ECLI:NL:OGEAC:2022:334

Gerecht in eerste aanleg van Curaçao

Datum uitspraak
21 november 2022
Publicatiedatum
30 december 2022
Zaaknummer
CUR202203121
Instantie
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
Type
Uitspraak
Rechtsgebied
Civiel recht
Procedures
  • Eerste aanleg - enkelvoudig
Vindplaatsen
  • Rechtspraak.nl
AI samenvatting door LexboostAutomatisch gegenereerd

Beëindiging arbeidsovereenkomst en geschil over looncomponenten tussen werknemer en werkgever

In deze zaak heeft [verzoeker], werkzaam als general manager bij Iberoclub N.V., een verzoek ingediend bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao. Het verzoek betreft de erkenning van bepaalde looncomponenten als onderdeel van zijn arbeidsovereenkomst. [verzoeker] stelt dat naast zijn vaste maandloon van USD 7.500, hij ook recht heeft op een maandelijkse netto-uitkering van USD 6.500, die hij factureerde aan Iberoclub. Dit bedrag zou via een derde partij, Excel, aan hem zijn uitbetaald. Iberoclub betwist deze claim en stelt dat de arbeidsovereenkomst op 7 april 2022 rechtsgeldig is beëindigd. Het Gerecht heeft geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig is beëindigd en dat [verzoeker] recht heeft op doorbetaling van zijn loon tot de rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst. De vorderingen van [verzoeker] zijn afgewezen, maar het Gerecht heeft Iberoclub veroordeeld tot betaling van een billijke vergoeding van NAf 72.000,- aan [verzoeker]. De proceskosten zijn voor rekening van Iberoclub.

Uitspraak

GERECHT IN EERSTE AANLEG VAN CURAÇAO

Zaaknummer: CUR202203121
Beschikking d.d. 21 november 2022
inzake
[VERZOEKER],wonende in Curaçao,
verzoeker,
gemachtigde: mr. G.B. Steward,
tegen
de naamloze vennootschap IBEROCLUB N.V.,gevestigd in Curaçao,
verweerster,
gemachtigde: mr. L.N. Asjes,
Partijen zullen hierna [verzoeker] en Iberoclub worden genoemd.

1.Het procesverloop

1.1. [
verzoeker] heeft op 10 augustus 2022 een verzoekschrift met producties ingediend. [verzoeker] heeft 11 oktober 2022 nadere producties ingediend. Iberoclub heeft bij e-mails van 11 oktober 2022 stukken ten behoeve van de mondelinge behandeling ingediend. Het verzoek is behandeld op 12 oktober 2022. Ter gelegenheid van de mondelinge behandeling hebben de gemachtigden het woord gevoerd aan de hand van door hen overgelegde pleitnotities. Iberoclub heeft tevens een zelfstandig verzoek ingediend.
1.2.
De uitspraak is bepaald op heden.

2.De feiten

2.1. [
[verzoeker] is per 1 oktober 2015 in dienst getreden van Iberoclub in de functie van general manager. Partijen hebben daartoe een schriftelijke arbeidsovereenkomst gesloten voor bepaalde tijd (tot 1 oktober 2016), welke overeenkomst nadien is verlengd. Met ingang van 1 oktober 2018 is de overeenkomst omgezet in onbepaalde tijd.
2.2.
Iberoclub is een in Curaçao gevestigde vennootschap die in het buitenland lidmaatschappen voor het verblijf (en andere voordelen) in de Iberostar hotels behorende bij het programma “Iberostar The Club”, verkoopt. Voor de verkoop van deze lidmaatschappen maakt Iberoclub gebruik van opdrachtnemers/bemiddelaars in diverse landen, waaronder de Dominicaanse Republiek, Jamaica en Mexico. Deze entiteiten/bemiddelaars, respectievelijk Excel Technical Services de Mexico SA (Excel), Sunset Marketing Consultancy Ltd (Sunset) en EXl-Cun SA (EXl-Cun), ontvangen van Iberoclub commissie voor elk contract/lidmaatschap dat Iberoclub met cliënten kan afsluiten. Tussen Iberoclub en deze bemiddelaars bestaan overeenkomsten die de onderlinge relatie nader regelen. Bij het tot stand komen van die overeenkomsten trad [verzoeker] op als vertegenwoordiger van Iberoclub.
2.3.
In hoedanigheid van general manager was [verzoeker] onder meer belast met het management van de verkoop van lidmaatschappen en verblijfsrechten in de Iberostar hotels van de Iberostar The Club in de Dominicaanse Republiek, Jamaica en Mexico.
2.4. [
[verzoeker] is feitelijk woonachtig in de Verenigde Staten, maar is ten behoeve van de arbeidsovereenkomst ingeschreven als ingezetene van Curacao. Voor hem is een tewerkstellingsvergunning aangevraagd. Iberoclub, noch [verzoeker] voeren werkzaamheden uit op Curacao, maar [verzoeker] ontving zijn loon uit hoofde van arbeidsovereenkomst wel op Curacao. In de arbeidsovereenkomst is daarover verder onder meer opgenomen:
Article 3 Remuneration
Employee shall recieve a total net remuneration of Nafl. 160,200.00 equivalents to US$ 90,000.00 per annum, payable in 12 equal monthly installments.
(…)
Article 4.2 Business Trips
In order to fulfill the job successfully the Employee will be required to travel every month to different locations in de Caribbean and Europe.
Article 4.3 Travel Expenses
The Employee will be entitled to reimbursements of business travel costs in accordance with the Employers travel policy.
(…)
Article 12 Governing law
12.1
This agreement is construed in accordance with and shall be governed by the laws of Curaçao.
12.2
Any dispute arising from this agreement shall be submitted to the competent court in Curaçao, unless Employer and Employee agree in writing on an alternative way of settling their disputes.
2.5.
Uit de loonbelastingkaarten van 2016 tot en met 2021 volgt dat aan [verzoeker] jaarlijks een bedrag van gemiddeld NAf 273.672,73 bruto aan loon is uitgekeerd, hetgeen na aftrek van belastingen en premies resulteert in een bedrag van gemiddeld NAf 160.200 netto per jaar (USD 90.000 per jaar / USD 7.500 per maand).
2.6.
In de periode maart 2021 – maart 2022 heeft [verzoeker] maandelijks facturen ten bedrage van USD 6.500 aan Iberoclub gestuurd. Op de factuur staat dat kosten ten behoeve van “
contracted services” worden gedeclareerd met het verzoek het bedrag over te maken naar een bankrekening van Excel in de Dominicaanse Republiek. Enkele facturen bevatten ook een declaratie voor reis-, hotel- en/of autohuur kosten.
2.7.
Tijdens een bespreking op 6 april 2022 is aan [verzoeker] een brief overhandigd waarin hem te kennen wordt gegeven dat – vrij vertaald – Iberoclub de commerciële relatie met [verzoeker] als tussenpersoon van de verschillende toeristische diensten, evenals elke activiteit die [verzoeker] voor Iberostar uitvoert, beëindigt. Bedoeling van Iberoclub was de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] met wederzijds goedvinden te beëindigen. [verzoeker] heeft geweigerd de brief voor akkoord te ondertekenen.
2.8.
Bij e-mail van 7 april 2022 informeert [verzoeker] zijn collega’s dat zijn werkzaamheden voor Iberostar The Club per direct ten einde is gekomen.
2.9.
Op 8 april 2022 maakt Iberoclub intern bekend dat er een verandering heeft plaatsgevonden in het management van The Iberoclub en dat Marcos Garcia met in gang van die datum de nieuwe ‘director’ wordt. [verzoeker] wordt bedankt voor de verleende diensten.
2.10.
Bij brief van 11 mei 2022 aan [verzoeker] laat Iberoclub weten dat zij hem sinds 6 april 2022 niet kunnen bereiken en zij verzoeken hem contact op te nemen in verband met de financiële afwikkeling van de arbeidsovereenkomst.
2.11.
Bij brief van 2 juni 2022 wordt namens [verzoeker] aangegeven dat de arbeidsovereenkomst niet rechtsgeldig door Iberoclub is opgezegd en maakt [verzoeker] aanspraak op betaling van achterstallig loon, bonussen en commissies.
2.12.
Iberoclub heeft in antwoord daarop bij brief van 3 juni 2022 aangegeven dat het de bedoeling was om met [verzoeker] in overleg te treden over de voorwaarden waaronder de arbeidsovereenkomst zou worden beëindigd. [verzoeker] was na 6 april 2022 echter onvindbaar voor Iberoclub. Iberoclub heeft vervolgens het loon zoals volgt uit de arbeidsovereenkomst eerst stopgezet en later weer vanaf april 2022 doorbetaald. De brief wordt afgesloten met de tekst dat Iberoclub nog steeds met wederzijds goedvinden tot beëindiging van de arbeidsovereenkomst wenst te komen. [verzoeker] handhaaft op zijn aanspraak op doorbetaling van alle loonbestanddelen waaronder ook de facturen, bonussen en commissies.
2.13. [
[verzoeker] heeft in juni 2022 voor het gerecht in Santo Domingo een procedure aanhangig gemaakt tegen verschillende entiteiten waaronder Iberostar The Club S.A. en Excel, waarin hij onder meer achterstallige betalingen, waaronder commissies, vordert. De procedure is nog niet in een beslissing geëindigd.
2.14. [
[verzoeker] heeft zijn werkzaamheden voor Iberoclub niet (meer) hervat. Zijn loon voortvloeiende uit de arbeidsovereenkomst, is tot en met september 2022 aan [verzoeker] doorbetaald.

3.Het geschil

verzoek [verzoeker]

3.1. [
verzoeker] verzoekt het Gerecht bij beschikking uitvoerbaar bij voorraad,
voor recht te verklaren dat het vaste maandelijks bedrag ad USD 6.500 dat Iberoclub vanaf de aanvang van de arbeidsrelatie aan [verzoeker] heeft voldaan deel vormt van zijn remuneratiepakket uit hoofde van zijn arbeidsrelatie;
voor recht te verklaren dat de commissies en bonussen verbonden aan de verkoop van Iberostar The Club lidmaatschappen en verblijfsrechten deel vormen van het remuneratiepakket van [verzoeker] uit hoofde van de arbeidsrelatie;
Ibercoblub te veroordelen in de proceskosten.
3.2. [
verzoeker] legt aan het verzoek ten grondslag dat zijn loon uit hoofde van zijn arbeidsovereenkomst, naast een vast bruto maandloon, tevens bestaat uit een maandelijkse netto-uitkering op basis van facturen en een commissieloon dat hem wordt uitbetaal op een rekening in de Dominicaanse Republiek.
3.3.
Iberoclub heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
zelfstandig verzoek Iberoclub
3.4.
Iberoclub verzoekt dat het gerecht bij beschikking voor recht verklaart dat de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en Iberoclub op 7 april 2022 is beëindigd. Voor het geval de arbeidsovereenkomst tussen Iberoclub en [verzoeker] niet reeds op 7 april 2022 is beëindigd, verzoekt Iberoclub om de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] wegens gewichtige redenen, te weten een verandering in de omstandigheden, te ontbinden zonder toekenning van een vergoeding, dan wel met een vergoeding ter hoogte van 7 weken cessantia, hetgeen neerkomt op een (afgerond) bedrag van NAf 22.000.
3.5. [
verzoeker] heeft gemotiveerd verweer gevoerd.
3.6.
Op de stellingen van partijen wordt hierna, voor zover van belang, nader ingegaan.

4.De beoordeling

niet-ontvankelijkheid

4.1.
Iberoclub heeft zich primair op het standpunt gesteld dat [verzoeker] niet-ontvankelijk is in zijn vordering omdat [verzoeker] feitelijk niet op Curacao woonachtig is. Daarnaast bepleit Iberoclub de niet-ontvankelijkheid omdat [verzoeker] reeds in juni 2022 in verband met de beëindiging van zijn werkzaamheden een procedure voor het gerecht te Santo Domingo aanhangig heeft gemaakt tegen verschillende entiteiten. Het betoog faalt. [verzoeker] vordert een verklaring voor recht over loonbestanddelen die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst tussen [verzoeker] en Iberoclub. Blijkens die arbeidsovereenkomst is de Curaçaose rechter bevoegd om van geschillen tussen partijen voortvloeiende uit de arbeidsovereenkomst kennis te nemen. Reeds op die grond is [verzoeker] ontvankelijk in zijn vordering. Daar komt bij dat de bevoegdheid van de Curaçaose rechter ook voortvloeit uit artikelen 95 e.v. Rv. Iberoclub is immers gevestigd op Curaçao, [verzoeker] is ingeschreven op Curaçao, de arbeidsverhouding tussen partijen is aangegaan op Curaçao en er is hier te lande een werkvergunning voor [verzoeker] aangevraagd. Dat [verzoeker] feitelijk elders woont en werkt, doet aan het voorgaande niet af. Ook de door [verzoeker] in Santo Domingo aanhangig gemaakte procedure staat niet aan ontvankelijkheid in de weg. Gelet op hetgeen partijen daar over en weer over hebben aangegeven leidt het gerecht af dat de vordering in Santo Domingo niet gebaseerd is op de arbeidsovereenkomst. Iberoclub is ook niet in rechte betrokken in Santo Domingo. De grondslag van de vordering in Santo Domingo is daarentegen gelegen een vermeende betalingsverplichting van andere entiteiten ten opzichte van [verzoeker]. Dat die verplichtingen mogelijk voortvloeien, zoals [verzoeker] stelt, uit verplichtingen die haar grondslag vinden in de arbeidsovereenkomst, doet daaraan niet af. Zoals hieronder blijkt is in de kern tussen partijen in discussie uit welke rechtsverhouding bepaalde door [verzoeker] gestelde vergoedingen voortvloeien, zo zij komen vast te staan. Voor zover die voortvloeien uit de arbeidsovereenkomst zoals [verzoeker] in de onderhavige procedure stelt, dan is de rechter op Curaçao bevoegd van het geschil daarover kennis te nemen.
loonbestanddelen
4.2.
Partijen twisten verder over het aan [verzoeker] toekomende loon uit hoofde van de arbeidsovereenkomst. In het bijzonder is tussen partijen in geschil of de maandelijkse facturen ten bedrage van US$ 6.500 en de gestelde commissie verbonden aan de verkoop van lidmaatschappen voor Iberostar The Club, onderdeel uitmaken van het loon dat Iberoclub krachtens arbeidsovereenkomst aan [verzoeker] betaalt voor door [verzoeker] verrichtte arbeidsprestaties.
4.3. [
[verzoeker] stelt dat hij met Iberoclub om fiscale redenen een
salary-splitis overeengekomen, inhoudende dat het aan hem verschuldigde vaste maandloon zou bestaan uit twee gefixeerde netto bedragen, te weten een belastbaar deel ten bedrage van netto USD 7.500 per maand dat in Curaçao bruto werd uitbetaald en een onbelast deel van USD 6.500 dat via de Dominicaanse Republiek netto werd uitbetaald. Dat laatste bedrag zou [verzoeker] maandelijks aan Iberoclub factureren.
4.4. [
[verzoeker] heeft een aantal facturen over 2021 overgelegd waaruit volgt dat hij in ieder geval in 2021 maandelijks een factuur aan Iberoclub zond ten bedrage van USD 6.500 ten behoeve van “
contracted services”, met het verzoek het bedrag over te maken naar een bankrekening in de Dominicaanse Republiek ten name van Excel. Excel zou deze bedragen weer aan [verzoeker] overmaken op een bankrekening van [verzoeker] in de Dominicaanse Republiek, en waarover hij geen inkomstenbelasting verschuldigd zou zijn.
4.5. [
[verzoeker] stelt verder dat Excel belast was met de acquisitie van leden voor het programma ‘Iberostar The Club’ in de Dominicaanse Republiek en dat hij optrad als vertegenwoordiger van Iberoclub in relatie tot Excel. In die hoedanigheid overzag en begeleide hij de presentaties van het programma en hield hij zich ook actief bezig met de verkoop van lidmaatschappen. Voor die werkzaamheden ontving [verzoeker], zo stelt hij, een commissieloon in de vorm van een van de aan Excel toekomende vergoeding (40% van de omzet) afgeleid percentage
.Diezelfde structuur werd volgens [verzoeker] ook toegepast voor Jamaica en Mexico, waarbij EXl-Cun als bemiddelaar optraden voor Mexico en Sunset voor Jamaica, in beide gevallen met [verzoeker] als vertegenwoordiger voor Iberoclub. [verzoeker] heeft ter onderbouwing van deze relaties diverse Spaanstalige contracten overgelegd. [verzoeker] stelt dat uit die overeenkomsten volgt dat [verzoeker] in opdracht van Iberoclub werkzaamheden heeft verricht in de Dominicaanse Republiek, Mexico en Jamaica.
4.6.
Uit overgelegde Spaanstalige e-mails volgt ter zake dat [naam 1] (Administration Director) [verzoeker] bericht over de commissies c.q. bonussen in de Dominicaanse Republiek betreffende maanden februari 2021 – januari 2022. Volgens [verzoeker] bevatten de toegevoegde excel-bestanden in de e-mails een verdeling van het commissieloon over personen die betrokken zijn bij de werkzaamheden voor Iberostar The Club in de Dominicaanse Republiek. Voor Mexico betreffen dat e-mails van Jorge Matamoros (Finanzas Director). De bijbehorende excel-bestanden zijn niet overgelegd. [verzoeker] heeft zelf een overzicht opgesteld waaruit het door hem ontvangen commissieloon over 2021 van in totaal USD 856.534,21 volgt. Verder heeft [verzoeker] bankafschriften overgelegd waaruit volgt dat de door hem opgesomde commissie bedragen op zijn bankrekening in de Dominicaanse Republiek zijn gestort.
4.7.
Iberoclub betwist dat er uit hoofde van de arbeidsovereenkomst een salary-split en commissieloon met [verzoeker] is overeengekomen. Voor zover [verzoeker] voor het verrichten van zijn werkzaamheden voor andere entiteiten met die entiteiten afspraken heeft gemaakt over maandelijkse vergoedingen en/of commissies, valt dat buiten de arbeidsovereenkomst met Iberoclub.
4.8.
Iberoclub stelt dat [verzoeker] de facturen aan Iberoclub in hoedanigheid van general manager heeft opgesteld in verband met vergoedingen aan Excel voor door Excel uitgevoerde ‘
contracted services’die hun grondslag vinden in de bemiddelingsovereenkomst tussen Iberoclub en Excel. Iberoclub heeft deze facturen ook aan Excel voldaan. Of en in hoeverre tussen [verzoeker] en Excel een afspraak is gemaakt dat Excel bedragen aan [verzoeker] doorbetaalt in verband met werkzaamheden van [verzoeker] voor Excel, is Iberoclub niet bekend. Voor zover daarvan sprake is, valt dat buiten de arbeidsovereenkomst tussen Iberoclub en [verzoeker]. Iberoclub ontkent dan ook dat deze facturen c.q. de daaruit voortvloeiende geldstroom, verkapt loon aan [verzoeker] betreffen om aldus buiten het zicht van de fiscus te blijven.
4.9.
Iberoclub betwist verder dat er met [verzoeker] commissievergoedingen zijn overeengekomen. Enkel met de opdrachtnemers c.q. bemiddelaars zelf zijn afspraken gemaakt over commissievergoedingen voor elk lidmaatschapscontract dat uit de bemiddelingsservice voortvloeit. Deze bemiddelaars zijn zelfstandige entiteiten die niet verbonden zijn aan de Iberogroep. De commissie uitbetaling aan de bemiddelaars (40% van de omzet) vindt per jaar plaats met elke maand een voorschot daarop. De commissie wordt dus alleen aan de bemiddelaar betaald. Voor zover [verzoeker] met de bemiddelaars afspraken heeft gemaakt over commissievergoedingen aan hem, valt dat buiten de reikwijdte van de arbeidsovereenkomst met Iberoclub. Het overzicht met betaalde commissiebedragen is afkomstig van [verzoeker] zelf. Dat Iberoclub de betalingen aan [verzoeker] heeft gedaan volgt niet uit de overgelegde bankafschriften. Overigens vordert [verzoeker] deze bedragen in Santo Domingo ook al van andere entiteiten, aldus nog steeds Iberoclub.
4.10.
Naar het oordeel van het gerecht heeft [verzoeker] onvoldoende gemotiveerd toegelicht dat de declaratie van facturen gebaseerd is op een loonafspraak met Iberoclub. Vooropgesteld wordt dat een dergelijke loonafspraak niet contractueel is vastgelegd. [verzoeker] heeft aangevoerd dat het bewijs daarvoor voortvloeit uit de geldstromen zelf. Niet gebleken is echter dat [verzoeker] al vanaf de aanvang van de arbeidsovereenkomst maandelijks dit bedrag aan Iberoclub factureert en dat [verzoeker] de door Iberoclub aan Excel betaalde facturen ook daadwerkelijk van Excel heeft ontvangen. Zelfs in het geval dat zo zou zijn, is – gelet op de betwisting door Iberoclub – niet voldoende aannemelijk geworden dat deze betalingen hun grondslag vinden in de arbeidsrechtelijke verhouding tussen [verzoeker] en Iberoclub. De geldstromen bevestigen dat standpunt niet zonder meer. Thans is immers niets meer bekend dan dat [verzoeker] (in welke hoedanigheid is niet gespecificeerd) een factuur stuurt aan Iberoclub in verband met ‘contracted services’ met het verzoek om deze factuur aan Excel betaalbaar te stellen en dat, zoals [verzoeker] stelt en Iberoclub betwist, Excel dit bedrag aan [verzoeker] doorbetaalt. Om onder deze omstandigheden als loonbestanddeel geduid te kunnen worden zal op zijn minst moeten blijken dat aan die (door)betalingen door Excel een afspraak tussen [verzoeker] en Iberoclub ten grondslag ligt die voortvloeit uit de arbeidsovereenkomst en die ertoe leidt dat Excel daar op last van partijen uitvoering aan geeft. Van een dergelijke afspraak is, mede gelet op de betwisting door Iberoclub, niet gebleken. Naar het gerecht begrijpt zou deze constructie volgens [verzoeker] met name zo zijn opgezet om deze verkapte loonbestanddelen aan het zicht van de fiscus te onttrekken. Een dergelijke constructie, zo daarvan sprake is, heeft echter ook tot gevolg dat de onderliggende rechtsverhouding die aan de betalingen ten grondslag ligt niet zonder meer uit de betalingen zelf voortvloeien. Gelet hierop had het op de weg van [verzoeker] gelegen om de onderliggende rechtsverhoudingen waar de betalingen op zouden zijn gebaseerd, gemotiveerd te onderbouwen. [verzoeker] heeft daar niet aan voldaan. [verzoeker] heeft overigens zelf ook rekening gehouden met de mogelijkheid dat de arbeidsrechtelijke rechtsverhouding ten aanzien van die gefactureerde bedragen ontbreekt of niet voldoende duidelijk zouden kunnen worden gemaakt, gelet op de procedure die hij in Santo Domingo aanhangig heeft gemaakt ten einde deze gelden rechtstreeks van onder meer Excel te vorderen.
4.11.
Ook voor wat betreft het door [verzoeker] gestelde commissieloon geldt dat een onderbouwing van de aan de uitkering onderliggende rechtsverhouding ontbreekt. Het gestelde commissieloon is niet schriftelijk overeengekomen en er zijn geen commissiebetalingen rechtstreeks afkomstig van Iberoclub aan [verzoeker]. Evenmin is gebleken dat [verzoeker] vanaf de aanvang van de arbeidsovereenkomst aanspraak heeft op commissieloon. Ook ter zake is niets meer bekend dan dat Iberoclub op grond van de bemiddelingsovereenkomsten commissie verschuldigd is aan de bemiddelaars. Nergens blijkt van een afspraak, welke haar grondslag vindt in de arbeidsovereenkomst met Iberoclub, dat de bemiddelaars op last van Iberoclub commissie aan [verzoeker] moeten door betalen.
4.12. [
[verzoeker] stelt dat de commissie door de bemiddelaars over alle betrokkenen wordt verdeeld aan de hand van een door [verzoeker] zelf opgesteld voorstel dat gebaseerd is op door de controller geïnventariseerde sales, en welk voorstel ter goedkeuring aan het bestuur van Iberoclub werd voorgelegd. Deze verdeling van de commissie volgt volgens [verzoeker] uit de per e-mail verzonden excel-bestanden. Iberoclub heeft dit gemotiveerd betwist. Zij stelt niet bekend te zijn met, noch betrokken te zijn bij de verdeling van door haar aan de bemiddelaars uitgekeerde commissies. Uit de e-mails zoals door [verzoeker] overgelegd die enkel een algemene verwijzing naar in de excel-bestanden opgesomde commissies en bonussen bevatten, kan het gerecht de werkwijze zoals door [verzoeker] gesteld niet afleiden. [verzoeker] verwijst ter onderbouwing van zijn stelling verder naar bankafschriften waaruit de commissiebetalingen aan hem zouden blijken. Uit de door [verzoeker] overgelegde bankafschriften volgt dat Excel in 2021 meerdere keren per maand verschillende bedragen op de rekening van [verzoeker] stortte. [verzoeker] stelt dat dit het overeengekomen commissieloon betreft. Iberoclub betwist dat en stelt dat het een constructie is tussen [verzoeker] en Excel omdat commissiebetalingen niet met [verzoeker] overeen zijn gekomen. Uit de bankafschriften kan de rechtsverhouding die aan die overmakingen ten grondslag zou liggen echter evenmin worden afgeleid. Volgens het overzicht van [verzoeker] betreffen het wisselende stortingen tussen de 12 keer tot 20 keer per maand en betreffen het bedragen die variëren tussen 74,30 USD en 64.672,13 USD, waarvan de omschrijving bij de storting ook niet verwijst naar commissie uitkeringen door Iberoclub. Bij gebreke van een concrete onderbouwing zijdens [verzoeker] en gelet op de betwisting door Iberoclub is niet voldoende aannemelijk geworden dat de bedragen die door Excel op de rekening van [verzoeker] worden gestort commissieloon betreft dat haar grondslag vindt in de arbeidsverhouding met Iberoclub.
4.13.
Voor zover [verzoeker] ter zitting Excel heeft geduid als een financieel administratiekantoor dat voor Iberoclub betalingen faciliteert, ontbreekt daarvoor eveneens iedere grondslag. Uit hetgeen ter zitting is gebleken over de inhoud van de Spaanstalige bemiddelingsovereenkomsten kan dat niet zonder meer worden afgeleid. Een Nederlandse vertaling van deze overeenkomsten is niet in de procedure overgelegd.
4.14.
Bij gebreke van een aantoonbare arbeidsrechtelijke rechtsverhouding die aan de gestelde factuur- en commissiebetalingen, zo die komen vast te staan, ten grondslag zou liggen, staat niet vast dat sprake is van door Iberoclub krachtens arbeidsovereenkomst aan [verzoeker] verschuldigd loon voor door [verzoeker] verrichtte arbeidsprestaties. Voor zover [verzoeker] betoogt dat alle compensatie enkel mogelijk was door het bestaan van de arbeidsovereenkomst tussen hem en Iberoclub, welke het mogelijk maakte dat hij zelf de contracten ondertekende tussen Iberoclub en Excel, maakt dat niet anders. Het bevestigt eerder het verweer van Iberoclub dat [verzoeker] zelfstandig afspraken kon maken met derde partijen over compensaties en vergoedingen. De opzegbrief van Iberoclub lijkt te impliceren dat de rechtsverhouding tussen Iberoclub en [verzoeker] breder zou kunnen zijn dan enkel een arbeidsrechtelijke rechtsverhouding. In dat licht zouden aanvullende betalingen c.q. vergoedingen van derden in de vorm van facturen en commissieloon niet ongebruikelijk zijn. Dat geldt te meer nu beide partijen een fiscaal gunstige structuur nastreefden. De vorderingen van [verzoeker] liggen daarmee voor afwijzing gereed.
proceskosten
4.15. [
[verzoeker] zal als de in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten worden veroordeeld. De kosten aan de zijde van Iberoclub worden tot op heden begroot op NAf 1.500,- aan salaris voor de gemachtigde.
zelfstandig tegenverzoek
4.16.
Iberoclub stelt dat de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] op 7 april 2022 is geëindigd. Daarvan is naar het oordeel van het gerecht niet gebleken. Op 6 april 2022 heeft Iberoclub aangegeven dat zij tot een beëindiging van de arbeidsovereenkomst op basis van wederzijds goedvinden wilde komen. Een dergelijke beëindigingsovereenkomst is niet tussen partijen tot stand gekomen, zoals ook al volgt uit de brieven van Iberoclub zelf van 11 mei en 3 juni 2022. Daarin verzoekt Iberoclub [verzoeker] – die enige tijd van de radar was verdwenen – om contact op te nemen om (alsnog) tot een beëindiging van de arbeidsovereenkomst op basis van wederzijds goed vinden te komen. Iberoclub heeft het loon van [verzoeker] na een korte onderbreking ook gewoon doorbetaald in afwachting van een regeling. Aldus is geen sprake van een rechtsgeldige beëindiging van de arbeidsovereenkomst op 7 april 2022. Het verzoek tot verklaring voor recht zal gelet hierop worden afgewezen.
4.17.
Het voorgaande betekent dat de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] voortduurt en dat [verzoeker] recht heeft op doorbetaling van het overeengekomen loon tot het moment dat de arbeidsovereenkomst rechtsgeldig is geëindigd. Uitgegaan wordt daarbij van het op de overgelegde loonstroken voorkomend bedrag hetgeen neerkomt op een bedrag van USD 7.500 netto per maand
4.18.
Partijen zijn het er inmiddels wel over eens dat de arbeidsovereenkomst niet langer voortgezet kan worden en dat tot ontbinding kan worden over gegaan. Tussen partijen is in geschil of aan [verzoeker] een vergoeding moet worden toegekend. Aldus staat ter beoordeling of met het oog op de omstandigheden van het geval het billijk voorkomt dat aan [verzoeker] op grond van artikel 7A:1615w lid 5 BW een vergoeding wordt toegekend.
4.19.
Het gerecht is van oordeel dat de verstoring van de arbeidsverhouding die inmiddels tussen partijen is ontstaan zijn oorsprong vindt in de handelwijze van beide partijen. Immers Iberoclub heeft op een onverwacht moment en zonder waarschuwing vooraf aan [verzoeker] te kennen gegeven tot een beëindiging van de arbeidsovereenkomst te willen komen. [verzoeker] is op zijn beurt vervolgens enkele maanden van de radar verdwenen. Hij is een gesprek met zijn werkgever uit de weg gegaan en heeft zich niet beschikbaar gehouden voor werk. Iberoclub voelde zich daardoor gedwongen de loonbetaling aan tijdelijk [verzoeker] stop te zetten. Partijen zijn vervolgens met elkaar in debat geraakt over de loonbestanddelen van [verzoeker], waarna [verzoeker] een procedure aanhangig heeft gemaakt ter vaststelling van het aan hem toekomende loon. Het gerecht acht het niettemin billijk om aan [verzoeker] een vergoeding toe te kennen, ter hoogte van de aan hem toekomende cessantia ten bedrage van NAf 22.000 vermeerderd met een vergoeding van NAf 50.000. Bij de bepaling van de omvang van de vergoeding heeft het gerecht acht geslagen op de wijze waarop Iberoclub heeft geprobeerd de arbeidsovereenkomst met [verzoeker] te beëindigen, zonder ontslagvergunning. Tevens is rekening gehouden met de lengte van het dienstverband (7 jaar), de leeftijd van [verzoeker] (66 jaar) en de periode dat het loon van [verzoeker] is doorbetaald zonder dat hij daarvoor arbeid heeft verricht (8 maanden). Verder betrekt het gerecht in het oordeel de procedure die [verzoeker] in Santo Domingo aanhangig heeft gemaakt waarin hij van verschillende entiteiten waaronder Iberostar The Club S.A. en Excel, achterstallige betalingen tracht te verkrijgen.
4.20.
Nu aan de ontbinding een billijke vergoeding wordt verbonden, zal Iberoclub gelet op artikel 7A:1615w lid 6 BW in de gelegenheid worden gesteld om het verzoek in te trekken binnen de hierna genoemde termijn.
4.21.
Gelet op de uitkomst van de procedure in het zelfstandig tegenverzoek bestaat aanleiding Iberoclub te veroordelen in de proceskosten. De proceskosten in het zelfstandig tegenverzoek worden begroot op nihil nu deze procedure rechtstreeks verband houdt met het verzoek van [verzoeker].

5.De beslissing

Het gerecht:
inzake het verzoek van [verzoeker]
5.1.
wijstde vordering af;
5.2.
veroordeelt[verzoeker] in de proceskosten, aan de zijde van Iberoclub tot op heden begroot op NAf 1.500,- aan salaris voor de gemachtigde;
inzake het zelfstandig tegenverzoek van Iberoclub
5.3.
steltpartijen in kennis van haar voornemen de tussen partijen bestaande arbeidsovereenkomst met ingang van donderdag 1 december 2022 te ontbinden wegens veranderingen in de omstandigheden, onder toekenning van na te melden billijke vergoeding ten laste van Iberoclub;
5.4.
steltIberoclub in de gelegenheid vóór woensdag 30 november 2022 gebruik te maken van haar bevoegdheid het verzoek in te trekken;
en, voor het geval dat Iberoclub niet vóór woensdag 30 november 2022 tot intrekking van het ontbindingsverzoek zal overgaan:
5.5.
ontbindtde tussen Iberoclub en [verzoeker] bestaande arbeidsovereenkomst met ingang van donderdag 1 december 2022;
5.6.
kentterzake van die ontbinding aan [verzoeker] ten laste van Iberoclub een vergoeding toe van in totaal NAf 72.000,- bruto;
5.7.
veroordeeltIberoclub in de proceskosten aan de zijde van [verzoeker] tot op heden begroot op nihil;
Inzake het verzoek van [verzoeker] en het zelfstandig tegenverzoek van Iberoclub
5.8.
verklaartdeze beschikking, voor wat betreft de veroordelingen tot betaling van Iberoclub aan [verzoeker], alsmede de proceskostenveroordelingen, uitvoerbaar bij voorraad;
5.10.
wijstaf het meer of anders verzochte.
Deze beschikking is gegeven door mr. S.M. Christiaan, rechter in het gerecht in eerste aanleg van Curaçao, en op 21 november 2022 uitgesproken ter openbare terechtzitting in aanwezigheid van de griffier.