ECLI:NL:OGEAC:2022:365

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
17 augustus 2022
Publicatiedatum
11 mei 2023
Zaaknummer
500.00262/21
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Strafrecht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Woningoverval met geweld door meerdere daders in Curaçao

In deze strafzaak heeft het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao op 17 augustus 2022 uitspraak gedaan in de zaak tegen de verdachte, die beschuldigd werd van meerdere woningovervallen. De zaak betreft een woningoverval op 26 augustus 2021 en een andere op 27 augustus 2021, waarbij de verdachte samen met anderen onder bedreiging van geweld goederen heeft weggenomen van de slachtoffers, twee oudere dames. Tijdens de terechtzittingen op 25 maart, 29 juni en 27 juli 2022 heeft het Gerecht de vordering van de officier van justitie en de verdediging van de verdachte gehoord. De tenlastelegging omvatte onder andere diefstal met geweld en bedreiging, waarbij de verdachte en zijn mededaders de woningen binnendrongen met bedekte gezichten en de slachtoffers onder druk zetten om geld en sieraden af te geven. Het Gerecht heeft vastgesteld dat er onvoldoende bewijs was voor de betrokkenheid van de verdachte bij de eerste woningoverval, waardoor hij daarvan werd vrijgesproken. Echter, voor de tweede woningoverval op 27 augustus 2021 oordeelde het Gerecht dat de verdachte wel degelijk betrokken was, mede op basis van getuigenverklaringen en andere bewijsmiddelen. De verdachte werd veroordeeld tot een gevangenisstraf van drie jaar, waarbij het Gerecht rekening hield met de ernst van de feiten en de impact op de slachtoffers. Daarnaast werd een schadevergoeding toegewezen aan de benadeelde partijen.

Uitspraak

Parketnummer: 500.00262/21

Uitspraak: 17 augustus 2022
Tegenspraak

Vonnis van dit Gerecht

in de strafzaak tegen de verdachte:

[verdachte],

geboren op [datum] in [land],
thans gedetineerd.
Onderzoek van de zaak
Dit vonnis is gewezen naar aanleiding van het onderzoek op de terechtzittingen van 25 maart 2022, 29 juni 2022 en 27 juli 2022.
Het Gerecht heeft kennisgenomen van de vordering van de officier van justitie en van hetgeen door de verdachte en zijn raadsvrouw naar voren is gebracht.
Tenlastelegging
Aan de verdachte is – na wijziging van de tenlastelegging ter terechtzitting – ten laste gelegd dat:
Feit 1 primair
hij op 26 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een (rood) gekleurde mobiele telefoon (van het merk Samsung) en/of,
 een (bruin) gekleurde portemonnee inhoudende een geldbedrag en/of los geld en/of,
 een (donker) blauwe laptop tas inhoudende een (grijs) gekleurde laptop (van het merk HP) en/of,
 een gekleurde portemonnee inhoudende een identiteitsbewijs en/of een bankpas van de MCB t.n.v. [S.R.]
in elk geval (enig) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [G.R.] en/of aan [E.R.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [G.R.] en/of tegen [E.R.], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit,
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [G.R.] en/of die [E.R.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of dreigende toon tegen die [G.R.] en/of die [E.R.] te schreeuwen althans te zeggen "Atrako duna mi tur joyas y sen" ("beroving, geef mij al uw juwelen en geld") en/of, "Mi lo tirabu" ("ik schiet je neer") en/of,
 met kracht een wifi apparaat in de richting en/of op het lichaam van die [E.R.] te gooien
en/of
hij op of omstreeks 26 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) wederrechtelijk te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld [G.R.] en/of tegen [E.R.], heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van,
 een (rood) gekleurde mobiele telefoon (van het merk Samsung) en/of,
 een (bruin) gekleurde portemonnee inhoudende een geldbedrag en/of los geld en/of,
 een (donker) blauwe laptop tas inhoudende een (grijs) gekleurde laptop (van het merk HP) en/of,
 een gekleurde portemonnee inhoudende een identiteitsbewijs en/of een bankpas van de MCB t.n.v. [S.R.]
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [G.R.] en/of aan [E.R.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het opzettelijk,
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [G.R.] en/of die [E.R.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of dreigende toon tegen die [G.R.] en/of die [E.R.] te schreeuwen en/of te zeggen "Atrako duna mi tur joyas y sen" ("beroving, geef mij al uw juwelen en geld") en/of, "Mi lo tirabu" ("1k schiet je neer") en/of,
 met kracht een wifi apparaat in de richting van en/of op het lichaam van die [E.R.];
Feit 1 subsidiair
dat [medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] op 26 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een (rood) gekleurde mobiele telefoon (van het merk Samsung) en/of,
 een (bruin) gekleurde portemonnee inhoudende een geldbedrag en/of los geld en/of,
 een (donker) blauwe laptop tas inhoudende een (grijs) gekleurde laptop (van het merk HP) en/of,
 een gekleurde portemonnee inhoudende een identiteitsbewijs en/of een bankpas van de MCB t.n.v. [S.R.]
in elk geval (enig) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [G.R.] en/of aan [E.R.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld en/of bedreiging met geweld tegen [G.R.] en/of tegen [E.R.], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en/of welke bedreiging met geweld bestond(en) uit:
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [G.R.] en/of die[E.R.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of dreigende toon tegen die [G.R.] en/of die [E.R.] te schreeuwen en/of te zeggen "Atrako duna mi tur joyas y sen" ("beroving, geef mij al uw juwelen en geld") en/of, "Mi to tirabu" ("1k schiet je neer") en/of,
 met kracht een wifi apparaat in de richting van en/of op het lichaam van die [E.R.] te gooien;
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf hij verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen althans alleen, op of omstreeks 26 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 te Curaçao, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door,
 het plan en/of informatie over een beroving bij de (een) woning gelegen aan de [#335] te verstrekken en/of te bespreken samen met ([medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of,
 de woning aan de [#335] te verkennen en/of,
 aan die [medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 4] en/of die [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] de woning aan de [#335] aan te wijzen en/of,
 zijn personenauto ([kenteken]) beschikbaar te stellen en/of na het plegen van de beroving zijn woning (wederom) beschikbaar te stellen.
Feit 2 primair
hij op 27 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een (zwart) kleurige televisietoestel (van het merk Samsung Plasma) en/of,
 een (zwart) kleurige mobiele telefoon (van het merk Samsung A30) en/of een (rood) kleurige hoesje,
 (drie) flessen bier (van het merk Zulia) en,
 een aantal sieraden en/of,
 een kussensloop en/of,
 een aantal blikken frisdrank en/of,
 ongeveer NAf 75,-, althans een geldbedrag
in elk geval (enig) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [M.L.] en/of aan [E.L.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s),
welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld, en/of bedreiging met geweld tegen [M.L.] en tegen [E.L.], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld bestond(en) uit,
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [M.L.] en [E.L.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om geld en/of sieraden aan hem af te geven en/of,
 die [M.L.] en/of die [E.L.] met een houten balk, althans met een hard voorwerp te bedreigen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om de voordeur voor hem open te maken;
en/of
hij op 27 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk om zich en/of (een) ander(en) van wederrechtelijke te bevoordelen door geweld en/of bedreiging met geweld tegen [M.L.] en/of tegen [E.L.], heeft/hebben gedwongen tot de afgifte van,
 een (zwart) kleurige televisietoestel (van het merk Samsung Plasma) en/of,
 een (zwart) kleurige mobiele telefoon (van het merk Samsung A30) en/of een (rood) kleurige hoesje,
 (drie) flessen bier (van het merk Zulia) en,
 een aantal sieraden en/of,
 een kussensloop en/of,
 een aantal blikken frisdrank en/of,
 ongeveer NAf 75,-, althans een geldbedrag
in elk geval enig goed, geheel of ten dele toebehorende aan [M.L.] en/of die [E.L.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan verdachte en/of zijn mededader(s),
bestaande dat geweld en/of die bedreiging met geweld uit het opzettelijk,
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [M.L.] en [E.L.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om geld en/of sieraden aan hem af te geven en/of,
 die [M.L.] en/of die [E.L.] met een houten balk, althans met een hard voorwerp te bedreigen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om de voordeur voor hem open te maken;
Feit 2 subsidiair
dat ([medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] op 27 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met een ander of anderen, althans alleen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
 een (zwart) kleurige televisietoestel (van het merk Samsung Plasma) en/of,
 een (zwart) kleurige mobiele telefoon (van het merk Samsung A30) en/of een (rood) kleurige hoesje,
 (drie) flessen bier (van het merk Zulia) en,
 een aantal sieraden en/of,
 een kussensloop en/of,
 een aantal blikken frisdrank en/of,
 ongeveer NAf 75,-, althans een geldbedrag
in elk geval (enig) goed(eren), geheel of ten dele toebehorende aan [M.L.] en/of aan [E.L.], in elk geval aan een ander of anderen dan aan hem, verdachte en/of zijn mededader(s), welke diefstal werd voorafgegaan en/of vergezeld en/of gevolgd van geweld, en/of bedreiging met geweld tegen [M.L.] en tegen [E.L.], gepleegd met het oogmerk om die diefstal voor te bereiden en/of gemakkelijk te maken, en/of om bij betrapping op heterdaad aan zichzelf en/of aan zijn mededader(s), hetzij de vlucht mogelijk te maken, hetzij het bezit van het gestolene te verzekeren,
welk geweld en welke bedreiging met geweld bestond(en) uit,
 het (dreigend) met gemaskerd(e) en/of bedekt(e) gezicht(en) de woning van die [M.L.] en [E.L.] binnendringen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om geld en/of sieraden aan hem af te geven en/of,
 die [M.L.] en/of die [E.L.] met een houten balk, althans met een hard voorwerp te bedreigen en/of,
 op agressieve en/of bedreigende toon die [M.L.] en/of die [E.L.] aanmanen om de voordeur voor hem open te maken;
bij en/of tot het plegen van welk misdrijf hij verdachte tezamen en in vereniging met een ander of anderen althans alleen, op of omstreeks 27 augustus 2021, althans in of omstreeks de maand augustus 2021 te Curaçao, opzettelijk behulpzaam is geweest en/of opzettelijk gelegenheid, middelen en/of inlichtingen heeft verschaft door,
 het plan en/of informatie over een beroving bij de (een) woning gelegen aan de [Kaya T] te verstrekken en/of te bespreken samen met ([medeverdachte 1] en/of [medeverdachte 4] en/of [medeverdachte 2] en/of [medeverdachte 3] en/of,
 de woning aan de [Kaya T] te verkennen en/of,
 aan die ([medeverdachte 1] en/of die [medeverdachte 4] en/of die [medeverdachte 2] en/of die [medeverdachte 3] de woning gelegen aan de [Kaya T] aan te wijzen en/of,
 zijn personenauto ([kenteken]) beschikbaar te stellen en/of na het plegen van de beroving zijn woning (wederom) beschikbaar te stellen en/of na tergkomst va de beroving de buitgemaakte drank te nuttigen.
Voor zover in de tenlastelegging taal- en/of schrijffouten voorkomen, leest het Gerecht deze verbeterd. De verdachte wordt daardoor niet in de verdediging geschaad.
Vrijspraak
Met de raadsvrouw is het Gerecht van oordeel dat de verdachte moet worden vrijgesproken van de onder 1 primair en subsidiair ten laste gelegde beroving op 26 augustus 2021 op het adres [#335]. De verdachte ontkent betrokken te zijn bij deze beroving. Het Gerecht is van oordeel dat aan het dossier weliswaar aanwijzingen kunnen worden ontleend voor de betrokkenheid van de verdachte, maar dat deze aanwijzingen geen ondubbelzinnig bewijs opleveren voor zijn betrokkenheid bij deze beroving. Rechtstreeks bewijs dat de verdachte deze beroving daadwerkelijk heeft (mede)gepleegd of daarbij behulpzaam is geweest ontbreekt. Het Gerecht zal de verdachte daarom vrijspreken van dit feit.
Overwegingen ten aanzien van het bewijs ten aanzien van feit 2
De raadsvrouw heeft, kort gezegd, bepleit dat de verklaringen van [N.P.] tegenstrijdig zijn en onbetrouwbaar, zodat die verklaringen niet voor het bewijs kunnen worden gebezigd. Bovendien staan die verklaringen op zich zelf. Gelet op het adagium
unus testis, nullus testismoet de verdachte dan ook worden vrijgesproken wegens het ontbreken van voldoende wettig en overtuigend bewijs.
Het Gerecht overweegt hieromtrent als volgt.
[N.P.] heeft meerdere verklaringen afgelegd bij de politie. Zij heeft daarin uitgebreid en zonder voorbehoud gesproken over diverse berovingen. Zij heeft daarbij niet alleen belastend verklaard over de verdachte, maar ook over onder meer haar vriend ([medeverdachte 1]), haar stiefvader ([medeverdachte 5]) en haar broer ([medeverdachte 2]). Laatstgenoemde heeft betrokkenheid bekend bij een aantal van de door zijn zus genoemde berovingen. Ten slotte heeft [N.P.] in haar verklaringen ook zichzelf belast.
Met betrekking tot de hier aan de orde zijnde beroving op de [Kaya T] komt daar nog bij dat de verklaring van [N.P.] zeer gedetailleerd is, in ieder geval waar het de buit betreft. Volgens [N.P.] die toen in de woning van [verdachte] verbleef, hadden de jongens een televisie en een telefoon bij zich en een lichtkleurig kussensloop met drank, in het bijzonder bier van het merk Zulia en limonade. Dit sluit naadloos aan bij de goederen die volgens de aangiftes uit de woning op het adres [Kaya T] zijn weggenomen. Daar komt nog bij dat de verdachte bij zijn voorgeleiding op 10 december 2021 betrokkenheid bij deze beroving heeft bekend.
Gelet hierop acht het Gerecht haar verklaringen betrouwbaar en zal het gerecht deze bezigen voor het bewijs.
Het Gerecht merkt nog op dat het de verklaring van [N.P.] bij de rechter-commissaris, waarin zij stelt dat de politie al haar eerdere verklaringen onjuist heeft weergegeven, als volstrekt ongeloofwaardig terzijde schuift. Het Gerecht betrekt bij zijn oordeel dat zij haar verklaringen veelal in het bijzijn van haar raadsvrouw heeft afgelegd, dat zij haar verklaringen toen telkens heeft ondertekend en dat haar verklaringen ook overigens, zoals hiervoor overwogen, steun vinden in ander objectief bewijsmateriaal.
Het Gerecht overweegt met betrekking tot feit 2 overigens dat hetgeen de raadsvrouw naar voren heeft gebracht, zijn weerlegging in de bewijsmiddelen vindt.
Bewezenverklaring
Feit 2 primair
hij op 27 augustus 2021 in Curaçao, tezamen en in vereniging met anderen, met het oogmerk van wederrechtelijke toe-eigening heeft weggenomen,
  • een zwartkleurig televisietoestel van het merk Samsung Plasma en,
  • een zwartkleurige mobiele telefoon van het merk Samsung A30 en een (rood) kleurige hoesje,
  • drie flessen bier van het merk Zulia en,
  • een aantal sieraden en,
  • een kussensloop en,
  • een aantal blikken frisdrank en,
  • ongeveer NAf 75,-
toebehorende aan [M.L.] en aan [E.L.] welke diefstal werd vergezeld van bedreiging met geweld tegen [M.L.] en tegen [E.L.], gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken,
welke bedreiging met geweld bestond uit,
  • het met bedekte gezichten de woning van die [M.L.] en [E.L.] binnendringen en,
  • die [M.L.] en die [E.L.] aanmanen om geld en sieraden te geven en,
  • die [M.L.] en die [E.L.] met een houten balk, te bedreigen en,
  • die [M.L.] en die [E.L.] aanmanen om de voordeur voor hem open te maken.
Hetgeen de verdachte meer of anders is ten laste gelegd dan hierboven is bewezen verklaard, is niet bewezen. De verdachte moet hiervan worden vrijgesproken.
Het Gerecht grondt zijn overtuiging dat de verdachte het bewezen verklaarde heeft begaan op de feiten en omstandigheden die in de bewijsmiddelen zijn vervat.
Bewijsmiddelen
1. Een proces-verbaal van aangifte van 28 augustus 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar N. Isenia (eindproces-verbaal procesdossier Grands van 1 maart 2022, pagina 378 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 27 augustus 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
[M.L.]:
Ik, [M.L.] geboren op [1946], woon samen met mijn zus [E.L]. Op 27 augustus 2021 omstreeks 04:42 uur werd ik wakker. Ik liep naar mijn slaapkamerdeur. Ik hoorde een geluid of er aan het raam gerammeld werd. Ik deed het gordijn opzij en werd verrast door vier personen. Zij hadden hun gezichten bedekt. Ik merkte dat een van de daders een houten balk in zijn handen had. De daders maanden mij om rustig te blijven. Zij maanden mij, onder bedreiging van de houten balk, om geld en sieraden te geven. Ik zei dat wij geen geld en sieraden in de woning hebben. Onder bedreiging moest ik op het bed gaan zitten. De daders hebben mijn hele slaapkamer doorzocht en alles door elkaar gegooid. Ik zag hoe een van de daders de televisie van het merk Samsung pakte. Verder hebben ze enkele niet gouden sieraden gepakt. Hierna zijn ze naar de koelkast gegaan en hebben 3 flessen bier gepakt. Op aanmaning van de daders heb ik de voordeur opengemaakt. Daarna zijn de daders gevlucht.
Wegenomen goederen:
  • televisie Samsung Plasma
  • mobiele telefoon Samsung A30 in een rood hoesje
  • 3 flessen bier merk Zulia
  • verschillende niet gouden sierden.
2. Een proces-verbaal van aanvullende aangifte van 14 september 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar N. Isenia (eindproces-verbaal procesdossier Grands van 1 maart 2022, pagina 383 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 14 september 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
[M.L.]:
Na het opruimen van de woning hebben we gemerkt dat er nog meer goederen wegwaren. De daders hebben een kussensloop met bloemenprint weggenomen. Vanuit mijn koelkast hebben ze 3 flesbier van het merk Zulia meegenomen en een blik Coco Rici, een blik Royal Club, een blik Tonic water, een blik Soda water, een blik Coca Cola en een blik Sprite. De daders hebben die goederen in de sloop gedaan en meegenomen.
3. Een proces-verbaal van aangifte van 29 augustus 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar N. Isenia (eindproces-verbaal procesdossier Grands van 1 maart 2022, pagina 387 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 27 augustus 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van [
E.L.]
:
Ik, [E.L.], geboren op [1936], lag op 27 augustus 2021 omstreeks 04:42 uur te slapen. Op een gegeven moment hoorde ik mijn zus [M.L.] schreeuwen. Ik stond op en opende mijn kamerdeur. Ik werd verrast door vier mij onbekende jongens. Die jongens hadden hun gezicht bedekt. Ik schrok hevig bij het zien van die jongens. De daders eisten gelijk dat ik geld en sieraden gaf. Ik zei dat er geen gouden sieraden in de woning zijn. Wij zijn twee oude vrouwen en wij hebben geen geld. De daders hebben mijn slaapkamer doorzocht. Vanuit mijn damestas hebben zij mijn portemonnee genomen. Hieruit hebben zij ongeveer NAf 75,- weggenomen. De daders hadden een houten balk. Ik wist niet wat zij hiermee van plan waren. Ik voelde me hierdoor ernstig bedreigd.
Weggenomen goed:
  • een geldbedrag van ongeveer NAf 75,-
  • een onbekende hoeveelheid niet gouden sieraden.
4. Een proces-verbaal van verhoor van 11 september 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaren E.G. Apolina en L.N.M. Privania (aanvullend proces-verbaal van 4 oktober 2021, deelonderzoek Hoen, pagina 50 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 10 september 2021 tegenover verbalisanten afgelegde verklaring van
[N.P.]:
V: Is dit de enige keer dat men rond dat tijdstip vertrok om een beroving te gaan plegen?
A: Bij mijn woning wel. De andere keren zijn ze van de woning van [verdachte] in Rooi Santoe vertrokken.
V: Ben je op de hoogte van berovingen die ze hebben gepleegd?
A: Ja. Ik weet dat ze een keer een beroving gingen plegen en ze hebben limonade en bier meegenomen.
A: Dat was in de maand augustus 2021 als ik mij niet vergis.
V: Wie waren er allemaal bij deze beroving betrokken?
A: [medeverdachte 4], mijn broer [medeverdachte 2], mijn vriend ([medeverdachte 1] en [verdachte].
V: Hoe weet je van deze beroving?
A: Dat heeft [verdachte] mij verteld.
5. Een proces-verbaal van verhoor van 13 september 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar H. Merce (eindproces-verbaal procesdossier Grands van 1 maart 2022, pagina 390 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 13 september 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van [
N.P.]:
Opmerking van verbalisant: Je verklaarde dat ([medeverdachte 1], [verdachte], [medeverdachte 2] en [medeverdachte 4] betrokken waren bij de bedoelde beroving.
A: Ja dat klopt. [verdachte] is niet zelf bij de beroving geweest, maar hij was degene die het plan heeft beraamd en de woning heeft gezocht waar de beroving moest worden gepleegd.
V: Hoe weet je van deze beroving?
A: Na de beroving zijn ze bij de woning van [verdachte] geweest. Op die dag verbleef ik bij de woning van [verdachte]. [verdachte] is woonachtig in Rooi Santoe.
V: Je verklaarde dat ze een televisie en een mobiele telefoon hadden meegenomen.
A: [medeverdachte 3] is met de televisie gekomen.
V: Wat hebben ze nog meer meegenomen?
A: Ze kwamen met flessen bier van het merk Zulia en blikken limonade van het met Royal Club. Ze hadden deze dranken in een lichtkleurige kussensloop meegenomen.
6. Een proces-verbaal van verhoor van 22 oktober 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar M. Parris (eindproces-verbaal persoonsdossier van 1 maart 2022, pagina 19 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 22 oktober 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
de verdachte:
Ik woon in Rooi Santoe naast [nummer] of [nummer].
Ik word [bijnaam] genoemd.
7. Een proces-verbaal van verhoor van 22 oktober 2021, in de wettelijke vorm opgemaakt door de bevoegde opsporingsambtenaar M. Parris (eindproces-verbaal persoonsdossier van 1 maart 2022, pagina 23 e.v.). Dit proces-verbaal houdt in, voor zover van belang en zakelijk weergegeven, als de op 22 oktober 2021 tegenover verbalisant afgelegde verklaring van
de verdachte:
V: Hoe goed ben je bevriend met [N.P.]?
A: Zij was uit haar woning geschopt en ik had haar de mogelijkheid gegevens om ergens te verblijven. Ze verbleef thuis bij mij.
Verweren ten aanzien van de strafbaarheid
De verdachte is strafbaar, omdat ook overigens geen omstandigheid aannemelijk is geworden die de strafbaarheid ten aanzien van het bewezenverklaarde uitsluit.
Strafbaarheid en kwalificatie van het bewezen verklaarde
Er zijn geen feiten of omstandigheden aannemelijk geworden die de strafbaarheid van het bewezen verklaarde uitsluiten.
Het bewezenverklaarde wordt als volgt gekwalificeerd:
Ten aanzien van feit 2 primair
medeplegen van diefstal, vergezeld van bedreiging met geweld tegen personen, gepleegd met het oogmerk om die diefstal gemakkelijk te maken, terwijl het feit werd gepleegd door twee of meer verenigde personen.
Strafbaarheid van de verdachte
Er is geen omstandigheid aannemelijk geworden die de strafbaarheid van de verdachte ten aanzien van het bewezenverklaarde uitsluit, zodat de verdachte strafbaar is.
Oplegging van straf en/of maatregel
De officier van justitie heeft gevorderd dat de verdachte voor het onder 1 primair en 2 primair ten laste gelegde zal worden veroordeeld tot gevangenisstraf voor de duur van acht jaren met aftrek van de tijd die hij voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis heeft doorgebracht.
De raadsvrouw heeft een strafmaatverweer gevoerd. In het bijzonder heeft zij bepleit om, rekening houdend met verdachtes persoonlijke omstandigheden, aan hem een gevangenisstraf op te leggen gelijk aan de tijd die hij reeds in voorarrest heeft doorgebracht.
Het Gerecht overweegt als volgt.
Bij de bepaling van de op te leggen straf wordt gelet op de aard en de ernst van hetgeen bewezen is verklaard, op de omstandigheden waaronder het bewezen verklaarde is begaan, op de mate waarin de gedraging aan de verdachte is te verwijten en op de persoon van de verdachte, zoals een en ander bij het onderzoek ter terechtzitting naar voren is gekomen. Daarbij wordt rekening gehouden met de ernst van het bewezen verklaarde in verhouding tot andere strafbare feiten, zoals die onder meer tot uitdrukking komt in het hierop gestelde wettelijke strafmaximum en in de straffen die voor soortgelijke feiten worden opgelegd.
In dat verband kan aansluiting worden gezocht bij de oriëntatiepunten straftoemeting, waarin het gebruikelijke rechterlijke straftoemetingsbeleid van het Hof en de Gerechten in eerste aanleg voor bepaalde strafbare feiten zijn neerslag heeft gevonden. Daarin wordt voor een “atrako” waarbij er sprake is geweest van dreigen met geweld als indicatie een onvoorwaardelijke gevangenisstraf voor de duur van drie jaren gegeven. Als strafverhogende omstandigheden gelden dat het feit is gepleegd in een woning, dat het feit in vereniging is gepleegd en dat de slachtoffers minder weerbare bejaarde dames waren. Van strafverlagende omstandigheden is het Gerecht niet gebleken.
De verdachte heeft zich op 27 augustus 2021 samen met anderen schuldig gemaakt aan een woningoverval. De verdachte en zijn drie mededaders zijn omstreeks 04:45 uur de woning binnengegaan. Zij hebben de woning doorzocht en van de bewoonsters, twee oudere dames, onder bedreiging van een stuk hout geld en sieraden geëist. Woningovervallen veroorzaken gevoelens van onveiligheid en onbehagen bij de bewoners, terwijl juist de eigen woning bij uitstek de plek is waar men zich veilig moet kunnen voelen. De verdachte en zijn mededaders hebben zich hierbij kennelijk slechts laten leiden door eigen financieel gewin, zonder zich te bekommeren om de gevolgen daarvan voor de slachtoffers. Het is algemeen bekend dat roofovervallen voor de slachtoffers traumatische gebeurtenissen zijn. Daarnaast dragen dergelijke delicten ook in bredere zin bij aan gevoelens van onveiligheid in de samenleving, bijvoorbeeld bij buurtbewoners. Voor dit alles hebben de verdachte en zijn mededaders kennelijk telkens de ogen gesloten. Het Gerecht rekent dit de verdachte zwaar aan.
De verdachte is, zo blijkt uit zijn strafkaart, niet eerder onherroepelijk veroordeeld voor een soortgelijk misdrijf.
Het Gerecht komt alles afwegende tot de oplegging van na te melden onvoorwaardelijke gevangenisstraf. Deze straf is korter dan door de officier van justitie gevorderd, omdat het Gerecht tot een andere bewezenverklaring komt dan waarop de officier van justitie haar eis heeft gebaseerd. Naar het oordeel van het Gerecht kan echter niet worden volstaan met een vrijheidsbenemende straf van een kortere duur dan drie jaren, zoals door de raadsvrouw bepleit. De ernst van het feit noopt hier bepaaldelijk toe. Ondanks het feit dat er in de onderhavige zaak een aantal sterke argumenten zijn om een hogere straf op te leggen dan het genoemde uitgangspunt aangeeft, ziet het Gerecht in de aangevoerde persoonlijke omstandigheden aanleiding dit toch niet te doen.
Schadevergoeding
De benadeelde partij [
E.R.]heeft zich in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van NAf 2.893,62.
De verdediging heeft de vordering betwist, in die zin dat vrijspraak is bepleit.
Nu het Gerecht de verdachte zal vrijspreken van het onder 1 ten laste gelegde handelen waardoor de gestelde schade zou zijn veroorzaakt, kan de benadeelde partij niet in haar vordering worden ontvangen.
De benadeelde partijen
[M.L. en E.L.]hebben zich gezamenlijk in het strafproces gevoegd met een vordering tot schadevergoeding van NAf 2.884,36 bestaande uit:
  • een bedrag van NAf 884,36 aan materiële schade;
  • een bedrag van NAf 2.000,00 aan immateriële schade.
Het Gerecht is uit het onderzoek ter terechtzitting voldoende gebleken dat de benadeelde partijen als gevolg van het onder 2 primair bewezenverklaarde handelen van de verdachte rechtstreeks schade hebben geleden. De verdachte is tot vergoeding van die schade gehouden, zodat de vordering zal worden toegewezen. Opgemerkt wordt dat voor wat betreft de psychische schade in het bijzonder is gelet op de ingrijpende inbreuk die is gemaakt op de persoonlijke levenssfeer van de benadeelde partijen, het psychisch letsel dat zij daarbij hebben opgelopen en op de schadevergoeding die in vergelijkbare gevallen door rechters wordt toegekend.
Het Gerecht ziet aanleiding daarbij een schadevergoedingsmaatregel als bedoeld in artikel 1:78 van het Wetboek van Strafrecht aan de verdachte op te leggen.
Voor het geval volledige betaling of volledig verhaal van het verschuldigde bedrag niet volgt, zal vervangende hechtenis van na te melden duur worden opgelegd.
Toepasselijke wettelijke voorschriften
De op te leggen straf is gegrond op de artikelen 1:78, 1:123, 1:136 en 2:291 van het Wetboek van Strafrecht.

BESLISSING

Het Gerecht:
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte onder 1 primair en subsidiair ten laste is gelegd en spreekt hem daarvan vrij;
verklaart wettig en overtuigend bewezen dat de verdachte onder 2 primair ten laste gelegde feit heeft begaan;
verklaart niet bewezen hetgeen aan de verdachte meer of anders ten laste is gelegd dan hierboven bewezen is verklaard en spreekt hem daarvan vrij;
kwalificeert het bewezen verklaarde als hiervoor omschreven;
verklaart het bewezen verklaarde strafbaar en de verdachte daarvoor strafbaar;
veroordeelt de verdachte tot een
gevangenisstraf voor de duur van 3 (drie) jaren.
beveelt dat de tijd die door de verdachte voor de tenuitvoerlegging van deze uitspraak in verzekering en in voorlopige hechtenis is doorgebracht, bij de tenuitvoerlegging van de opgelegde gevangenisstraf in mindering wordt gebracht;
verklaart de benadeelde partij
[E.R.]niet-ontvankelijk in de vordering en bepaalt dat deze de vordering slechts bij de burgerlijke rechter kan aanbrengen;
wijst de vordering tot vergoeding van de door de benadeelde partijen
[M.L. en E.L.]geleden schade toe tot een bedrag van
NAf2.884,36
(zegge: tweeduizend achthonderd achtentachtig gulden en zesendertig cent),vermeerderd met de wettelijke rente over dit bedrag vanaf 27 augustus 2021 tot aan de dag van de voldoening, en veroordeelt de verdachte, die hoofdelijk voor het gehele bedrag aansprakelijk is, om dit bedrag tegen een behoorlijk bewijs van kwijting te betalen aan de benadeelde partijen;
bepaalt dat indien en voor zover (een van) de mededader(s) van de verdachte voormeld bedrag heeft betaald aan de benadeelde partijen of het Land, de verdachte in zoverre is bevrijd van voormelde verplichting tot betaling aan de benadeelde partijen of aan het Land.
Dit vonnis is gewezen door de rechter mr. R.M. van Vuure, in tegenwoordigheid van de griffier mr. J. Mulder en uitgesproken ter openbare terechtzitting van het Gerecht in Curaçao op 17 augustus 2022.
De griffier is buiten staat dit vonnis mede te ondertekenen.