Uitspraak
GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO
verzoekster,
gemachtigde: mr. W. ten Veen,
verweerster,
gemachtigde: mrs. S. Terpstra en K.A. Doekhi.
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
In deze zaak heeft Ennia Caribe Holding N.V. een verzoek ingediend tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst met [verweerster] op grond van gewichtige redenen, naar aanleiding van het overlijden van een collega. De verzoekster stelt dat [verweerster] de wens van de overleden collega onzorgvuldig heeft overgebracht aan haar leidinggevende, wat heeft geleid tot een vertrouwensbreuk. De feiten schetsen een situatie waarin [verweerster] op verzoek van de overleden collega een boodschap heeft overgebracht aan haar leidinggevende, wat volgens Ennia onacceptabel was. Het gerecht heeft de zaak behandeld en de argumenten van beide partijen gehoord. Het gerecht oordeelt dat er geen sprake is van een verandering in de omstandigheden die een ontbinding van de arbeidsovereenkomst rechtvaardigt. Het gedrag van [verweerster] wordt niet als ontoelaatbaar beschouwd en de eerdere incidenten uit het verleden zijn niet relevant voor de huidige situatie. Het verzoek van Ennia wordt afgewezen en zij wordt veroordeeld in de proceskosten.