ECLI:NL:OGEAC:2022:332
Gerecht in eerste aanleg van Curaçao
- Kort geding
- Rechtspraak.nl
Vordering tot medewerking bij verkoop van gezamenlijke woning door ex-partners in kort geding
In deze zaak, die voorligt bij het Gerecht in eerste aanleg van Curaçao, betreft het een kort geding tussen twee ex-partners over de verkoop van een gezamenlijke woning. De eiseres, wonend in de Verenigde Staten, heeft de gedaagde, die nog in de woning woont, aangesproken op zijn medewerking bij de verkoop van de woning. De woning staat op naam van beide partijen, ieder voor de onverdeelde helft. Eiseres heeft een vordering ingesteld om gedaagde te verplichten een makelaar in te schakelen voor de verkoop van de woning en om volledige medewerking te verlenen aan bezichtigingen. De eiseres vordert ook een verdeling van de verkoopopbrengst en een ontruiming van de woning na verkoop.
De procedure is gestart met een verzoekschrift op 26 oktober 2022, gevolgd door producties van beide partijen en een mondelinge behandeling op 7 december 2022. De rechter heeft vastgesteld dat er een spoedeisend belang is voor eiseres, die niet langer deelgenoot kan blijven van de woning. De gedaagde heeft de verkoopactiviteiten stilgelegd na onenigheid over de verdeling van de opbrengst. Tijdens de zitting is overeenstemming bereikt over de verkoop van de woning, en de rechter heeft de vorderingen van eiseres grotendeels toegewezen, met uitzondering van de vordering tot ontruiming, waar eiseres onvoldoende belang bij heeft aangetoond.
De rechter heeft bepaald dat gedaagde binnen 30 dagen een makelaar moet inschakelen en dat er een bedrag van USD 40.000 aan beide partijen moet worden uitgekeerd uit de netto-verkoopopbrengst. De proceskosten worden gecompenseerd, wat betekent dat iedere partij zijn eigen kosten draagt. Het vonnis is uitgesproken op 15 december 2022.