Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
1.[EISERES SUB 1],
verhuurders’,
1.[GEDAAGDE SUB 1];
huurders’.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak, die op 13 april 2022 door het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao is behandeld, hebben de verhuurders een kort geding aangespannen tegen hun huurders wegens huurachterstand en ontruiming van de woning. De huurders, die de woning sinds 19 juli 2021 huren voor een maandelijkse huurprijs van NAf 3.500, hebben een achterstand van NAf 14.000 opgebouwd. Tijdens de zitting is gebleken dat de huurders de huurovereenkomst zelf hebben opgezegd en op zoek zijn naar een andere woning. De huurster heeft echter ook klachten geuit over gebreken in de woning, waaronder wateroverlast door hevige regenval en schade aan de tegelvloer. De verhuurders hebben deze klachten betwist en gesteld dat zij adequaat hebben gereageerd op de problemen.
De rechter heeft vastgesteld dat de huurders in gebreke zijn gebleven met hun betalingsverplichtingen, maar dat er wel sprake was van verminderd huurgenot door de gebreken. De rechter heeft geoordeeld dat de non-betaling door de huurders een toerekenbare tekortkoming oplevert, wat de ontbinding van de huurovereenkomst rechtvaardigt. De gevorderde ontruiming is toegewezen, met een termijn tot 1 mei 2022. De rechter heeft ook een vermindering van het gevorderde bedrag van NAf 14.000 met NAf 2.500 toegewezen, ter compensatie voor het verminderde huurgenot. De huurders zijn veroordeeld tot betaling van de achterstallige huur en proceskosten, met wettelijke rente.