheid van [eiser] die te wijten is aan Sentro Mediko. Dat is een bijzondere omstandigheid die meebrengt dat langer moet worden doorbetaald. Daarnaast heeft Sentro Mediko zich niet gehouden aan het zorgvuldigheidsbeginsel doordat zij niet heeft voldaan aan de hoorplicht bij het nemen van de beslissing tot halvering van het salaris. Ten slotte heeft [eiser] aangevoerd dat Sentro Mediko vanaf oktober 2021 tot en met heden wel het zogenoemde abonnementshonorarium van SVB volledig is blijven ontvangen. Ook dat levert een bijzondere omstandigheid op, aldus [eiser].
4.5.
Sentro Mediko heeft daartegen aangevoerd dat de in de wet bedoelde ‘betrekkelijk korte tijd’ in de praktijk neerkomt op een periode van minimaal zes weken. Sentro Mediko heeft in later afgesloten arbeidsovereenkomsten (met andere medewerkers) een periode van drie maanden opgenomen. In de situatie van [eiser] heeft Sentro Mediko, gelet op de lengte van het dienstverband, de gezinssituatie van [eiser] en het ontbreken van zicht op verbetering in de gezondheidssituatie op korte termijn, coulancehalve gekozen voor een periode van zes maanden. Nadien is de uitbetaling van het salaris niet stopgezet, maar gehalveerd. Sentro Mediko heeft diverse pogingen gedaan om met [eiser] in gesprek te komen, ook over zijn salaris, maar dat is niet (goed) gelukt omdat [eiser] niet of (via zijn echtgenote) boos reageerde op pogingen tot contact. Sentro Mediko heeft verder naar voren gebracht dat zij inderdaad het abonnementshonorarium van SVB ontvangt, maar dat zij van dit geld enerzijds [eiser] (deels) betaalt en anderzijds een vervangende huisarts. Vanwege de duur van de arbeidsongeschiktheid was het niet langer haalbaar om de diensten van [eiser] te laten opvangen door de andere huisartsen van Sentro Mediko, aldus Sentro Mediko.
4.6.
In dit kort geding staat de vraag centraal of van Sentro Mediko als werkgever verwacht kan worden dat zij het salaris van [eiser] langer dan zes maanden voor 100% uitbetaalt. Partijen hebben geen schriftelijke afspraken gemaakt over de invulling van de in de wet genoemde ‘betrekkelijk korte tijd’. De duur van deze periode hangt gelet daarop af van de concrete omstandigheden van het geval, waaronder de duur van het dienstverband, de leeftijd van de werknemer en de uitzichtloosheid van de arbeidsongeschiktheid van de werknemer.
4.7.
In de situatie van [eiser] is sprake van een dienstverband van bijna twintig jaar. [Eiser] is 59 jaar en ter zitting is door de gemachtigde naar voren gebracht dat er nog geen uitzicht is op herstel van zijn gezondheidssituatie. Sentro Mediko heeft het salaris van [eiser] gedurende zes maanden geheel doorbetaald. Dat is, gelet op de bestaande jurisprudentie, een relatief lange periode. Doorgaans vindt de doorbetaling plaats gedurende een periode van ongeveer twee weken tot twee maanden. [Eiser] is bovendien niet SVB verzekerd, zodat het uitbetalen van het salaris geheel voor rekening van de werkgever komt. De arbeidsongeschiktheid van [eiser] lijkt werkgerelateerd, maar in het kader van dit kort geding is niet voldoende aannemelijk is geworden dat de arbeidsongeschiktheid is te wijten aan de werkgever. Uit hetgeen ter zitting naar voren is gebracht volgt dat er door Sentro Mediko verschillende pogingen zijn gedaan om met [eiser] in contact te komen en te blijven, ook voor wat betreft de halvering van het salaris. Dat het aan Sentro Mediko is te wijten dat dit contact niet goed verloopt is niet gebleken, zodat evenmin kan worden geoordeeld dat Sentro Mediko in dat opzicht niet aan haar zorgvuldigheidsplicht heeft voldaan. Ten slotte heeft Sentro Mediko voldoende onderbouwd en aannemelijk gemaakt dat zij het abonnementshonorarium dat Sentro Mediko van SVB ontvangt voor op naam van [eiser] staande patiënten, nodig heeft en gebruikt om de afwezigheid van [eiser] op te vangen.
4.8.
Gezien de hiervoor genoemde omstandigheden is het gerecht van oordeel dat de door Sentro Mediko gehanteerde termijn van zes maanden volledige loondoorbetaling in dit geval redelijk is. Het stond Sentro Mediko daarom vrij om de loondoorbetaling daarna te stoppen of, zoals Sentro Mediko heeft gedaan, te verlagen. Dat Sentro Mediko dit niet (meer) gefaseerd heeft gedaan dan van 100% naar 50% te gaan kan haar, gelet op hetgeen hiervoor is geoordeeld, niet worden verweten. Dat betekent dat de vorderingen van [eiser] worden afgewezen.
4.9. [
Eiser] wordt in het ongelijk gesteld. Gelet op de aard van de zaak, het verhandelde ter zitting en de onderlinge verhouding tussen partijen ziet het gerecht desondanks aanleiding om de proceskosten te compenseren in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt.

5.De beslissing

Het Gerecht:
rechtdoende in kort geding:
5.1.
wijst de vorderingen af;
5.2.
compenseert de proceskosten in die zin, dat iedere partij de eigen kosten draagt.
Dit vonnis is gewezen door mr. C.E.M. Nootenboom-Lock, rechter, en op 8 maart 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.